Synoniemen

Welkom bij Nederlands!
Pak een pen!
Wat is een synoniem??




1 / 16
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!
Pak een pen!
Wat is een synoniem??




Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Lezen in boek "Fake trip"
  • Huishoudelijke mededelingen
  • Uitleg Woordgebruik 
  • Boek: opdracht 1 + 3
  • Afsluiting

Slide 2 - Slide

DOEL

Woorden met meerdere betekenissen

- Je kunt het verschil tussen synoniemen en homoniemen uitleggen 

- Je kunt synoniemen zelf in een tekst toepassen 

- Je kunt verwijswoorden zelf in een tekst toepassen



Slide 3 - Slide



Bekijk de fragment uit het

Van Dale-woordenboek

Slide 4 - Slide

Wat betekent:
Hopelijk kun je het passen, want ik heb geen wisselgeld.

_______
A
zo voegen of schikken als je dat wenst
B
nauwkeurig acht slaan
C
op zijn plaats zijn = betamen, voegen
D
het geld precies afpassen; niet te veel en niet te weinig

Slide 5 - Quiz

Wat betekent:
'Moet ik alweer stofzuigen? Daar pas ik voor!', zei Silke boos.

____
A
op de juiste maat afmeten
B
zo voegen of schikken als je dat wenst: iets niet willen doen
C
zo voegen of schikken als je dat wenst: je beurt voorbij laten gaan
D
niet buiten het kader vallen

Slide 6 - Quiz

Wat betekent:
Het is jouw beurt, ik laat mijn beurt voorbij gaan, dus ik pas.

____
A
op de juiste maat afmeten
B
zo voegen of schikken als je dat wenst: iets niet willen doen
C
zo voegen of schikken als je dat wenst: je beurt voorbij laten gaan
D
niet buiten het kader vallen

Slide 7 - Quiz

Wat betekent:
'Johan, pass de bal naar Willen', riep de coach vanaf de zijlijn.
_____
A
op de juiste maat afmeten
B
de vereiste maat hebben
C
niet buiten het kader vallen
D
een bal spelen naar een teamgenoot

Slide 8 - Quiz

Woorden met meerdere betekenissen

Sommige woorden hebben meerdere betekenissen (homoniemen). Daardoor kun je in de war raken.


Naast homoniemen zijn er ook synoniemen. Wat is dat? 

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Slide 11 - Link

Verwijswoorden 
Die/dat
Het woord ‘die’ verwijst naar een de-woord of naar een meervoud. Het woord ‘dat’ verwijst naar een het-woord.

De uitleg die Biber (1988) geeft, wordt minder geloofwaardig.
Dit is te lezen in het artikel van Lagerwerf (1998) dat ingaat op het gebruik van het woord ‘hoewel’.


Slide 12 - Slide

Verwijswoorden
(1) Alle het-woorden zijn onzijdig. Naar deze woorden verwijs je met ‘het’ of ‘zijn’.

Het instituut sluit zijn deuren, want het maakt geen winst meer.
(2) De meeste de-woorden zijn mannelijk. Naar die woorden verwijs je met ‘hij’ of ‘zijn’
De leerlingenraad vond dat er maar gedeeltelijk naar zijn verlangens werd geluisterd.

Slide 13 - Slide

Verwijswoorden
Sommige de-woorden zijn vrouwelijk. Dit zijn uitzonderingen. Naar deze woorden verwijs je met "haar"

De jeugdvereniging heeft veel te danken aan haar leden. 



Slide 14 - Slide

Aan de slag!
Opdracht 1 + 3 op pagina 236/237 
Tijd: 10 minuten 

Slide 15 - Slide

Afsluiting

Huiswerk: Opdracht 4 op pagina 237

Slide 16 - Slide