Vrijdag 27 maart 1C

Vrijdag 27 maart 1C

Lesdoel: Aan het einde van de les weet je hoe katholieke geestelijken leefden in een klooster.

• Nakijken h.5 basis 2 opdracht 1 t/m 12 (blz. 64-65) en voeg een foto toe.
• Bekijk de video in de LessonUp en beantwoord de vragen.
• Lees de introductie en basis 3.1 op bladzijde 93-94.
• Maak opdracht 1 t/m 4 op bladzijde 66. voeg hiervan een foto toe.

Voeg hier een foto toe van de nagekeken opdrachten. (blz. 64-65)

Bekijk de video op de volgende slide. Beantwoord daarna de vragen in de LessonUp.

Aan wie beloven monniken gehoorzaamheid?

1. een Abt
2. een Priester
3. de Paus
4. aan God

Waarom gehoorzamen monniken de abt?

1. Zodat de abt de monniken kan helpen bij het bidden
2. Zodat zij kunnen doen wat God van hen wil
3. Zodat ze in de hemel komen
4. Zodat ze zelf kunnen bepalen hoe ze God aanbidden

Hoe gaan monniken om met bezittingen?

1. Monniken hebben hun eigen spullen
2. Monniken gebruiken geen spullen
3. Monniken gebruiken spullen die ze delen met elkaar
4. Monniken kopen spullen van het klooster

Wat betekent de gelofte van de kuisheid?

1. Dat monniken alles schoon moeten houden
2. Dat Monniken moeten trouwen
3. Dat Monniken geen seksuele relaties mogen hebben
4. Dat Monniken niet mogen zoenen

Lees nu op bladzijde 93 en 94 de introductie en basis 3.1: de macht van de kerk. 

Maak daarna opdracht 1 t/m 4 op bladzijde 66 van het werkboek.

Voeg een foto toe van opdracht 1 t/m 4 op bladzijde 66.