Vitale functies

• Verzorging
• MBO
• Studiejaar 1

Vitale functies

Casus meneer Jonker 

Meneer Jonker is een man van 84 jaar. Hij woont  zelfstandig in een seniorenwoning. Lisette is verzorgende in de wijk. Tweemaal per week helpt ze meneer Jonker met douchen. Wanneer ze bij de woning aankomt, zijn de gordijnen nog dicht en doet meneer pas na enkele malen aanbellen de deur open. Meneer Jonker ziet er moe uit en heeft een rood hoofd. Hij laat Lisette binnen en geeft aan meteen weer naar bed te willen. Hij wil vandaag niet onder de douche.

Lisette vermoedt dat meneer Jonker koorts heeft. Ze helpt hem naar binnen, waarbij het haar opvalt dat zijn pyjama klam aanvoelt. Daarnaast voelt meneer Jonker zelf erg warm aan. Lisette brengt hem naar bed. Ze ziet dat zijn onderlaken drijfnat is en dat er erg veel dekens op het bed liggen. Meneer Jonker maakt een wat suffe indruk en Lisette vindt dat hij er erg moe uitziet.

Welke symptomen van koorts zijn in de casus van meneer Jonker beschreven?

Lisette meet de temperatuur

Lisette besluit de temperatuur van meneer Jonker rectaal te meten. Wat vind je van deze keuze?

Welke voordelen kan het gebruik van een oor thermometer bieden?

Lisette meet de pols

a Waar ligt de arteria radialis?
b Als je daar de polsslag niet kunt meten, welke plaats kies je dan om de hartslag te voelen?

Beschrijf kort wat de verschillende kwaliteiten van de pols inhouden en hoe je die kunt meten.

Casus meneer Jonker 

Het valt Lisette op dat meneer Jonker ook wat kortademig lijkt. Hij ademt wat zwaarder dan ze van hem gewend is en ze hoort een piepende ademhaling. Lisette vraagt aan meneer Jonker of hij zich benauwd voelt. Meneer Jonker geeft aan dat dat sinds twee dagen inderdaad het geval is, vooral wanneer hij activiteiten onderneemt, zoals huishoudelijke klussen en boodschappen doen. Lisette weet dat meneer Jonker sinds enige jaren COPD heeft, maar daar normaal gesproken weinig klachten van ondervindt. De benauwdheid waar meneer Jonker nu last van heeft, is dan ook ongebruikelijk voor hem. Lisette besluit de ademhaling van meneer Jonker gedurende haar bezoek goed te observeren.

Lisette meet de ademhaling

Op welke manier kun je een zorgvrager helpen te ontspannen voor de meting van de
ademhaling?
a. Wat kun je observeren aan de ademhaling van deze zorgvrager?
b. Beschrijf vier verschillende geluiden die je kunt waarnemen tijdens het observeren van de
ademhaling en wat de oorzaak kan zijn van die geluiden.

Lisette overweegt de huisarts te bellen, maar wil eerst nog wat meer gegevens verzamelen.
a Waarom wil Lisette meer gegevens hebben voordat ze een arts belt? Welke gegevens wil ze
hebben en waarom?
b Waarom neem je voordat je een arts belt eerst contact op met een ervaren collega?

Lisette meet de bloeddruk

Bij het meten van de bloeddruk moet twee tot drie centimeter boven de manchet en onder de
elleboogplooi overblijven. Waarom is dat?

Lisette meet bij meneer Jonker een bloeddruk van 190/95 mmHg.
a Wat kunnen de oorzaken zijn van de hoge bloeddruk van meneer Jonker?
b Wat moet Lisette doen met de uitslag van de bloeddrukmeting?

Lisette meet de saturatie

Wat betekent saturatie?
Wat is een gezonde saturatie waarde?

Wanneer krijg je een betrouwbare waarde bij het meten van de saturatie

Gemeten waardes hr. Jonker

Temperatuur: 39 graden celsius

Pols: 100 slagen p/m

ademhaling: 25 p/m

Bloeddruk: 190/95 mmhg

saturatie:90%pO2

Wat ga je doen met deze waardes?

Hoe krijg je meneer zo comfortabel mogelijk?