De praatpaal

• Begrijpend lezen
• Basisschool
• Groep 5

Luister en lees mee....

te - gen - woor - dig

tegen - woordig

tegenwoordig

3000

[spreek uit:

drie - dui - zunt]   

op - laad - pa - len

oplaad - palen

oplaadpalen

elektrische

[spreek uit: ee - lek - trie - su]

Doel van deze les

Jullie kunnen bij elk kopje belangrijke woorden en zinnen selecteren. Jullie kunnen uit twee stukjes van een paar zinnen, het stukje kiezen dat het stuk tekst het beste samenvat.

• Zie je een moeilijk woord? Gebruik dan de woordhulp.

• Kijk naar de tekens hiernaast.

• Schrijf de tekens bij de tekst. Doe dat je als je de tekst leest.

* Dit is belangrijk.

?? Dit snap ik niet.

1. Welke titel past ook goed bij de tekst? Kies A of B.

1. A. Door mobieltjes zijn praatpalen niet meer nodig
2. B. Met praatpalen kun je de Wegenwacht bellen

2. Lees het stukje onder Praatpalen langs de snelweg.
Wat is de beste samenvatting?

1. A. Vroeger stonden overal gele palen langs de snelweg. De gele palen stonden in de berm. Die moest je goed zoeken.
2. B. Vroeger stonden overal gele palen langs de snelweg. Via die praatpalen kon je de Wegenwacht bellen. De Wegenwacht kon direct zien waar je was.

3. Lees het stukje onder De praatpalen gaan weg.
Wat is de beste samenvatting?

1. A. De praatpalen verdwijnen nu. Vanaf 1 juli kun je ze niet meer gebruiken.
2. B. Nu belt iedereen zelf de Wegenwacht met zijn mobieltje. Daarom zijn praatpalen niet meer nodig.

4. Lees het stukje onder Oude praatpalen.
Wat is de beste samenvatting?

B. Oude praatpalen worden verkocht.
Ze waren heel snel uitverkocht.
Veel mensen wilden er een hebben.

1. A. Oude praatpalen worden verkocht. Of ze worden omgebouwd. Het is zonde als ze verdwijnen.
2. B. Oude praatpalen worden verkocht. Ze waren heel snel uitverkocht. Veel mensen wilden er een hebben.

Bedenk en speel een toeelstukje

Vroeger werden praatpalen veel gebruikt.

Mensen met autopech belden naar de Wegenwacht.

Wat is er misschien wel eens gebeurd bij de praatpaal?

Bedenk het zelf...

Wie had er pech?

Wat was er aan de hand?

Wat zei de wegenwacht door de praatpaal?

Wie kwam helpen?

Hoe is het probleem opgelost.