Het Weer - Onweer en wolken

Het Weer
4 - Onweer en wolken
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Het Weer
4 - Onweer en wolken

Slide 1 - Slide

Waarom gebeurt dit?

Slide 2 - Slide

Waarom maakt dit ding je haar droog?

Slide 3 - Slide

Warme lucht kan meer waterdamp (gasvormig) vasthouden dan koude lucht.

In koudere lucht wordt waterdamp sneller vloeibaar (het condenseert).
In warme lucht kan water overgaan naar waterdamp (het verdampt).

Slide 4 - Slide

In deze les:
1. Ontstaan van wolken

2. Ontstaan van onweer

Slide 5 - Slide

Temperatuur bepaalt hoeveel waterdamp in 1 vierkante meter lucht kan zitten.

Als lucht zo koud wordt dat waterdamp gaan condenseren, is het dauwpunt bereikt.

Slide 6 - Slide

Gebruik de grafiek om het juiste antwoord af te lezen.

Midden op de dag bevat de lucht 7 g waterdamp per m3 bij een temperatuur van 23 °C.
Hoe laag moet de temperatuur ’s nachts worden voordat het begint te dauwen?

Slide 7 - Slide

Als warme, stijgende lucht hoger in de dampkring afkoelt, bereikt het ook een dauwpunt.

De waterdamp gaat condenseren; dan ontstaan er (stapel)wolken.

Slide 8 - Slide

Als lucht snel stijgt en er heel hoge wolken ontstaan, krijg je ijskristallen en waterdruppels die langs elkaar bewegen.

Die wrijving maakt dat deeltjes elektrisch geladen worden.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Lees en geef antwoord op de vraag: Onder welke omstandigheden is de kans op onweersbuien erg groot?
timer
1:00

Slide 11 - Slide

Aan de slag
Belangrijk in deze paragraaf:
1. Het ontstaan van wolken
2. Hoe de elektrische lading ontstaat die leidt tot onweer

Maak: paragraaf 2.4, opdracht 1 t/m 6

Slide 12 - Slide