This lesson contains 25 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Mevrouw Daal
Slide 2 - Slide
El esquema /het schema
1.Español 101
2. Opdrachten Ejercicios
3. Luistervaardigheid Comprensión auditiva
Slide 3 - Slide
Los objetivos /de doelen
Después de esta clase ....Na deze les.....
- Kan ik een kort fragment in het Spaans begrijpen.
-Kan ik informatie uit een korte tekst halen.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Het Spaanse alfabet
Het Spaanse alfabet bestaat uit 27 letters..
1. Vijf (5) van de letters zijn klinkers/vocalen:
A,E,I,O,U
2. De restante (22) letters zijn medeklinkers/consonanten:
B,C,D,F,G,H,J,K,L,M,N,Ñ,P,Q,R,S,T,V,W,X,Y,Z
El Abecedario
timer
2:30
Slide 6 - Slide
Uitspraakregels
3. De 'ñ' (español) klinkt al nj in franje
4. De 'h' wordt niet uitgesproken (Hola = hoi).
5. De 'b' en de 'v' worden in het Spaans hetzelfde uitgesproken.
*Bijvoorbeeld: Barcelona
Valencia
6. De 'll' (dubbele L) wordt als een 'J' uitgesproken.
*Bijvoorbeeld: Me llamo ( Ik heet)
timer
3:00
Slide 7 - Slide
¿? ¡!
7. In het Spaans hebben we het omgekeerde vraagteken en omgekeerde uitroepteken. Deze staat aan het begin van de zin.
*Bijvoorbeeld: ¿Cómo estás? (hoe gaat het met je?)
¡Bien! (Goed!)
timer
1:30
Slide 8 - Slide
Bepaalde lidwoorden
7. De 'de' en 'het' zijn in het Spaans El (enkelvoud) en Los (meervoud) als het gaat om mannelijke woorden. Vrouwelijke woorden krijgen het lidwoord La (enkelvoud) en Las (meervoud).
a). De meeste zelfstandige naamwoorden die eindigen op een -O of -R zijn mannelijk.
b). ZN die eindigen op een -A zijn meestal vrouwelijk.
Bijvoorbeeld: La casa (het huis)
El chico (de jongen)
Las chicas (de meisjes)
timer
5:00
Slide 9 - Slide
-ción en -dad zijn vrouwelijke uitgangen.
Bijvoorbeeld: la estación (het station)
la ciudad (de stad)
ZN die eindigen op -ista zijn mannelijk en vrouwelijk, afhankelijk van de context.
el/la turista el/la taxistael/la dentista
timer
3:00
Slide 10 - Slide
Belangrijke uitzonderingen
El día = de dag
la mujer = de vrouw
el problema = het probleem
la foto = de foto
la moto = de scooter
la radio = de radio
timer
2:00
Slide 11 - Slide
Zelfstandige naamwoorden
In het Spaans kan een zelfstandig naamwoord mannelijk of vrouwelijk zijn. ZN krijgen in het meervoud -s of -es.