This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Ontdekken van tekstdoelen
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Leerdoel
Aan het einde van de les kun je de tekstdoelen informeren, overtuigen, instrueren en amuseren herkennen.
Slide 2 - Slide
Introduceer het leerdoel van de les aan de studenten.
Wat weet je al over tekstdoelen?
Slide 3 - Mind map
This item has no instructions
Wat zijn tekstdoelen?
Tekstdoelen zijn de redenen waarom een schrijver een tekst schrijft, zoals informeren, overtuigen, instrueren en amuseren.
Slide 4 - Slide
Leg uit wat tekstdoelen zijn en geef voorbeelden.
Informeren
Teksten met het doel om te informeren geven feitelijke informatie over een onderwerp.
Slide 5 - Slide
Beschrijf het doel van informeren en geef voorbeelden van informatieve teksten.
Overtuigen
Teksten met het doel om te overtuigen proberen de lezer te overtuigen van een bepaald standpunt of idee.
Slide 6 - Slide
Beschrijf het doel van overtuigen en geef voorbeelden van overtuigende teksten.
Instrueren
Teksten met het doel om te instrueren geven stapsgewijze instructies of richtlijnen over hoe iets gedaan moet worden.
Slide 7 - Slide
Beschrijf het doel van instrueren en geef voorbeelden van instructieve teksten.
Amuseren
Teksten met het doel om te amuseren zijn bedoeld om de lezer te vermaken en plezier te bieden.
Slide 8 - Slide
Beschrijf het doel van amuseren en geef voorbeelden van amusante teksten.
Herkennen van tekstdoelen
Om tekstdoelen te herkennen, let je op de intentie van de schrijver en de manier waarop de tekst is geschreven.
Slide 9 - Slide
Leg uit hoe studenten tekstdoelen kunnen herkennen en geef tips en strategieën.
Oefening
Lees de volgende tekst en bepaal het tekstdoel: 'Hoe maak je een heerlijke chocoladetaart?'
Slide 10 - Slide
Laat de studenten de tekst lezen en het juiste tekstdoel identificeren.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 11 - Open question
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 12 - Open question
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 13 - Open question
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.