Thema 5 BS2: Voelen

Planning voor vandaag

  •  Bs 2: Voelen
1 / 13
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Planning voor vandaag

  •  Bs 2: Voelen

Slide 1 - Slide

Leer doelen
Aan het einde van deze les...

  • Kun je de structuur en functies van de huid beschrijven

Slide 2 - Slide

timer
1:00
5
4
6
2
3
10
Spier 
Uitloper
Zintuigcel
Schakelcel
Gevoelszenuwcel
Beweegzenuwcel
Centrale zenuwstelsel

Slide 3 - Drag question

Voor je ligt je laptop. Beschrijf in een paar stappen hoe jij de laptop kan zien. Gebruik de begrippen: impuls, prikkel, zenuwcel, zintuigcel, zintuig, hersenen.
timer
2:00

Slide 4 - Open question

Slide 5 - Slide

De huid
  • Grootste orgaan dat we hebben. 

  • Onze huid beschermt ons tegen beschadigende dingen van buitenaf. Bijv. bacteriën.  

  • De huid van een gemiddeld volwassenen weeg ongeveer 20 kilo.

Hoe en waarom hebben mensen verschillende huidskleuren?

Slide 6 - Slide

De opperhuid
De huid bestaat uit twee delen:

  • Hoornlaag: 
-Bestaat uit dode cellen
-Beschermt je huid tegen beschadiging, uitdroging en ziekteverwekkers.

  •  Kiemlaag:
-Bestaat uit levende cellen.
-Steeds nieuwe cellen gemaakt door celdeling. 

Slide 7 - Slide

Lederhuid
Hier liggen de warmte, koude, druk en tast zintuigen.

De zintuigcellen van de druk zintuigen liggen wat dieper in de huid.

Je ziet hier ook wat klieren. 
Waarom zweten wij?


Slide 8 - Slide

De hoornlaag bestaat uit dode cellen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 9 - Quiz

De zintuigcellen liggen in de
kiemlaag
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quiz

De kiemlaag maakt nieuwe cellen aan
door celdeling
A
Waar
B
Niet waar

Slide 11 - Quiz

Huiswerk
5.2: Voelen

Opdrachten: 1, 2 en 6. 

Slide 12 - Slide

Experiment voel zintuigen(15 min)
  • Werk in groepjes van 3
  • Blinddoek de proefpersoon. Buig de passer zó dat de twee punten 10 mm uit elkaar staan.
  • Raak de huid van de proefpersoon aan met de 2 punten van de passer tegelijkertijd. Doe dit op 3 plekken: top van de wijsvinger, onderarm en punt van de neus. De proefpersoon geeft na elke aanraking aan of hij één of twee punten voelt. Noteer dit in de tabel. 
  • Herhaal de proef in willekeurige volgorde met de passerpunten 8, 6, 4 en 2 mm uit elkaar, en met slechts één passerpunt.

Blz. 153 boek. 

Slide 13 - Slide