week 16 les 1 klas 1F

• Frans
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

BONJOUR!

Notez! Noteer!

woensdag 22 mei - mercredi le 22 mai

PWCh3

Les devoirs

Faire (maken): Bloc F afmaken

Apprendre (leren): SO voorbereiden! Leer voc A+B, Bloc C (woorden + zinnen) + Bloc D + dagen van de week en kloktijden

Les buts du jour - Lesdoelen van vandaag

45 minutenrooster

10 min Leertijd (+ HW controle): SO voorbereiden ABCD = stiltetijd!

Voc A+B: Je kunt de woorden vertalen in het N/F F/N + Bloc C: Je kunt de zinnen vertalen  in het N/F F/N

Bloc D: Je kunt het werkwoord 'être' (zijn) toepassen

10-15 min Overhoortijd: klassikaal

Je kunt de kloktijden in het Frans herkennen/toepassen

Je kunt het werkwoord 'être' (zijn) toepassen

Je kunt de dagen van de week in het Frans herkennen/ toepassen.

20 min leertijd + Verbetertijd + Werktijd

Corriger (verbeteren): Bloc F

Je kunt de de opdrachten van Bloc F zelfstandig verbeteren

Bloc H: 

Je kunt het SO voorbereiden (zie magister)

Leertijd Ch3: ABCD

Leertijd Ch3: ABCD= Stiltetijd 

Je overhoort jezelf met slimstampen of StudyGO 

of op een andere manier.

Je leert zichtbaar! Alleen doorlezen is niet toegestaan.

Tijdens leertijd = HW controle. Leg je boek en/of schrift open.

Niet af? aantekening magister + inhaalslag maken

Iets niet begrepen? Geen probleem, maar meld het even.

Les jours de la semaine

De dagen van de week

C'est jeudi.

1. Het is dinsdag
2. Het is woensdag
3. Het is donderdag
4. Het is zondag

C'est samedi =

Sleep de Nederlandse dagen naar de juiste Franse dagen:

lundi

mardi

mercredi

jeudi

vendredi

samedi

dimanche

dinsdag

maandag

woensdag

donderdag

vrijdag

zaterdag

zondag

Herhaling klok

il

?

quelle

est

heure

Il est sept heures moins le quart.

1. Het is 7 uur.
2. Het is half 7.
3. Het is kwart over 7.
4. Het is kwart voor 7.

Il est deux heures et demie.

1. Het is half 1.
2. Het is half 3.
3. Het is half 5.
4. Het is half 2.

       Zet de juiste tekst bij het plaatje:

Il est midi

Il est minuit

Werkwoord être (zijn)

tegenwoordige tijd

être

=

 zijn

il/elle/on

nous

vous

ils/elles

tu

je

sommes

sont

suis

êtes

es

est

être

=

 zijn

il/elle/on est

nous sommes

vous êtes

ils/elles sont

tu es

je suis

wij zijn

zij zijn (mnl&vrl)

ik ben

u bent & jullie zijn

jij bent

hij/zij/men is (wij zijn)

Ik geef mezelf het cijfer ...

010

Nakijktijd + werktijd

HW check: Heb je alles af t/m Bloc F? Heb je nog nakijkwerk?

Als dit klaar is dan kun je verder met:

Zelfstandig Bloc H opstarten (ex 30 + 31)

Neem zelf de instructievideo online door en bekijk de groene grammaticablokje (ex 30b)

WB p.124

Neem het groene blokje over in jouw aantekeningschrift

Klaar? = Leertijd: SO voorbereiden!  ABCD + kloktijden + dagen van de week 

Les devoirs

SOCh3 ABCD WB p. 128 + p. 131

Woorden A+B F/N - N/F

Zinnen Bloc C F/N- N/F

Grammatica Bloc D (werkwoord 'zijn) (WB p. 131) F/N - N/F

Mavo: Klok en dagen van de week Alleen F/N!

HAVO: Klok ook N/F !!! Dagen van de week F/N

HAVO: Klok ook N/F !!! Dagen van de week F/N