Les 6 - H2 - 2.1 Duurzame productiemiddelen 2.2 Afschrijving
Duurzame productie middelen
en jaarlijkse afschrijvingen
1 / 15
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1
This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Duurzame productie middelen
en jaarlijkse afschrijvingen
Slide 1 - Slide
Planning
Terugblik op Quiz
2.1 Wat zijn duurzame productiemiddelen?
2.2 Hoeveel schrijf je af per jaar?
Huiswerk
Slide 2 - Slide
Quiz
Slide 3 - Slide
Voorbeeld van duurzaam productiemiddel
Slide 4 - Mind map
2.1 Duurzame productiemiddelen
Gaat lang mee
Product slijt waardoor waarde minder wordt
Vermindering van waarde = afschrijvingskosten
Slide 5 - Slide
Bedrag wat je moet betalen
Kosten voor onderhoud, reperatie, verzekering
Economische levensduur
Technische levensduur
restwaarde
Aanschafwaarde
Complementaire kosten
Periode waarin het middel economisch rendabel is
Tijd waarin het productiemiddel nog werkt
Waarde die een middel heeft aan het eind van de economische levensduur
Slide 6 - Drag question
Welke levensduur is gemiddeld langer?
Slide 7 - Slide
2.2 Hoeveel schrijf je per jaar af?
2 verschillende manieren van afschrijven:
Vast bedrag per jaar
Vast % van de boekwaarde
Slide 8 - Slide
Vast bedrag per jaar afschrijven
Wat heb je nodig:
Aanschafwaarde
Restwaarde
Economische levensduur
(Aanschafwaarde - Restwaarde)/Economische levensduur = Afschrijving per jaar
Slide 9 - Slide
Een ijsjesmachine kost €2.470. De restwaarde is €300. De economische levensduur is 7 jaar. Wat zijn de afschrijvingskosten per jaar?
Slide 10 - Open question
Vast % van de boekwaarde afschrijven
Waarom:
Waardevermindering is in het begin hoger dan op het eind
Bijkomende kosten voor onderhoud en reparatie lopen op als het product ouder wordt.
Slide 11 - Slide
Vast % van de boekwaarde afschrijven
Wat heb je nodig:
Aanschafwaarde
Restwaarde
% wat je jaarlijks wilt afschrijven
Slide 12 - Slide
Een computer kost €7.000 en heeft een economische levensduur van 5 jaar. Men verwacht geen restwaarde. Wat is de afschrijving in het 1e jaar als het afschrijvingspercentage 25% is?
Slide 13 - Open question
1 PC kost €7.000. Restwaarde is €0. Economische levensduur is 5 jaar. De kosten starten met €300 per jaar en stijgen met 20% per jaar. Wat is de jaarlijkse afschrijving (vast bedrag per jaar). Wat zijn de kosten per jaar?