Elektrische energie vervoeren

hst 4.4 elektrische energie vervoeren"
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 4

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

hst 4.4 elektrische energie vervoeren"

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt beschrijven hoe elektriciteit voor het elektriciteitsnet wordt opgewekt en hoe het wordt getransporteerd.
  • Je kunt de onderdelen van een transformator benoemen.
  • Je kunt de werking van een transformator uitleggen.
  • Je kunt aan de hand van de verhoudingen in het aantal windingen de spanningsverhoging of spanningsverlaging door een transformator berekenen.
  • Je kunt een ideale transformator beschrijven.

Slide 2 - Slide

vandaag

Slide 3 - Slide

energie opwekken in een energiecentrale
1.) In energiecentrales worden fossiele brandstoffen (steenkool of aardgas) verbrand om water te verhitten tot stoom. 
2.) Deze stoom zorgt voor een hoge druk die vervolgens een stoomturbine laat draaien. 
3.) Deze stoomturbine zit vast aan een generator (soort grote dynamo) waarin elektrische (wissel)spanning wordt opgewekt. Deze wisselspanning is tussen de 10.000-20.000V.
Deze spanning moet naar huishoudens en bedrijven worden vervoerd. Hoe hoger de spanning, des te minder energieverlies er optreed. om deze reden moet deze spanning omhoog worden getransformeerd naar 400.000V.
4.) spanning wordt met behulp van een transformator verhoogd van 10.000 a 20.000V naar 400.000V. Deze spanning wordt hoogspanning genoemd.

Slide 4 - Slide

transformator
Een transformator is een apparaatje dat het voltage van wisselspanning kan verhogen of verlagen. 

Een transformator bestaat uit een weekijzeren kern, een primaire en een secundaire spoel.

Bij energiecentrales wordt de opgewekte wisselspanning van 10.000 a 20.000V met behulp van een transformator verhoogt tot een hoogspanning van 400.000V.  Bij verdeelstations wordt deze hoogspanning weer omlaag gebracht tot 10.000V en vervolgens in transformatorenhuisjes in woonwijken wordt de spanning weer omlaag gebracht tot netspanning (230V).

Slide 5 - Slide

transformator

Slide 6 - Slide

werking transformator
  1.  Wanneer men een wisselspanning aan sluit op de uiteinden van de primaire spoel, dan loopt er een wisselstroom door de spoel en wordt de primaire spoel afwisselend wel/niet magnetisch.
  2. De weekijzeren kern neemt dit wisselende magneetveld over. 
  3. De wijkijzeren kern loopt door zowel de primaire spoel als de secundaire spoel. Er ontstaat dus ook in de secundaire spoel  een magneetveld. Hierdoor wordt er een wisselspanning opgewekt in de secundaire spoel en gaat er een wisselstroom lopen door de secundaire spoel.

    Spanning is een maat voor de energie die geleverd wordt. Energie gaat niet verloren, dus in theorie komt de elektrische energie die in de primaire spoel wordt opgenomen in de secundaire spoel weer vrij. 

Slide 7 - Slide

omhoog/omlaag transformeren
Het aantal wikkelingen van de spoel bepaald de hoogte van de spanning.

veel wikkelingen = hoge spanning (lage stroom)
weinig wikkelingen = lage spanning (hoge stroom)

spanning wordt omlaag getransformeerd (Up > Us):
wanneer de primaire spoel meer windingen heeft dan de secundaire spoel (Np > Ns)

spanning wordt omhoog getransformeerd (Us > Up):
wanneer de secundaire spoel meer windingen heeft dan de primaire spoel (Ns > Np)

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

formule transformator

Up = primaire spanning 
Us = secundaire spanning
Np = aantal wikkelingen van de primaire spoel
Ns = aantal wikkelingen van de secundaire spoel


Up x Ns = Us x Np
(Us)(Up)=(Ns)(Np)

Slide 10 - Slide

Filmpje spijker door branden met een transformator

Slide 11 - Slide

voorbeeldsom
Een deurbel sluit je aan op netspanning (230V), dit is de opgenomen spanning in de primaire stroomkring. Echter is de opgenomen spanning veel te hoog voor een deurbel om goed op te kunnen werken. Er wordt gebruik gemaakt van een transformator om de spanning omlaag te transformeren. de transformator heeft een primaire spoel met 350 wikkelingen. de secundaire spoel heeft 15 wikkelingen. 

Bereken de spanning waarop de deurbel werkt.

Slide 12 - Slide

rendement van een transformator
Transformatoren hebben een rendement dat rond de 99% ligt. Dit houd in dat 99% van alle energie die wordt opgenomen in de primaire spoel wordt omgezet in energie die wordt afgegeven door de secundaire spoel. slechts 1% of minder van alle energie wordt omgezet in warmte. Dit is verwaarloosbaar. Bij alle opdrachten mag je er dan ook vanuit gaan dat een transformator een ideale energie-omzetter is. 

ideale transformator:
100% van alle elektrische energie opgenomen = 100% elektrische energie afgegeven
                        primaire spoel                                          secundaire spoel

Slide 13 - Slide

ideale transformator
voor een ideale transformator geldt:

P primair = P secundair

P = U x I, dus geldt:

Up x Ip = Us x Is

Wanneer U groot is, dan is I dus klein en andersom!!!!

Slide 14 - Slide

voorbeeldsom
Een lasapparaat wordt aangesloten op een stopcontact (230V). De transformator in de adapter van het lasapparaat heeft een primaire spoel met 240 wikkelingen. De secundaire spoel heeft 50 wikkelingen.  De stroomsterkte in de secundaire stroomkring is 1,7A

A.) Bereken de secundaire spanning
B.) Bereken de primaire stroomsterkte.

Slide 15 - Slide

voorbeeldvragen uit oude examens

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Opgewekte spanning in energiecentrales wordt verhoogt voordat het vervoert wordt met behulp van ...
A
een generator
B
een stoomturbine
C
een transformator
D
een adapter

Slide 29 - Quiz

Een transformator heeft een primaire spoel met 1500 wikkelingen en een secundaire spoel met 200 wikkelingen. De secundaire spanning is 24V. Bereken de primaire spanning. rond indien nodig af op een heel getal. geen eenheid noteren!

Slide 30 - Open question

Een telefoon wordt met een adapter aangesloten op het lichtnet (230V) om op te laden. De spanning die door de telefoon via de secundaire spoel wordt opgenomen is 5,7V. De secundaire spoel heeft 5 wikkelingen. Hoeveel windingen heeft de secundaire spoel.

Slide 31 - Open question

Een deurbel wordt aangesloten op het lichtnet (230V). De primaire spoel heeft 180 wikkelingen. De secundaire spoel heeft 8 wikkelingen. De stroomsterkte in de primaire stroomkring is 3,4A. Bereken de stroomsterkte in de secundaire stroomkring. (bereken eerst de secundaire spanning) noteer alleen het getal, geen eenheid. rond indien nodig af op 1 decimaal.

Slide 32 - Open question