Motiveren

• Verpleegkundigen
• MBO
• Studiejaar 1,2

Motiveren 

Wat gaan we doen vandaag:

- Les doelen vandaag

- theorie met opdrachten

- filmpje 

- Casus 

- Opdracht motiverende gespreksvoering

- opdracht SOCOVA boek motiverende gespreksvoering  blz 145 opdracht 1

- quiz

- begrippenlijst invullen (Leren voor de toets)

Les doel: 

De student kan aan het einde van deze les de verschillende manieren van motiveren benoemen

Wat verstaan we onder
Motiveren?

Wat motiveert jou?

Schrijf een situatie op waarin jij werd gemotiveerd om iets te doen?

Motiveren 

Motivatie is de prikkel die mensen er toe aanzet om iets te doen, die bereid is om ergens voor in te spannen. Motiveren is invloed uitoefenen om de ander iets te laten doen. Dit wordt gedaan door zowel verbale als non verbale communicatie.

Motivatie

• Intrinsiek (je wil het al vanuit jezelf)
  

bv. je hebt zin om te gaan sporten

• Extrinsiek (je doet het omdat het wat oplevert)

bv. je leert voor je toets om een mooi cijfer te halen

Intrinsiek versus extrinsiek

"Ze gaat babysitten, want dat levert extra geld op."

1. intrinsiek gemotiveerd
2. extrinsiek gemotiveerd

"zij leest graag in dat boek omdat hij zoveel mogelijk over LACCS wil weten."

1. intrinsiek gemotiveerd
2. extrinsiek gemotiveerd

Welke voorbeelden van intrinsieke motivatie (vanuit jezelf) kun je bedenken?

Motiverende gespreksvoering 

Motiverende gesprekstechniek

Motivatie is afhankelijk van 3 componenten:

1. Willen: het belang van verandering inzien;

2. Kunnen: het belang van vertrouwen in verandering;

3. Klaar zijn: het stellen van prioriteiten.

Motiverende gespreksvoering

Motiverende gespreksvoering gaat uit van de de eigen kracht van de client. Deze methode is geschikt voor mensen die hun gedrag willen en kunnen  veranderen. Bij motiverende gespreksvoering maak je gebruik van het uitlokken van verandertaal.

Ook belangrijk in de communicatie met collega's of verwanten!

Wat vind jij jouw sterke kanten in het voeren van een gesprek?

Wat wil je leren in het communiceren en gespreksvoering?

Oefening

Sta stil bij jezelf en jouw intrinsieke en extrinsieke motivatie

Socova opdrachten boek blz 145 opdracht 1. 

Wat valt je op in dit gesprek?

wat valt je op aan dit gesprek?

Wat valt je op in dit gesprek?

wat valt je op aan dit gesprek?

LSD

luisteren 

samenvatten

doorvragen

Mevrouw Jansen 

Mevr. Jansen heeft diabetes type 2 en is insuline afhankelijk. 

als je bij mevr. Jansen komt wil ze haar insuline niet toegediend krijgen. 

Vorm groepjes van drie

Oefen met z'n tweeën het gesprek. Een iemand is de zorgverlener, de ander is mevrouw Jansen . De derde is observant en kijkt of de uitgangspunten van motiverende gespreksvoering worden gebruikt.

Wissel elke keer van rol.
Geef elkaar feedback volgende de feedback regels. 

Bingo met de klas 

Deze opdracht doen we met de hele klas. Je oefent met gespreksvoering. 

Twee studenten beginnen. De een vertelt in een paar zinnen aan de ander iets over wat hij eigenlijk wel anders zou willen doen op het werk of privé, maar wat nog niet echt gelukt is. De ander reageert hierop. Probeer zo goed mogelijk te achterhalen wat er speelt is. 

De rest van de klas probeert BINGO te halen! 

Na afloop vertellen de anderen in de klas welke vragen zij hadden willen stellen, die niet gesteld zijn.  Daarna zijn twee andere studenten aan de beurt. 

Bingokaart

3 op een rij!

Wat is intrinsieke motivatie?

1. Motivatie die vanuit jezelf komt, omdat jij iets graag wilt doen
2. Motivatie die ontstaat omdat het van je vereist wordt dat je het doet
3. De motivatie de je krijgt als je wilt presteren om iets te bereiken

Casus: Bert vindt het moeilijk om zijn eigen huis op te ruimen. Hij kan zichzelf niet motiveren om zijn eigen huis opgeruimd en netjes te houden.
Wat ontbreekt er bij Bert?

1. Extrensieke motivatie
2. Een begeleider die hem helpt en ondersteunt
3. Een stoffer en blik
4. Intrinsieke motivatie

Wat houdt intrinsieke motivatie in

(intrinsieke motivatie, 2021).

1. Motivatie van buitenaf
2. Motivatie vanuit jezelf

Wat is motiveren

1. iemand helpen bij zijn taak.
2. zorgen dat anderen ingrijpen als er iets gebeurt.
3. zorgen dat iemand zij taak met plezier doet.
4. taken laten uitvoeren zonder begeleiding.

Is het leerdoel van vandaag behaald? ligt je antwoord toe.
(De student kan aan het einde van deze les de verschillende manieren van motiveren benoemen )

Begrippenlijst invullen