Week 6- woordraadstrategieën en onderwerp

Welkom th1a!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten, pak je lesboek Nieuw Nederlands, je schrift, een pen en je leesboek. 

Je kunt meteen starten met lezen in je leesboek.



maandag 30 september 2024
maandag 7 oktober 2024
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom th1a!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten, pak je lesboek Nieuw Nederlands, je schrift, een pen en je leesboek. 

Je kunt meteen starten met lezen in je leesboek.



maandag 30 september 2024
maandag 7 oktober 2024

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Taalvoutje van de week

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Doel van deze les
Na deze les:
  • Kun je zelf aan de slag met onbekende woorden.
  • Weet je hoe je de toets Fictie hebt gemaakt.

Planning van deze les
  • Doorlopen opdracht 6 van paragraaf 1
  •  Uitleg theorie Zelf aan de slag met onbekende woorden
  • Bespreken antwoorden toets Fictie.




Slide 4 - Slide

Filmpje uit online Nieuw Nederlands, bij opdrachten paragraaf 1 laten zien.


Pak je laptop
Ga online naar Nieuw Nederlands, cursus Meer dan lezen, paragraaf 1. 
We lopen opdracht 6 door. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Opdracht 6
  1. welzijn
  2. wijken af
  3. gevarieerde
  4. bij uitstek
  5. comfortabel
  6. percentage

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Welke woordraadstrategie zie je in de volgende zin?
Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Weet je het nog?
Je kunt een tegenstelling herkennen aan de woorden: maar, toch, echter, daarentegen.

  • Bijvoorbeeld: Die pizza ziet er lekker uit, maar hij is niet te eten.
  • De tegenstelling is: lekker ↔ niet te eten.
  • Spannend-saai 

Slide 8 - Slide

Tekstgrootte is aan te passen wanneer het niet op een pagina past.
Met welke woorden geef je een voorbeeld aan?

Slide 9 - Mind map

This item has no instructions

Woordraadstrategie - voorbeeld
Na de volgende woorden volgen vaak voorbeelden 
als: zoals, bijvoorbeeld, een voorbeeld van.

We eten graag zoet broodbeleg, zoals hagelslag, jam en appelstroop.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT      Maak opdracht 6 van paragraaf 1 op je laptop. . 

HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 

TIJD      10 minuten. Daarna samen nakijken

KLAAR? Lees de theorie (groene tekst) op blz. 15
timer
10:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Video-uitleg zelf aan de slag met onbekende woorden

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - woensdag 9 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift, pen en leesmapje.

We gaan verder met zelf aan de slag met onbekende woorden.





Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1a!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten, pak je laptop, lesboek Nieuw Nederlands, je schrift, een pen en je leesboek. 

Je kunt meteen starten met lezen in je leesboek.



maandag 30 september 2024
woensdag 9 oktober 2024

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
ongeveer 15 minuten.

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Taalvoutje van de week

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Doel van deze les
Na deze les:
  • Kun je zelf aan de slag met onbekende woorden.

Planning van deze les
  •  Video-uitleg theorie Zelf aan de slag met onbekende woorden
  • Maken opdrachten in groepjes van 4. (indeling maak ik).
  • Uitleg leesmapje en krantenartikel




Slide 17 - Slide

Filmpje uit online Nieuw Nederlands, bij opdrachten paragraaf 1 laten zien.


Video-uitleg zelf aan de slag met onbekende woorden

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag
WAT        Maak in groepjes van 2 de opdrachten 8 van paragraaf 1. 

HOE?      In groepjes.  

TIJD        10 minuten. Daarna samen nakijken.

KLAAR?   Lezen in je leesboek.
timer
10:00

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
Ik kan/weet:
  • de betekenis van onbekende woorden ontdekken door woordraadstrategieën te gebruiken of op te zoeken in een online woordenboek.
  • begrijpelijk en gevarieerd schrijven door synoniemen, omschrijvingen, voorbeelden en tegenstellingen te gebruiken.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Volgende les - donderdag 10 oktober 
Meenemen: je leesboek, lesboek Nieuw Nederlands, schrift.

Huiswerk: lezen theorie paragraaf 2, Onderwerp, blz. 16





Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Welkom th1a!
Telefoon in de telefoontas?
Ga dan lekker zitten, leg je lesboek Nieuw Nederlands, je schrift, een pen en je leesboek op tafel. 

Je kunt meteen starten met lezen in je leesboek.



maandag 30 september 2024
donderdag 10 oktober 2024

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
In stilte, ongeveer 10 minuten. 

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Doel van deze les
Na deze les:
  • Weet je hoe je het onderwerp van een tekst bepaalt.

Planning van deze les
  • Uitleg theorie §2 over Onderwerp
  • Zelfstandig maken opdrachten in je schrift.
  • Uitleg leesmapje en krantenartikel




Slide 24 - Slide

Filmpje uit online Nieuw Nederlands, bij opdrachten paragraaf 1 laten zien.


§2 - Onderwerp (zie groene tekst, blz 16)
  • Onderwerp: waar de tekst over gaat.
    Onderwerp bestaat uit één woord of een paar woorden, bijvoorbeeld: 
    nepnieuws of verhuizen naar het buitenland
  • Weet je het onderwerp van een tekst? Dan begrijp je de tekst beter als je hem helemaal gaat lezen.

  • Hoe vind je het onderwerp van een tekst?
  1. Lees de tekst oriënterend (bekijk de tekst, kijk naar titel, illustraties, tussenkopjes, woorden die schuin, GROOT, vet of of gekleurd zijn
  2. Lees het eerste stukje van de tekst (de inleiding).

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

§2 - Onderwerp 
Het onderwerp van een kijk- of luisterfragment
Hier hoor je vaak in de inleiding (het begin) wat het onderwerp is.

Hoe vind je het onderwerp van een een kijk- of luisterfragment?
  • let op de titel van het programma of filmpje
  • luister goed naar de inleiding
  • let op woorden die vaker gebruikt worden
  • geef antwoord op de vraag: waarover gaat dit filmpje of programma?


Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Aan de slag!
WAT      Maak van §2 de opdrachten 1, 2 en 3 in je schrift. (blz. 16-18)
HOE?    Zelfstandig. Zachtjes overleggen mag. 
TIJD      15 minuten. Daarna samen doorlopen bij vragen.


KLAAR? Maak opdracht 4, blz. 19
timer
15:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Je krijgt een snelhechter, voorblad boekenlijst en woordenschatlijst

  • Voorblad boekenlijst: gegevens invullen. 
  • Woordenschatlijst: hierin schrijf je onbekende woorden op en de betekenis ervan die je hebt ontdekt in artikelen of opdrachten .
  • Boekenlijst en woordenschatlijst doe je in de snelhechter.

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Evaluatie
Je weet nu hoe je het onderwerp van een tekst bepaalt.
Je weet waarvoor je leesmapje is bedoeld.

Volgende week ronden we deze cursus af en doen we een oefentoets. Proefwerk wordt verplaatst naar 6 november.

Vragen?

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Volgende les
Huiswerk maandag 14 oktober: 
maken opdracht 3 en 4, blz. 19 in je schrift.

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Lezen in je leesboek
In stilte, ongeveer 10 minuten. 

Slide 31 - Slide

This item has no instructions