This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes and text slide.
Items in this lesson
Rekenen
Slide 1 - Slide
Hanna gaat naar Groningen. Het is nu kwart over 10. De trein vertrekt om 12:00 uur. Hoeveel minuten moet Hanna nog wachten? ... minuten
Slide 2 - Open question
Bart heeft een tas met geld gevonden in een park. In de tas zit 10.000 euro. Allemaal briefjes van 10. Hoeveel briefjes van 10 zitten er dan in?
Slide 3 - Open question
Als je naar het museum gaat kost dat 10 euro. Een megakaart van 10x toegang kost 85 euro. Hoeveel euro korting krijg je met deze kaart als je 10x gaat?
Slide 4 - Open question
Een directeur wil zijn collega's iets geven. Hij moet daarvoor 418 cadeau's kopen. Elk cadeau is 6 euro. Hoeveel euro is hij kwijt?
Slide 5 - Open question
Je kunt nu ook online kaarten kopen voor een attractie. Een kaartje kost 25 euro. In totaal heeft de verkoop 1800 euro opgebracht. Hoeveel mensen hebben een kaartje gekocht?
Slide 6 - Open question
Reken de som uit... 37,5 + 3,14 + 0,007
A
40,71
B
40,61
C
41,71
D
40,86
Slide 7 - Quiz
Per week gebruikt Jonas 1,5 liter water voor zijn dieren. Hij wil nu genoeg hebben voor 18 weken. Hoeveel liter water moet hij dan hebben? ... liter
Slide 8 - Open question
Op de kassabon van Femke staat: Koeken 0,89 euro Nootjes 1,09 euro Hagelslag 2,60 euro Cake 1,39 euro Hoeveel moet Femke betalen? Rond af op hele euro's.
Slide 9 - Open question
Familie de Bruin woont op huisnummer 38. De buren links van hen wonen op nummer 40. De buren rechts van hen wonen op nummer...?
Slide 10 - Open question
'Als we nog 7 voetballen verkopen, hebben we dit jaar al 15.000 voetballen verkocht.' Hoeveel voetballen zijn er tot nu toe verkocht?
Slide 11 - Open question
Mette koopt 8 doosjes aardbeien voor 70 cent per stuk. Ze betaald met 10 euro. Hoeveel krijgt ze terug?
Slide 12 - Open question
Nienke en Guusje vinden een schat met een waarde van 50.766 euro. Ze delen de buiten eerlijk en krijgen dus allebei ... euro
Slide 13 - Open question
Julian gaat om 10:03 uur weg met de fiets. Sepp ging 12 minuten eerder weg. Hoe laat vertrok Sepp?
A
09:45 uur
B
09:52 uur
C
09:51 uur
D
10:51 uur
Slide 14 - Quiz
Vera zaagt van een plank van 1 meter 1/5 deel af. Hoeveel centimeter van de plank blijft over? ... cm
Slide 15 - Open question
Vader gaat naar een winkel en koopt daar 3 kazen van 3,95 euro en 2 zakken appels van 5,05 euro. Hoeveel moet hij betalen?
A
21,95 euro
B
22,10 euro
C
19,85 euro
D
21,85 euro
Slide 16 - Quiz
Aan een onderzoek deden 2500 mensen mee. Uit dit onderzoek bleek dat 1/5 deel van ede proefpersonen hun huis niet goed heeft beveiligd. Hoeveel mensen waren dat?
Slide 17 - Open question
Er werden dit jaar 60.000 grasmaaiers verkocht. Daarvan was 30% in de aanbieding. Hoeveel grasmaaien zijn er in de aanbieding verkocht?
Slide 18 - Open question
Welk getal ligt precies tussen 53,6 en 53,7 ?
A
53,60
B
54,0
C
53,65
D
53,67
Slide 19 - Quiz
Een polo kostte eerst 70 euro. Dewi krijgt 50 procent korting. Hoeveel kost de polo nu? ... euro
Slide 20 - Open question
De eigenaar van de groentewinkel verkoopt in 1 kwartaal 1880 kisten peren, 1775 kisten bananen en 1675 kisten frambozen. Hoeveel kisten verkoopt hij dan in een jaar?
Slide 21 - Open question
Wat is de uitkomst van deze som? 800 + 0,05 + 8 Rond af op hele getallen.
Slide 22 - Open question
Meneer van Veen koopt 13 pakken koek. In ieder pak zitten 16 koeken. Hoeveel koeken heeft hij gekocht?
Slide 23 - Open question
Op de weegschaal staat 2,364 kg. Hoeveel gram is dit? ... gram
Slide 24 - Open question
Jordy maakt een fietsreis van 1260 kilometer. Per dag fietst hij 45 km. Hoeveel dagen moet hij fietsen?
... dagen
Slide 25 - Open question
Voor de wedstrijd loopt een team volleyballers 3 rondjes om een sportveld. Het sportveld heeft een lengte van 110 meter en een breedte van 50 meter. Hoeveel meter lopen ze dan?
Slide 26 - Open question
In een kamer staat een kast met dozen. Op de eerste plank liggen 4x4 dozen, op de tweede plank liggen 2x4 dozen en op de derde plank liggen 1x4 dozen. Hoeveel deze n liggen er in de kast?
Slide 27 - Open question
Het is 10 over 3 's middags. Om 16:45 uur moet Sarah naar muziekles. Over hoeveel minuten is dat?
Slide 28 - Open question
Florian, Sam, Noud, Jolie en Bo gaan samen naar een concert. Ze moeten samen 105 euro betalen. Wat kostte het per persoon? ... euro
Slide 29 - Open question
Bij een ijskraam worden ijsjes van 0,50 euro verkocht. Meester koopt voor 26 kinderen een ijsje. Hoeveel euro moet hij betalen?