4-10 Hoofdstuk 1 nn pvtt en pv vt

Welkom bij Nederlands
Telefoon in de koffer
Jassen aan de kapstok

Ga zitten, pak je leesboek, je 
laptop (dicht!), je schrift en een pen. 
socialiseren
timer
5:00
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands
Telefoon in de koffer
Jassen aan de kapstok

Ga zitten, pak je leesboek, je 
laptop (dicht!), je schrift en een pen. 
socialiseren
timer
5:00

Slide 1 - Slide

Lesopbouw
  • Lezen in je leesboek
  • Instructie Persoonsvorm spellen
  • Zelfstandige verwerking (zw)
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

Lezen
8 minuten stil lezen. 
timer
8:00

Slide 3 - Slide

Lesdoel:
Je leert de persoonsvorm goed spellen. 

Slide 4 - Slide

Instructie
Wanneer je de persoonsvorm goed wilt spellen, moet je altijd eerst weten wat de stam van het werkwoord is. De ik-vorm. De ik-vorm is het woord dat achter 'ik' komt te staan: 

Hele werkwoord --> werken
Ik-vorm --> Ik werk (stam) 


Slide 5 - Slide

Instructie
pvtt (persoonsvorm tegenwoordig tijd)
ik ervoor of erachter, jij/je erachter: ik-vorm
ander enkelvoud: ik-vorm +t
meervoud: het hele werkwoord
wij/jullie/zij + hele werkwoord

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Verleden tijd
In de verleden tijd heb je sterke en zwakke werkwoorden. 
Sterke werkwoorden zijn sterk genoeg om van klank te veranderen wanneer je ze in de verleden tijd zet. 
Zwakke werkwoorden kunnen dit niet en blijven dus hetzelfde klinken. 

Slide 8 - Slide

Sterke werkwoorden
Een voorbeeld van een sterk werkwoord is vinden.
Ik vind (tt) --> ik vond (vt)
'Geven' en 'weten' zijn ook sterke werkwoorden. 

Ik geef (tt) --> ik ? (vt)
Ik weet (tt) --> ik ? (vt)
Ik vind (tt) --> ik ? (vt)

Slide 9 - Slide

Zwakke werkwoorden
 De verleden tijd van zwakke werkwoorden is bij enkelvoud: stam + -de of -te 
En bij meervoud:
stam + -den of -ten

Ik pak (tt) --> ik pakte (vt)
Ik lust (tt) --> ik lustte (vt)


Slide 10 - Slide

Uitleg zwakke en sterke werkwoorden. 

Slide 11 - Slide

TOETS
Donderdag 7 oktober PTO taalverzorging. Deze toets telt 4x mee. 

Slide 12 - Slide

Samen: pv in de verleden tijd.
Vader (betalen) de computer. 
Jordi (antwoorden) correct op de vraag.
Herman (worden) gisteren veertig.
(vinden) je zus geschiedenis ook zo leuk?
Hij (snijden) zich in de vingers. 
Onze hond (spelen) graag met de kat.
Bram (rijden) vaak op de trekker rond. 

Slide 13 - Slide

Zelfstandig aan het werk
Jullie gaan verder in Nieuw Nederlands. Hoofdstuk 1, Taalverzorging , persoonsvorm tt en vt. 
Ben je klaar? Gebruik de rest van de tijd om alles van H1 Taalverzorging, af te maken. Wat je niet beheerst, oefen je extra in de Brug. 

Slide 14 - Slide

Lesdoel behaald? 
  • Voorbeeld sterk werkwoord?
  • Voorbeeld zwak werkwoord?
  •  Kan de pv in de vt eindigen op dt?
  • Ik heb voldoende gescoord om de toets te kunnen maken.

Slide 15 - Slide