Denk aan het gebruik van de verschillende tijden.
Als je spreekt over een film die je gezien hebt of een concert dat je bezocht hebt, gebruik de imparfait om te vertellen hoe het was.
C'était nulle.
C'était fantastique/ formidable.
Om te vertellen waar je was of wat je zag, gebruik de passé composé.
J'ai assisté à un concert de ....
J'ai vu un film de ...