This lesson contains 10 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
6.2 Oppervlakte vergroten
Hoe ziet de les er van vandaag uit:
Huiswerk paragraaf 6.1 en 6.2 controleren
Terughalen kennis
Theorie
Slide 1 - Slide
Oppervlakte gebruik je voor
A
Het aantal tegels neerleggen in een tuin
B
Het aantal liter melk in een pak uitrekenen
Slide 2 - Quiz
Inhoud gebruik je voor
A
Vlakke figuren
B
Ruimtefiguren
Slide 3 - Quiz
Oppervlakte en inhoud vergroten
Rechthoek II is een vergroting van rechthoek I
De vergrotingsfactor is 4.
Rechthoek 1 past 4X in de lengte en 4X in de breedte.
De oppervlakte is van 1X1 gegaan naar 4X4 oftewel 42
Slide 4 - Slide
Oppervlakte en inhoud vergroten
De formule voor het vergroten en verkleinen van een oppervlakte is dan ook:
opp beeld= vergrotingsfactor2 x opp origineel
Slide 5 - Slide
Bereken de oppervlakte van een rechthoekige foto van 3 cm bij 5 cm.
A
1,5
B
8
C
15
D
150
Slide 6 - Quiz
De oppervlakte van de foto is 15 cm Bereken de oppervlakte van de vergroting: De foto wordt vergroot met factor 6. oppervlakte vergroting = vergrotingsfactor x oppervlakte orig.