Aspecifieke afweer
- 1e afweerlinie : barrières, zie vorige dia
- 2e afweerlinie: ontsteking hulptroepen.
- granulocyten
- macrofagen
- killercellen
- interferonen. (eiwitten die de bovenstaande
cellen aantrekt)
Specifieke afweer of immuniteit
- antigeen op/door de ziekteverwekker komt in
contact met lichaamscellen
- lymfocyten gaan mobiliseren
- B lymfocyten (rode beenmerg)
vermenigvuldigen razendsnel
maken antistoffen > ziekte verwekker dood
daarna geheugen-B-lymfocyten > immuniteit.
- T lymfocyten (zwezerik)
vallen cellen aan (besmette lichaamscellen,
abnormale lichaamscellen, zoals kanker)
ook hier T-geheugencellen