Jas uit / spullen op tafel / telefoon in de telefoontas
Kamertje verhuren
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4
This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Vandaag
Jas uit / spullen op tafel / telefoon in de telefoontas
Kamertje verhuren
Slide 1 - Slide
Arbeidsproductiviteit is .....
A
het aantal producten die de werknemers van een fabriek maken
B
het aantal producten die een fabriek maakt
C
het aantal producten wat gemaakt wordt
D
het aantal producten die een werknemer kan maken in een bepaalde tijd
Slide 2 - Quiz
Wat is NIET van invloed op de arbeidsproductiviteit?
A
Scholing
B
Arbeidsvoorwaarden
C
Arbeidsverdeling
D
Openingstijden
Slide 3 - Quiz
De arbeidsmarkt is ......
A
de vraag naar arbeid
B
de vraag naar arbeid en het aanbod van arbeid
C
het aanbod van arbeid
D
een markt waar je naar toe kan
Slide 4 - Quiz
Van welk soort werkloosheid is er sprake? "Jan wisselt van baan"
A
Regionaal
B
Frictie
C
Seizoen
D
Verborgen
Slide 5 - Quiz
De nieuwprijs van een Toyata Yaris is € 21.595. De afschrijving is € 1.959. Bereken de boekwaarde na 4 jaar.
A
€ 11.759
B
€ 12.759
C
€ 13.759
D
€ 14.759
Slide 6 - Quiz
Een strandtent gaat failliet. Wat voor soort werkloosheid is dit?
A
Regionale werkloosheid
B
Seizoenswerkloosheid
C
Structurele werkloosheid
D
Frictiewerkloosheid
Slide 7 - Quiz
In Amsterdam is meer werkloosheid dan in Heerenveen. Over welke soort werkloosheid hebben we het hier?
A
Regionale werkloosheid
B
Seizoenwerkloosheid
C
Frictiewerkloosheid
Slide 8 - Quiz
Er is vraag naar arbeid op de arbeidsmarkt. Wie zijn de vragers op de arbeidsmarkt?
A
Bedrijven en Overheid
B
Werklozen
C
Werkende
D
Geen van alle
Slide 9 - Quiz
Wat is GEEN functie van het UWV
A
Helpen bij het vinden van een baan
B
Controleren of je recht hebt op een uitkering
C
Aanbieden van sollicitatietraining
D
Bedrijven controleren of ze zich houden aan de Arbowet
Slide 10 - Quiz
Wat is een vacature?
A
Een vacature is een manier om te solliciteren
B
Een vacature is een baan die niet meer beschikbaar is
C
Een vacature is een baan die vrij is
D
Een vacature is een manier om te solliciteren
Slide 11 - Quiz
Welke soort werkloosheid is blijvend, deze banen komen niet meer terug.
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Seizoenswerkloosheid
D
Frictiewerkloosheid
Slide 12 - Quiz
Afschrijving betekent dat:
A
Een kapitaalgoed meer zal gaan kosten
B
Een nieuwe kapitaalgoed gekocht moet worden
C
Een kapitaalgoed verkocht moet worden
D
Een kapitaalgoed minder waard wordt
Slide 13 - Quiz
Aanbod van arbeid
Vraag naar arbeid
Werkzoekenden en werkenden
Bedrijven en overheid
Vacature
Solliciteren
Slide 14 - Drag question
Wie zorgen er voor werkgelegenheid?
A
Beroepsbevolking
B
Werkenden
C
Werkzoekenden
D
Bedrijven en de overheid
Slide 15 - Quiz
Bij werkloosheid is het aanbod van arbeid .... dan de vraag naar arbeid.
A
groter
B
kleiner
Slide 16 - Quiz
Is werkloos
Is niet werkloos
Meneer Cramer, 29 jaar op zoek naar een baan.
Danilo, 16 jaar, miljonair en gaat nooit meer werken.
Riza, 16 jaar en niet op zoek naar werk.
Pijus, 16 jaar en werkt bij Sushi Time
Slide 17 - Drag question
In september waren er 198.340 mensen werkloos. De beroepsbevolking bestaat uit 9,4 miljoen mensen. Bereken de werkloosheid als percentage van de beroepsbevolking.
A
1,11%
B
2,11%
C
3,11%
D
4,11%
Slide 18 - Quiz
Adonai is zijn baan verloren. Hij schrijft zich in bij het UWV. Hij is ..
A
Verborgen werkloos
B
Geregistreerd werkloos
Slide 19 - Quiz
Robot nemen de rol van de docent over. Over welke soort werkloosheid gaat dit?
A
Conjuncturele werkloosheid
B
Structurele werkloosheid
C
Regionale werkloosheid
D
Frictiewerkloosheid
Slide 20 - Quiz
Sociaal gevolg
Economisch gevolg
Nutteloos voelen
Geen merkkleding meer kopen
Inkomensdaling
Gemis van sociale contacten
Slide 21 - Drag question
Structurele werkloosheid
Regionale werkloosheid
Conjuncturele werkloosheid
Frictiewerkloosheid
Seizoenswerkloosheid
Hoge werkloosheid in één gebied
In bepaalde seizoenen is er geen werk.
Tijdelijke werkloosheid door slechte economie.
Werkloosheid tussen 2 banen in.
Banen die verdwijnen door robots.
Slide 22 - Drag question
De kosten van een werkloosheidsuitkering worden betaald uit de premie die de werkenden betalen. Als er een hoge werkloosheid is, dan gaat de premie die de werkenden moeten betalen ..
A
omhoog
B
omlaag
Slide 23 - Quiz
Voordat ik werkloos raakte kreeg € 2.500 per maand. Nu heb ik een uitkering. Bereken de werkloosheidsuitkering in de derde maand.
A
€ 1.650
B
€ 1.700
C
€ 1.750
D
€ 1.800
Slide 24 - Quiz
Leg uit waarom het verhogen van de inkomens leidt tot minder werkloosheid.
Slide 25 - Open question
Ik koop een nieuwe laptop voor € 1.500. De laptop gaat 5 jaar mee en is nog € 100 waard als ik het dan inlever. A) Bereken hoeveel de laptop ieder jaar minder waard wordt. B) Bereken wat de laptop nog waard is na 3 jaar.