Literatuurgeschiedenis ME lessenserie

“um zu sein, was er geträumt,
zu tun was er gelesen hat”.
(Bloch 1959: 1216)
1 / 51
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

“um zu sein, was er geträumt,
zu tun was er gelesen hat”.
(Bloch 1959: 1216)

Slide 1 - Slide

Eerste zinnetje uit...?
Vraye historie ende al waer
Maghic u tellen, hoorter naer!
Het was op ene avontstonde
Dat Karel slapen begonde
T’Inghelem op den Rijn.
Dlant was al gader sijn,
Hi was keyser ende coninc mede.
Hoort hier wonder ende waerhede
Wat den coninc daer ghevel

– Dat weten noch die menighe wel –

Slide 2 - Slide

Subdomein: literatuurgeschiedenis
De kandidaat kan een overzicht geven van de hoofdlijnen van de literatuurgeschiedenis,
en de gelezen literaire werken plaatsen in dit historisch perspectief.

Slide 3 - Slide

Geen eis...
De leerling 'moet de hoofdlijnen van de literatuurgeschiedenis van West-Europa  kennen: de belangrijkste periodes, stromingen, genres en auteurs'.
Hoe die kennis verworven moet worden, is aan de school; dat kan (simpel) door kennisoverdracht via een literatuurgeschiedenisboek, dat kan via moderne media als internet, dat kan  frontaal, gedoceerd door de docent, of in projectvorm, via groepswerk.

Slide 4 - Slide

Literatuurgeschiedenis?
Hoeveel werken voor 1880 moest je lezen?

Slide 5 - Mind map

Moet dat nu echt, die literatuur?
  • Het is onze Nederlandse cultuur.
  • Veel teksten, films, bekende citaten etc. verwijzen naar oude Nederlandse teksten.
  • Unieke manier om te lezen wat iemand 500 of misschien zelfs 800 jaar geleden bezighield en hoe hij leefde (tijdcapsule).

Slide 6 - Slide

Daarom de vraag?
Hoe geven we de lessen literatuurgeschiedenis vorm?
Hoe evalueren we tijdens de module?

Slide 7 - Slide

Materiaal
Stencil Vos Reynaerde
Stencil literatuurgeschiedenis
Filmpjes / linkjes naar filmpjes
Aantal sites: www.dbnl.org / www.literatuurgeschiedenis.org

Slide 8 - Slide

Werken vanuit concrete leerdoelen
Voorbeeld (Les 1)
  1. Ik leer wat de functie is van literatuurgeschiedenis
  2. Ik leer dat literatuurgeschiedenis ingedeeld is rondom ideeën.
  3. Ik maak kennis met verschillende fragmenten van teksten uit de middeleeuwen.
  4. We lezen een hoofdstuk uit de Vos Reynaerde.

Slide 9 - Slide

Stencil met opdrachten
1.Oriënteren: tijdlijn
2. Voorbereiden: teksten met opdrachten
3. Uitvoeren: Vos Reynaerde koppelen aan hedendaags onderwerp / actualiteit
4. Reflecteren: formatieve toets (Lesson up)

Slide 10 - Slide

conclusies tot nu toe...
Werken vanuit de leerdoelen
Leerdoelen: hoe concreter, hoe beter
Formatief evalueren: welke criteria / welke eisen stellen we?

Slide 11 - Slide

Literatuurgeschiedenis
De literatuurgeschiedenis is opgedeeld in literaire periodes die je voor een deel kent van het vak geschiedenis. Vandaag kijken we naar de literatuurgeschiedenis van de middeleeuwen. 

Slide 12 - Slide

Wat weet je van de middeleeuwen?

