What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
A1C H3 les 4
Chapitre 3
Au collège!
1 / 16
next
Slide 1:
Slide
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
16 slides
, with
interactive quiz
,
text slides
and
2 videos
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Chapitre 3
Au collège!
Slide 1 - Slide
Mondeling
De klok: wat weet je nog? Correction A4
Bron D: het ww être - uitleg p.112
ex 16c. ex 17b
ex 16d, 17a, 17c, 17d, 18a
Programme
du jour
Slide 2 - Slide
pour mardi
leren :
voc B n-f
het rijtje van het ww être (zijn)
maken:
ex 16d, 17acd 18a
SO H3 mardi 14/02
Slide 3 - Slide
A
Tu es en quelle classe?
Tu as quelles matières le mardi?
La récré, c'est à quelle heure?
Quelle heure est-il?
B
ik ben in de brugklas
Op dinsdag heb ik biologie en wiskunde
Het is om 10.30 uur
Het is kwart voot acht
Slide 4 - Slide
0
Slide 5 - Video
Il est quatre heures
il est minuit
il est deux heures et quart
il est six heures moins le quart
il est cinq heures et quart
il est huit heures
il est neuf heures et quart
il est huit heures et demie
il est midi
1. Het is 2 uur
2. Het is half 6
3. Het is kwart voor acht
Slide 6 - Slide
Wat is het verschil tussen een regelmatig en een onregelmatig
werkwoord?
Welk Frans onregelmatig werkwoord heb je tot nu toe geleerd?
Slide 7 - Slide
le verbe avoir = hebben
j'
ai
ik heb
tu
as
jij hebt
il, elle, on
a
hij/zij/men heeft
nous
avons
wij hebben
vous
avez
jullie hebben/ u heeft
ils/elles
ont
zij hebben
Slide 8 - Slide
Ken je goed de Franse persoonlijke voornaamwoorden?
Slide 9 - Slide
De persoonlijke voornaamwoorden
je
= ik
tu
= jij
il
= hij
elle
= zij
on
= men (wij in de spreektaal)
nous
= wij
vous
= u of jullie
ils
= zij /
elles
= zij
Slide 10 - Slide
être = zijn
Ken je al Franse voorbeelden of zinnen met het werkwoord zijn erin?
Schrijf ze op.
Slide 11 - Mind map
verbe
être
= zijn (infinitief)
je suis ik ben
tu es jij bent
il/elle/on est hij/zij/men is
nous sommes wij zijn
vous êtes jullie zijn/u bent
ils/elles sont zij zijn (mvd)
Slide 12 - Slide
avoir = hebben
j'ai
tu as
il/elle/on a
nous avons
vous avez
ils/elles ont
être = zijn
je suis
tu es
il/elle/on est
nous sommes
vous êtes
ils/elles sont
Slide 13 - Slide
Let op!
Het is / dit is / dat is =
c'est (c'est un chien!)
Het zijn / dit zijn / dat zijn =
ce sont (ce sont des chiens!)
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Video
Prends ton livre
Bron D:
het ww être - uitleg
p.112
ex 16c. ex 17b
ex 16d, 17a, 17c, 17d, 18a
Slide 16 - Slide
More lessons like this
H1G H3 les 4
January 2023
- Lesson with
16 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
1HV H3 les 7 1D (di 1/2)
February 2022
- Lesson with
28 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
kgt 1 - chapitre 3 - herh alle kloktijden + uitleg ww etre
June 2024
- Lesson with
30 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
A1C H3 les 5
February 2023
- Lesson with
19 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Chapitre 3 : werkwoorden être & kloktijden
March 2023
- Lesson with
35 slides
Frans
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 1
H1G H3 les 5
February 2023
- Lesson with
20 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 32 (26-02)
February 2023
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Les 32 (26-02)
August 2024
- Lesson with
14 slides
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1