H4 Leesvaardigheid - argumenten en feiten

Lesplanning
* 10 min. lezen in je leesboek
* uitleg leesvaardigheid H4
* theorie 
* keuzeopdracht
timer
10:00
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lesplanning
* 10 min. lezen in je leesboek
* uitleg leesvaardigheid H4
* theorie 
* keuzeopdracht
timer
10:00

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lesdoel
Ik kan / weet:
  • onderscheid maken tussen feiten, standpunten en argumenten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 3 - Video

Opfrissen kennis over argumenten;
feitelijke argumenten
niet-feitelijke argumenten
Mening of feit?
Blijf zitten als je denkt dat de stelling een mening is en sta op als je denkt dat deze een feit is.

Sporten is gezond.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Mening of feit?
Blijf zitten als je denkt dat de stelling een mening is en sta op als je denkt dat deze een feit is.

Ik vind turnen een gave sport.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Mening of feit?
Blijf zitten als je denkt dat de stelling een mening is en sta op als je denkt dat deze een feit is.

Het is raar om leraren met 'u' aan te spreken.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Mening of feit?
Blijf zitten als je denkt dat de stelling een mening is en sta op als je denkt dat deze een feit is.

Van regen word je nat.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Feit (objectief)
Een feit is iets waarvan je kunt controleren of het waar of onwaar is.
Er zijn dus ware en onware feiten.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Mening (subjectief)
Een mening of standpunt is wat iemand van iets vindt. Met de mening van de schrijver van een tekst kun je het als lezer eens of oneens zijn.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Argument 
Een argument geeft aan waarom je een bepaalde mening hebt of bewijst je stelling. 


Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Signaalwoorden
Want, omdat, daarom, vanwege, immers, de reden hiervoor

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Keuzeopdrachten
  • Online quiz maken om het onderscheid te bepalen tussen objectief en subjectief (feit en mening): https://www.baamboozle.com/game/1285425 
  • Als je eerder klaar bent, ga je aan de slag met het huiswerk van deze week. (H4 opdr. 1 en 2)
timer
10:00

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Groepjes maken
Groepjes van 4 - 5 personen

Jullie zoeken samen op nieuwssites per groepje minimaal 8 / 10 koppen en uitspraken en geven aan of het om een feit of een mening gaat. Verdeel deze koppen en uitspraken in kolommen (feit en mening). 

Aan het einde van de les bespreken we de gevonden koppen en uitspraken en wat er is opgevallen. Zijn er bepaalde overeenkomsten in de fragmenten met een mening of een feit?
timer
20:00

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
Vrijdag 12 mei:
Af H4 leesvaardigheid opdr. 1 en 2

Slide 15 - Slide

This item has no instructions