What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Subcutaan en intramusculair injecteren
SC/IM injecteren
Verpleegtechnische handelingen
Injecteren, sondevoeding,
blaaskatheterisatie
Welkom en succes!
1 / 46
next
Slide 1:
Slide
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
This lesson contains
46 slides
, with
interactive quizzes
,
text slides
and
3 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
SC/IM injecteren
Verpleegtechnische handelingen
Injecteren, sondevoeding,
blaaskatheterisatie
Welkom en succes!
Slide 1 - Slide
Bij subcutaan injecteren, dan injecteer je ...
A
In de spier
B
in de huid
C
in een ader
D
in het onderhuidsvetweefsel
Slide 2 - Quiz
welke spier is geschikt voor het injecteren van grotere hoeveelheden
Slide 3 - Open question
Wat voor naald is dit?
Slide 4 - Open question
Wat voor een naald is dit?
Slide 5 - Open question
Waarom spuit je eerst 2 IE insuline weg?
A
voor hygiëne
B
Om ontluchten en checken of de naald werkt
C
om de insuline te activeren
D
dat is niet nodig
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Hoe heet het vlak waar de pijl staat in de bilspier?
A
bovenste buitenste octaaf
B
buitenste bilvlak
C
bovenste buitenste kwadrant
D
Het kletsvlak
Slide 9 - Quiz
Blaas katherisatie
Slide 10 - Slide
De ureter is...
A
De plasbuis
B
De verbinding tussen nieren en blaas
C
Een soort katheter
Slide 11 - Quiz
Wat is de functie van de ballon bij een katheter?
A
katheter in blaas houden
B
om te kunnen blaasspoelen
C
voorkomt blaaskrampen
D
verkleint kans op blaasontsteking
Slide 12 - Quiz
Zowel bij een suprapubisch als bij een urethrale katheter kan urine lekkage optreden. Waardoor kan dit optreden?
A
Een te grote ( charierre) katheter
B
Een blokkade van de katheter
C
Blaas spasme
D
Alle bovenstaande antwoorden
Slide 13 - Quiz
wanneer je vloeistof in de katheter naar de blaas spuit maar de vloeistof niet terugkomt
A
is de katheter verstopt
B
is de ballon niet opgeblazen
Slide 14 - Quiz
Wat is intermitterend katheteriseren?
A
Continu legen van een blaaskatheter
B
Met tussenpozen legen van de blaas met een katheter
C
Katheter met een plug
Slide 15 - Quiz
Op welke wijze kun je het ontstaan van een cystitis voorkomen?
A
door te zorgen voor ruime diurese
B
door 2x daags intermitterend de blaas te spoelen.
C
Door regelmatig, 1 x per 2 weken de katheter te verwisselen
Slide 16 - Quiz
Onderzoek blaas katheterisatie is;
A
urinekweek
B
diagnose urine retentie
C
blaasfunctie
D
allen antwoorden zijn goed
Slide 17 - Quiz
Wat zijn blaaskrampen?
A
Krampen die een ZV krijgt als hij de urine te lang ophoudt.
B
Samentrekkingen van de blaas als gevolg van een katheter.
C
Krampen als gevolg van een urineweginfectie.
D
Krampen als gevolg van uitdroging.
Slide 18 - Quiz
uit een verblijfskatheter die 8 dagen zit mag je een urinekweek afnemen
A
ja, de urine komt rechtstreeks uit de blaas
B
nee, je moet een nieuw katheter inbrengen
C
ja, na grondig desinfecteren
Slide 19 - Quiz
Wat is het verschil in risico?
Slide 20 - Slide
Sondevoeding
Slide 21 - Slide
sondevoeding is een volwaardige maaltijd
A
juist
B
onjuist
Slide 22 - Quiz
Voor het toedienen van sondevoeding moeten handschoenen gebruikt worden.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 23 - Quiz
Je mag medicijnen oplossen in de sondevoeding, zodat de cliënt ze gelijk met de sondevoeding binnen krijgt
A
waar
B
niet waar
Slide 24 - Quiz
Hoe bewaar ik sondevoeding?
A
In de koelkast
B
Bewaar het bij hoge temperatuur
C
Bewaar sondevoeding op een koele plaats in huis
D
Bewaar de voeding in het zonlicht
Slide 25 - Quiz
Het toedienen van sondevoeding is een voorbehouden handeling
A
juist
B
onjuist
Slide 26 - Quiz
Waarom controleer je de temperatuur van de sondevoeding voor toediening?
A
Om te kijken of de voeding niet plakt.
B
Omdat koude voeding maagklachten geeft.
C
Lauwe voeding wordt slecht opgenomen.
D
Omdat warme voeding de wand kan beschadigen.
Slide 27 - Quiz
Welke soorten sondevoeding zijn er
A
eiwitrijk, kant en klaar
B
poedervorm, energieverrijkt
C
energie verrijkt, eiwit verrijkt
D
vloeibaar en poedervorm
Slide 28 - Quiz
Om diarree bij het gebruik van sondevoeding te voorkomen moet de toedieningssnelheid en hoeveelheid van de sondevoeding verlaagd worden
A
Juist
B
Onjuist
Slide 29 - Quiz
En nu aan de slag!
Slide 30 - Slide
Slide 31 - Video
Slide 32 - Video
Slide 33 - Video
Slide 34 - Slide
Slide 35 - Slide
Slide 36 - Slide
Slide 37 - Slide
Slide 38 - Slide
Slide 39 - Slide
Slide 40 - Slide
Slide 41 - Slide
Slide 42 - Slide
Slide 43 - Slide
VTH theorieboek blz.65-70
Leer de stof over SC/IM injecteren zodat je wat we geleerd hebben vandaag blijft onthouden!
Slide 44 - Slide
Oefenen Skills Mevr. Van Limbeek
Opzuigen injectievloeistof+ eventueel reeds SC/IM injecteren
Aftekenboek skills meenemen!
Tekst
Per leerteam, de rest kan aan de slag(e learning rekenen)
Slide 45 - Slide
Wat hebben we geleerd vandaag?
Slide 46 - Mind map
More lessons like this
Subcutaan en intramusculair injecteren
May 2020
- Lesson with
31 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 2
Injecteren subcutaan + intramusculair
April 2023
- Lesson with
38 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 3
sc en im injecteren
January 2024
- Lesson with
46 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
Toets SC injecteren
October 2024
- Lesson with
19 slides
Vaardigheden
MBO
Studiejaar 2
injecteren
November 2023
- Lesson with
37 slides
Skills
MBO
Studiejaar 2
les 4 medicatie MZ
July 2024
- Lesson with
44 slides
Zorg en Welzijn
MBO
Studiejaar 4
injecteren les 1
October 2023
- Lesson with
36 slides
Skills
MBO
Studiejaar 2
Injecteren subcutaan + intramusculair
April 2023
- Lesson with
32 slides
Verzorging
MBO
Studiejaar 2