Les 6 herhaling

Les 6 herhaling
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Les 6 herhaling

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat vind je van ESF?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

This item has no instructions

Heb je nog wat leuks gedaan in de vakantie?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Vooruitontvangen huur hoort bij:
A
Vlottende activa
B
Lang vreemd vermogen
C
Kort vreemd vermogen
D
Eigen vermogen

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

Een converteerbare obligatie is:
A
Een obligatie met hoge rente
B
Een obligatie met stemrecht
C
Een obligatie die omwisselbaar is in aandelen
D
Een obligatie die halverwege de looptijd afgelost kan worden.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

De Pensioen-voorziening van een bedrijf hoort bij:
A
Vlottende activa
B
Liquide middelen
C
Eigen Vermogen
D
Vreemd vermogen

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Het jaarverslag: 3 onderdelen

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Het GAK is 100.000 en de aandelen in Portefeuille zijn 200.000. Hoeveel is het MAK waarde?
A
800.000
B
1.000.000
C
1.200.000
D
300.000

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Het MAK is 900.000 en het GAK is 700.000 hoeveel is de waarde van de aandelen in portefeuille?
A
700.000
B
200.000
C
1.100.000
D
900.000

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Het eigen vermogen van een NV bestaat uit:
A
winst, reserves en aandelen in portefeuille
B
reserves, geplaatst aandelenvermogen en debiteuren
C
winst, reserves en geplaatst aandelen vermogen
D
debiteuren, aandelen in portefeuille en debiteuren

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Een nv wil €2 miljoen euro binnen krijgen via een aandelen emissie. De nominale waarde van een aandeel is €30,- en de agio is €20,-. Hoeveel aandelen moet de nv verkopen?
A
66.667
B
200.000
C
40.000
D
100.000

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Nominale waarde 
Emissie
-koers
Intrinsieke 
waarde

Waarde op het aandeel
Koers eerste uitgifte
Eigen 
vermogen per aandeel

Slide 12 - Drag question

This item has no instructions

Wat zijn materiële vaste activa?
A
Gebouwen, deelneming en goodwill
B
Gebouwen, inventaris en auto
C
Auto, grond en deelneming
D
Grond, gebouwen en goodwill

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

Immateriele vaste activa
Materiële vaste activa
Financiële vaste activa
Vlottende activa
Eigen Vermogen
Lang vreemd vermogen
Kort vreemd vermogen
Deelneming
Vooruit betaalde bedragen
Agio Reserve
Obligatielening
Onderhandse lening
Crediteuren
Nog te betalen btw
Kas
Octrooien

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

Voorraden kunnen gewaardeerd worden tegen:
A
historische uitgaafprijs
B
actuele waarde
C
vervaardigingsprijs
D
alle drie

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Een licentie is:
A
het recht om een bepaald gebied te exploiteren
B
Kosten van product-ontwikkeling
C
De overnameprijs van een bedrijf
D
exploitatie van een door een ander bedrijf ontwikkeld product

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Vaste Activa
Vlottende Activa
Liquide middelen

Slide 17 - Drag question

This item has no instructions

Niau NV heeft een 3,5% converteerbare obligatielening uitstaan. De conversievoorwaarden zijn: 8 obligaties (nominaal €40) met bijbetaling van €250 levert 5 aandelen (nominaal €100) op.
Wat is de conversieprijs (van één aandeel)?
A
€304
B
€64
C
€114
D
€93,75

Slide 18 - Quiz

€250 + 8 * €40 / 5 = €114

Bij de stijging van de waarde van
vaste activa verandert ...
A
de agioreserve
B
de herwaarderingsreserve
C
de winstreserve

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

De Jaarrekening bestaat uit:
A
Balans en bestuursverslag
B
Balans, W&V-rekening, toelichting op beide
C
Balans en Winst-& verliesrekening
D
Balans, W&V-rekening en een bestuursverslag

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Er zijn regels voor Externe verslaggeving. Dit zijn:
A
Inrichtingseisen, accountantseisen
B
Publicatie-eisen en een verplicht bestuursverslag
C
Controle-, publicatie- en inrichtingseisen
D
Publicatie-eisen en toelichtingseisen.

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions