Pv klas 1









Bij Nederlands....




Pak je boek er alvast bij!



1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson









Bij Nederlands....




Pak je boek er alvast bij!



Slide 1 - Slide

Wat we deze les gaan doen:

Slide 2 - Slide

Huiswerk voor vandaag: maak opdr 8 op blz 125 en 
opdr 11 op blz 126 

zelfstandig naamwoord (enkelvoud) zelfstandig naamwoord (meervoud)
vorm vormen
piano piano’s
buggy buggy’s
asperge asperges
comité comités
leraar leraren
restaurant restaurants
werf werven
luis luizen
hyena hyena’s
spray sprays

Slide 3 - Slide

Hoeveel fouten heb je gemaakt in opdr 8?
Ik had 1 fout of minder
Ik had 2-3 fouten
Ik had meer dan 3 fouten

Slide 4 - Poll

antwoorden opdr 11 blz. 126
a Bouchra had veel hobby’s.
b Allereerst was ze dol op watersporten.
c Bouchra zwom elke dag en ze bezat twee boten.
d Maar door enkele ongelukken moest ze hiermee stoppen van haar ouders.
e Gelukkig had Bouchra nog andere interesses.
f Zo las ze graag gedichten.
g Haar favoriete gedichtenbundels waren Rotbeesten en Gruwelijke rijmen van Roald Dahl.
h Deze bundels gingen natuurlijk niet over lieve puppy’s, maar over bijvoorbeeld hardhorende miereneters en enge schorpioenen.
i Bouchra sprak hier graag over met haar vriendinnen.
j Tussen het lezen door bekeken ze foto’s en e-mails op hun mobiele telefoons.


Slide 5 - Slide

Grammatica!

Slide 6 - Mind map

Maak opdr 2 blz 47
  • Onderstreep de persoonsvorm in elke zin.
  • Zet een rondje om elk onderwerp.

Slide 7 - Slide

persoonsvorm 
Elke zin heeft een persoonsvorm. De persoonsvorm (pv) geeft belangrijke informatie over wat er in een zin gebeurt. Ook kun je aan de pv zien of de zin over vroeger of nu gaat.

De pv:
• is bijna altijd één woord;
• is een vorm van het werkwoord;
staat in het enkelvoud of in het meervoud (dans – dansen);
• staat in de tegenwoordige tijd of in de verleden tijd (dans – danste).
Je vindt de pv door de zin in een andere tijd te zetten: van tegenwoordige tijd naar verleden tijd of andersom: De leerling komt niet op tijd → De leerling kwam niet op tijd.
Het werkwoord dat verandert, is de pv. Dit heet de tijdproef.

Slide 8 - Slide

we maken met z'n allen:
opdr 6 blz: 49

Slide 9 - Slide

we maken met z'n allen:
Heb je al een leuk bijbaantje voor de zomermaanden?
b Houd je van pretparken en spannende attracties?
Hield je van pretparken en spannende attracties?
c Dan is ‘achtbaantester’ misschien een leuke baan voor jou!
Dan was ‘achtbaantester’ misschien een leuke baan voor jou!
d Je test de achtbanen in de acht grootste pretparken in Nederland.
Je testte de achtbanen in de acht grootste pretparken in Nederland.
e Geld verdien je er niet mee.
Geld verdiende je er niet mee.
f Wel krijg je twee toegangskaartjes voor elk pretpark.
Wel kreeg je twee toegangskaartjes voor elk pretpark.


Slide 10 - Slide

Zelfstandig werken in stilte
Maak 
opdr 7a blz. 49 
 opdr 7b op blz.  50

Slide 11 - Slide

Wat heb je deze les geleerd/gedaan?

Slide 12 - Open question