Flexuur economie 16-12-2022

Welkom!
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom!

Slide 1 - Slide

Bekijk het cirkeldiagram. Ga ervan uit dat er 160.000 scholieren zijn met een bijbaan.
  1. Welk werk doen scholieren het meest?
  2. Hoeveel scholieren werken in de horeca?
  3. Hoeveel scholieren doen het meest-populaire werk?

Slide 2 - Slide

Bekijk het staafdiagram.
  1. Waar zijn volgens de grafiek de meeste vacatures?
  2. Hoeveel vacatures zijn er bij elkaar in de detailhandel, horeca en het toerisme?
  3. Hoeveel keer zoveel vacatures zijn er in de detailhandel als in het vervoer?

Slide 3 - Slide

Willem verdiend €1.703 per maand, wat is zijn jaarsalaris?

Slide 4 - Open question

Willem verdiend dus €20.436,- per jaar. De vakantietoeslag bedraagt 8% van het jaarsalaris.
Bereken de vakantietoeslag die hij ontvangt.

Slide 5 - Open question

Willem verdiend dus €20.436,- per jaar. Hoeveel verdient hij per week?

Slide 6 - Open question

Willem verdient dus €393,- per week en hij werkt een 38-urige werkweek.
Wat is zijn uurloon?

Slide 7 - Open question

Nettoloon berekenen!
Nettoloon = brutoloon - inhoudingen
Sociale premies
Loonbelasting

Slide 8 - Slide

Jan zijn brutoloon is € 1.950. Daarop wordt € 170 aan loonbelasting ingehouden en € 94 aan sociale premies. Hoeveel bedragen de inhoudingen?

Slide 9 - Open question

Jan zijn brutoloon is € 1.950. Daarop wordt € 170 aan loonbelasting ingehouden en € 94 aan sociale premies. Bereken zijn nettoloon.

Slide 10 - Open question

Kees zijn uurloon is € 13,78 en hij heeft 64 gewerkt. Wat is zijn brutoloon?

Slide 11 - Open question

Maandbedrag bereken:
maandbedrag = weekbedrag x 52 / 12

Slide 12 - Slide

Wiebe verdient € 5,35 per uur en hij werkt 40 uur per week.
Wat verdient hij per maand?

Slide 13 - Open question

Bonusvraag!
Een frikandelbroodje koste vorig jaar € 2,50 in de kantine. Nu kost hetzelfde broodje € 2,80.
> Hoeveel procent is de prijs van het
frikandelbroodje gestegen?

Slide 14 - Slide

Procentuele verandering berekenen!
Procentuele stijging/daling = (nieuw - oud) / oud x 100%
Voorbeeld frikandelbroodje:
(2,80 - 2,50) / 2,50 x 100% = 12%
Óf, languit:
2,80 - 2,50 = € 0,30
deel / geheel x 100% = 0,30 / 2,50 x 100 = 12%

Slide 15 - Slide