Slide 13 - Open question

Algemene inleiding middeleeuwen

Vandaag bespreken we de volgende onderwerpen:
  • historische context
  • welke taal spraken de mensen in de middeleeuwen?
  • filmpje
  • opdrachten in groepjes van vier: les 1 (oriënteren)

Slide 14 - Slide

Middeleeuwen 
historische context
De middeleeuwen duren van 500 tot 1500 en zijn verdeeld in de vroege middeleeuwen (500-1000), de hoge middeleeuwen (1000-1300) en de late middeleeuwen (1300-1500)
In de late middeleeuwen worden de steden langzamerhand  steeds belangrijker en de burgers in de steden krijgen steeds meer macht. Het oude leenstelsel waarin de adel alle macht had, begint af te brokkelen. 
In de hoge middeleeuwen onstonden de eerste steden in West-Europa en tegen betaling krijgen ze een zekere mate van zelfstandigheid. Dit is de tijd waarin de indrukwekkende kathedralen worden gebouwd en de eerste universiteiten ontstaan. In deze periode begint ook de Nederlandse literatuur.
De vroege middeleeuwen zijn voor de Nederlandse literatuur minder belangrijk, omdat er geen teksten zijn overgeleverd. Het is de tijd van de adel (ridders) en de geestelijken (priesters en monniken). Wie niet tot een van deze twee groepen behoorde, had niets te vertellen. De adel verdeelt het land door middel van het leenstelsel. De hoogste vorst leent land uit aan andere edellieden. Die zijn "de baas" in het gebied dat ze geleend hebben. In ruil daarvoor moeten ze trouw aan de vorst zweren en belasting betalen. Er waren nog geen steden in wat nu Nederland heet.

Slide 15 - Slide

Welke taal spraken de mensen in de middeleeuwen?

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

1500
1300
1100
600
Hoe oud zijn deze tekstfragmenten?
Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu
maltho thi afrio lito

Vraye historie ende al waer
maghic u tellen, hoort er naer! 
Het ghebuerde dat des heer Ghijsbrecht Mariken zijnder nichten seynden wilde in die stadt van Nieumeghen

Slide 18 - Drag question

Allereerste Nederlandse literaire tekst

Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu



gevonden in een Oudengels prekenhandschrift, omstreeks 1100

Slide 19 - Slide

Wat denk je dat de zin betekent: Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu

Slide 20 - Open question

Echte oudste Nederlandse zin
De zin olla vogala ... is wel de oudste literaire zin, maar niet het alleroudste Nederlands. Dat is:
maltho thi afrio lito  

Deze zin stond in een wetboek uit de zesde eeuw. Welke woorden herken je, als je denkt aan de zin: Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic anda thu wat unbidan we nu?
betekenis
Ik maak je vrij, halfvrije
Deze zin werd uitgesproken als een halfvrije (een soort slaaf) helemaal vrij werd gemaakt.
 

Slide 21 - Slide

De middeleeuwse maatschappij was theocentrisch. Wat betekent dat?
In het dagelijks leven ...
A
... staat de wetenschap centraal.
B
... staan God en godsdienst centraal.
C
... staan geld en economie centraal.
D
... staat iemand die Theo heet centraal.

Slide 22 - Quiz

Het leven in de middeleeuwen
De middeleeuwse cultuur is theocentrisch. God en alles wat met godsdienst (Rooms-Katholiek) te maken heeft staan centraal. Het leven na de dood is belangrijker dan het leven zelf. Een bekende spreuk is memento mori: gedenk te sterven. Probeer om in de hemel te komen.
De priesters en de monniken (de geestelijkheid) hebben daarom het meeste te vertellen. Zij zijn de belangrijkste stand.

Slide 23 - Slide

Het leven in de middeleeuwen

De tweede belangrijke stand was de adel. De adel had de wereldlijke macht verdeeld via het feodale stelsel ook wel het leenstelsel genoemd. Daarbij leent de koning (leenheer) zijn grond aan de leenmannen.
De leenheer verdeelt zijn grond in kleinere gebieden en leent  die uit aan zijn leenmannen (vazallen). In ruil voor het gebruik van de grond helpen de leenmannen hun leenheer als er gevochten moet worden. Essentieel is de onvoorwaardelijke trouw tussen leenman en leenheer.
De leenmannen kunnen de hun toebedeelde grond weer opdelen in kleinere gebieden en die weer uitlenen aan onderleenmannen (ondervazallen).  Ook hier geldt dat onvoorwaardelijke trouw essentieel is en dat de onderleenmannen hun leenheer helpen als er gevochten moet worden.

