Les 7 La comida

• Spaans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

e3a

Viernes, el 8 de marzo

La comida

leerdoel:

Je kunt iets te eten en te drinken bestellen 

in een restaurant en de rekening vragen.

subdoelen:

- je kunt een tekstje lezen over een gesprek in een restaurant

- je kunt de vragen begrijpen die een ober stelt

- je kent de standaard zinnen om iets te bestellen en te vragen naar de rekening.

- Je kunt zeggen: alstublieft (als je iets geeft en als je iets vraagt) en dank u wel.

- je weet wat 'eet smakelijk' in het Spaans is.

el camarero

¿Qué va(n) a tomar? = wat gaat u nemen?

¿Desea algo más? = wilt u nog iets?

¡Qué aproveche! = eet smakelijk

Son 52 euros por favor = het is 52 euro alstublieft.

el / la cliente

Para mí ..... por favor =  voor mij ... alstublieft.

de primero = als voorgerecht

de segundo = als hoofdgerecht ...

de postre = als toetje ....

Para beber quería = om te drinken wil ik graag... 

¿Tiene la cuenta por favor? = Heeft u de rekening alstublieft?

Alstublieft (als je iets geeft)= aquí tiene

BIJV: Aquí tiene 25 euros.

Lees deze tekst en...

... noteer wat iedere persoon bestelt.

Lees de tekst op de vorige slide en sleep de gerechten naar de juiste plek in de tabel

helado

plátano

flan

pescado

pollo

sopa

macarrones

sopa

pollo

Tarea

1. Bekijk de menukaart.

2. Schrijf nu een dialoog tussen een ober en twee klanten in een restaurant. 

3. Als je klaar bent maak je een foto/screenshot van je dialoog en je voeg je deze toe bij de fotovraag op de volgende bladzijde

Lever hier een foto van je gesprekje in het restaurant in:

leerdoel:

Je kunt iets te eten en te drinken bestellen 

in een restaurant en de rekening vragen.

subdoelen:

- je kunt een tekstje lezen over een gesprek in een restaurant

- je kunt de vragen begrijpen die een ober stelt

- je kent de standaard zinnen om iets te bestellen en te vragen naar de rekening.

- Je kunt zeggen: alstublieft (als je iets geeft en als je iets vraagt) en dank u wel.

- je weet wat 'eet smakelijk' in het Spaans is.

¿Cómo has trabajado hoy?
Hoe heb je gewerkt vandaag?

😒🙁😐🙂😃

Los deberes 

lunes 29 de marzo:

Leren: voca 55-65