les 4 ma 17 april

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Mobiel uitzetten en in de tas doen.
Rustig op je eigen plek gaan zitten.
Je laptop vast opstarten en je aanmelden bij lessonup.
Daarna je laptop omdraaien met het beeldscherm naar mij toe.
Als de timer op 0 staat start de uitleg en zit je klaar.

timer
1:00

Slide 1 - Slide

Deze les
-Terugblik vorige les (wat weet je nog).   
-Uitleg van de leerdoelen van deze week.   
-Opdrachten maken.
-Afsluiten; hoe is het deze les gegaan, wat heb je geleerd? 

Slide 2 - Slide

De leerdoelen voor deze week: 
-Je kunt bloedvaten in het bloedvatenstelsel benoemen.
-Je kunt de dubbele bloedsomloop beschrijven.

-Je kunt de delen van het hart benoemen in een afbeelding.
-Je kunt beschrijven hoe het hart het bloed door het lichaam pompt.

We oefenen de eerste twee (hebben we vorige week al gedaan).
En dan uitleg over de laatste twee.

Slide 3 - Slide

welke stelregel is juist?
A
een slagader stroom altijd van het hart af
B
een slagader stroomt altijd naar het hart toe
C
een slagader is zuurstofarm
D
een slagader heeft kleppen

Slide 4 - Quiz

welke stelregel is juist?
A
een ader is zuurstofrijk
B
een ader stroomt altijd naar het hart toe
C
een ader is altijd zuurstofarm
D
een ader ligt diep in het lichaam

Slide 5 - Quiz

de longslagader is zuurstofrijk?
A
juist
B
onjuist

Slide 6 - Quiz

De kleine bloedsomloop gaat naar.....
A
alle organen van het lichaam
B
de longen

Slide 7 - Quiz

Wat is waar?

1. Slagaders: bloed van hart af
2. Aders: vernoemd naar het orgaan waar het naar toe stroomt
A
beide waar
B
beide nietwaar
C
1: waar 2: nietwaar
D
1: nietwaar 2: waar

Slide 8 - Quiz


Hoe loopt de kleine bloedsomloop?
A
hart, longen, hart
B
hart, lichaam, hart
C
lichaam, hart
D
longen, hart

Slide 9 - Quiz


nr. 1
1
2
3
4
5
6
A
zuurstof arm kleine bloedsomloop
B
zuurstof rijk kleine bloedsomloop
C
zuurstof arm grote bloedsomloop
D
zuurstof rijk grote bloedsomloop

Slide 10 - Quiz


nr. 2
1
2
3
4
5
6
A
zuurstof arm kleine bloedsomloop
B
zuurstof rijk kleine bloedsomloop
C
zuurstof arm grote bloedsomloop
D
zuurstof rijk grote bloedsomloop

Slide 11 - Quiz


nr. 3
1
2
3
4
5
6
A
zuurstof arm naar de longen
B
zuurstof rijk naar de longen
C
zuurstof arm naar organen
D
zuurstof rijk naar organen

Slide 12 - Quiz


nr. 4

(het streepje onderaan)
1
2
3
4
5
6
A
zuurstofrijk
B
kleine bloedsomloop
C
gaswisseling in de haarvaten
D
de dubbele bloedsomloop

Slide 13 - Quiz


nr. 6
1
2
3
4
5
6
A
zuurstofrijk
B
kleine bloedsomloop
C
van de organen naar de rechterkant van het hart
D
de dubbele bloedsomloop

Slide 14 - Quiz

Kleine bloedsomloop: Vul de onderdelen van de kleine bloedsomloop in de juiste volgorde.
Start met de ruimte vanuit het hart.

1
2
3
4
5
linkerboezem 

longen 

longslagader 

linkerkamer 

longader 

rechterboezem 

rechterkamer 

Slide 15 - Drag question

Kleine bloedsomloop
Grote bloedsomloop
alle organen
longen
zuurstofrijk- zuurstofarm
van linker harthelft naar rechter harthelft
van rechter harthelft
naar linker harthelft
zuurstofarm-zuurstofrijk

Slide 16 - Drag question

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

De plaatjes in het boek gaan altijd uit van je eigen lichaam. Daar zit je hart links. Maar in het boek lijkt dat rechts. 
rechts
links
LET OP! 

Slide 19 - Slide

Op welk been staat een tatoeage? 

Slide 20 - Slide

Harttussenwand

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Het hart
Je ziet hier het buitenaangezicht van het hart.

Het hart = een holle spier

Om het hart lopen kransslagaders om zuurstof en voedingsstoffen aan het hart te geven.

Slide 23 - Slide

Kleppen hart

- De kleppen in het hart zorgen ervoor dat het bloed niet terugstroomt. 
- Hartkleppen voor de
kamers, na de
boezems. 
- Halvemaanvormige
kleppen na de kamers.



Slide 24 - Slide

Werking van de hartkleppen
Hartkleppen:
Bloed kan alleen van de boezems, naar de kamers. 
Halve maanvormige kleppen:
Bloed kan alleen de slagader in, en niet terug de kamer in.

Slide 25 - Slide

Het hart aan de binnenkant

Slide 26 - Slide

Linkerboezem
Rechterboezem
Linkerkamer
Rechterkamer
Halvemaanvormige kleppen
Holle ader
Aorta
Hartkleppen

Slide 27 - Drag question

Leerdoelen:
-Je kunt bloedvaten in het bloedvatenstelsel benoemen.
-Je kunt de dubbele bloedsomloop beschrijven.
-Je kunt de delen van het hart benoemen in een afbeelding.
-Je kunt beschrijven hoe het hart het bloed door het lichaam pompt.

Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen: de tekst van B4.
-Te maken: thema 3 basisstof 4 (3.4).
-De antwoorden van de opdrachten te controleren.
-Je kennis te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.

Slide 28 - Slide

Afsluiting.
Volgende les verder met thema 3. (Boek A)

Huiswerk:  ..

Nu nog de dia met linkjes naar extra uitleg en oefenmateriaal. 



Slide 29 - Slide