Slide 24 - Slide

Het leven in de middeleeuwen
Je hebt gezien dat de middeleeuwse maatschappij een standenmaatschappij was. Gedurende het grootste deel van de middeleeuwen waren er maar twee standen: de geestelijkheid en de adel. Pas vanaf de late middeleeuwen wordt een derde stand belangrijk: de burgerij. Dit zijn de inwoners van de steden.

Slide 25 - Slide

Literatuur in de middeleeuwen
Uit de vroege middeleeuwen is geen Nederlandse literatuur overgebleven. Dat komt doordat in die tijd verhalen niet werden opgeschreven, ze werden alleen verteld. We noemen dat orale literatuur. Pas in de hoge middeleeuwen begint men heel af en toe verhalen op te schrijven op perkament, zodat wij ze nog steeds kunnen lezen. Bekijk de volgende video over boeken en geschriften in de middeleeuwen.

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Boekdrukkunst
  • 1455: Johannes Gutenberg in Mainz
  • 1477: eerste boek in de Nederlandse taal
  • Drukkers als ondernemers en opvoeders van het volk
  • Van herdrukken naar uitgeven
  • Prozaroman

Slide 28 - Slide

Boekdrukkunst
Uitvinding van de boekdrukkunst aan het einde van de middeleeuwen (1445)  door Johannes Gutenberg. Gutenberg heeft uitgevonden dat je kon drukken met losse letters. Voor die tijd kon men wel al een complete pagina van een boek uit hout snijden (blokboek) en deze drukken. Maar dat was verschrikkelijk veel werk. 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Hofdag
Hofdag: Een hofdag was vroeger in verhalen een bekend verschijnsel. Het was een dag waarop de koning al zijn vazallen, zijn edelen, bijeen riep om de klachten van het volk te horen en recht te spreken. 
(Reynaert de Vos - begint met een hofdag. Hier rechtspreken). 

Slide 31 - Slide

Symboliek in de middeleeuwen
  • Getallensymboliek
  • Kleurensymboliek
  • Bloemen- en plantensymboliek
  • Dierensymboliek

Slide 32 - Slide

Memento mori
Gutenberg
Beatrijs
Gedenk te sterven
Boekdrukkunst
Exempel

Slide 33 - Drag question

Symboliek in de middeleeuwen
Getallensymboliek
  • twee = getal van het kwaad
  • drie = volmaaktheid, goddelijkheid
(heilige drie-eenheid)
  • zeven = God

Slide 34 - Slide

Symboliek in de middeleeuwen
Dierensymboliek
    • slang = duivel
    • vos = sluwheid
    • beer = hebzucht
    • hond = trouw

    Slide 35 - Slide

    Fabel

    • Dieren met menselijke eigenschappen.
    • Bevat een moraal (= wijze les).
    • Aesopus = Griekse fabeldichter
    • Esopet (onbekende auteur)
    • Jean de la Fontaine
    • Fabeltjeskrant (tv-serie)


    Dierepiek

    • Van den Vos Reynaerde
    • Satire op de ridderroman en de middeleeuwse samenleving

    Slide 36 - Slide

    Antropomorfe dieren in moderne werken

    Slide 37 - Slide

    1. Karel ende Elegast
    - Schrijver?
    - Stamt waarschijnlijk uit de 13e eeuw
    - Traditie van de Karelepiek
    - Orale traditie
    - Populair verhaal

    https://vogala.org/tekst/karel-ende-elegast 



    Slide 38 - Slide

    2. Geestelijke letterkunde
    • Marialegenden --> Beatrijs
    • Exempel
    • Hoofs meisje

    Slide 39 - Slide

    2. Geestelijke letterkunde

    • Religieuze literatuur moest het geloof versterken.
    • Veel soorten, o.a.: heiligenlevens en Marialegenden
    • o.a. Marialegenden bevatten vaak symbolische getallen en kleuren om duidelijk te maken wie goed is en wie slecht is.
    • 'Beatrijs' is een bekend voorbeeld van een Marialegende.

