brutowinstopslag

1 / 36

Slide 1: Slide

BedrijfseconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.

Lesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen

Je kunt de verkoopprijs met behulp van een winstopslag bereken
Je kunt de consumentenprijs berekenen
Je kunt de periodiek af te dragen omzetbelasting (BTW) berekenen.

Daarbij horen opgave 27.1 t/m 27.4

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Liza Martinelli heeft een strandtent in Noordwijk aan Zee. Zij koopt de nodige frisdranken in voor € 0,75 per flesje. Ze berekent een winstopslag van 300% van de inkoopprijs. De omzetbelasting is 9%.
Wat is de consumentenprijs?

Slide 10 - Open question

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Abraham koopt lampen in en verkoopt deze door. De inkoopprijs van een standaard lamp bedraagt € 55. De brutowinstopslag is 75% van de verkoopprijs. De omzetbelasting bedraagt 21%.
Wat is de consumentenprijs?

Slide 20 - Open question

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Je verkoopt diverse soorten Franse kazen en wijnen. De wijnen koop je in voor € 12,50 per fles, inclusief 21% btw. Je hanteert een brutowinstopslag van 55% over de verkoopprijs. Je verkoopt de wijnen inclusief 21% btw.
Je verwacht komend kwartaal 400.000 flessen in te kopen, waarvan 360.000 te verkopen.
Wat is de consumentenprijs?

Slide 29 - Open question

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Open question

Slide 32 - Open question

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Open question

Slide 35 - Slide

Leerdoelen 27.1

Je kunt de verkoopprijs met behulp van een winstopslag bereken
Je kunt de consumentenprijs berekenen
Je kunt de periodiek af te dragen omzetbelasting (BTW) berekenen.