    Slide 40 - Slide

    Geestelijke literatuur
    • exempel = kort verhaal waarin bepaalde religieuze boodschap met concreet voorbeeld wordt toegelicht.om preek aantrekkelijk te maken; -> ze wekken op tot christelijk geloof of ideaal. (wonderen)

    • Marialegende, benadrukt de belangrijke rol van Maria, zij is bereid iedere zondaar te helpen. Daarnaast benadrukt het het belang van de biecht. Marialegenden zetten aan tot Mariaverering. Voorbeel: De Beatrijs.

    Slide 41 - Slide

    Marialegende
    Beatrijs is een hele bekende, 
    het verhaal bevat veel symboliek wat typisch is voor middeleeuwse verhalen 

    Slide 42 - Slide

    De Marialegende
    Marialegenden werden door priesters in hun preken gebruikt om mensen te laten zien welke wonderlijke daden Maria kan verrichten voor hen die oprecht in haar geloven.

    Slide 43 - Slide

    3. Egidiuslied: elegie
    Kenmerken:
    Lyrisch
    Aanleiding is dood van geliefd persoon
    Gevoelens van smart en wanhoop



    Slide 44 - Slide

    Beatrijs
    • Marialegende, medium
    • anno 1347 
    • Schrijver?
    • Symboliek: blauw, eleantier, 7
    • Handschrift in Koninklijke
       Bibliotheek Den Haag

    Slide 45 - Slide

    Er waren ook andere liederen...
    Naast liefdeslyriek waren er natuurlijk ook andere liederen in de middeleeuwen, bijvoorbeeld over historische gebeurtenissen of spotliederen.

    Een prachtig lied is het  Egidiuslied, een klaagzang over een verloren vriend: Egidius.

    Slide 46 - Slide



    PO Stappen
    Vandaag
    • Info
    • Lezen
    • Uitleg
    • Uitleg PO
    • Werken
    • Afsluiting
    1. Verhaal uit de Middeleeuwen lezen.
    2. Kijken naar de volgende deelonderwerpen: Machtsverhoudingen, positie van het geloof en rechtssysteem.
    3. Script schrijven voor een andere slotdialoog met bepaalde begrippen (zie opdracht).
    4. Een koppeling maken met het heden: op welke manier zou de slotdialoog in de huidige samenleving zijn geworden? Schrijf die ook uit én ga die ook opvoeren.
     





    Slide 47 - Slide



    PO eindproduct
    1. Filmpje of ‘live’ toneelstuk.
    Opvoering van je nieuwe slotscene volgens het verhaal.
    én
    Opvoering van de slotscene verplaatst naar het heden.
    2. Schriftelijke vastlegging van de stappen (zie opracht)
    Vandaag
    • Info
    • Lezen
    • Uitleg
    • Uitleg PO
    • Werken
    • Afsluiting

    Slide 48 - Slide



    PO beoordeling
    Beoordeling:

    - Groepscijfer

    Tijdens het werken aan de praktische opdracht kunnen PO-onderdelen apart en op Magister ingeleverd.






    Vandaag
    • Info
    • Lezen
    • Uitleg
    • Uitleg PO
    • Werken
    • Afsluiting

    Slide 49 - Slide

    Afsluiting
    Huiswerk: Lees Reinaert de Vos & maak de opdracht.


    Slide 50 - Slide

    Slide 51 - Slide