3HV H4 Formuleren - beknopte bijzin Opdracht 1-4

1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doel

Je kunt foutieve beknopte bijzinnen herkennen en verbeteren.

Slide 2 - Slide

Wat weet je van een beknopte bijzin?

Slide 3 - Open question

Wanneer is het een foutief beknopte bijzin?
A
Als de bijzin te kort is
B
Als het verborgen onderwerp niet klopt met de hoofdzin.
C
Als de verborgen persoonsvorm niet klopt met de hoofdzin.
D
B en C

Slide 4 - Quiz

Opdracht 1

Slide 5 - Slide

1. Joris koos, na lang te hebben getwijfeld, uiteindelijk toch voor een CM-profiel.
A
goed
B
fout

Slide 6 - Quiz

2. Eindelijk bij het pretpark aangekomen, was de kassa gesloten.
A
goed
B
fout

Slide 7 - Quiz

2. Eindelijk bij het pretpark aangekomen, was de kassa gesloten.
Verbeter de zin.

Slide 8 - Open question

3. Wandelend door het bos zagen we drie herten en een ree.
A
goed
B
fout

Slide 9 - Quiz

4. De peuter rende snikkend van verdriet naar zijn moeder.
A
goed
B
fout

Slide 10 - Quiz

5. De afstand van de camping naar het dorpje bleek, na een enorme omweg gemaakt te hebben, minder dan een kilometer te zijn.
A
goed
B
fout

Slide 11 - Quiz

6. Een warme kop snert ging er wel in, na uren gelopen te hebben.
A
goed
B
fout

Slide 12 - Quiz

6. Een warme kop snert ging er wel in, na uren gelopen te hebben.
Verbeter de zin.

Slide 13 - Open question

Opdracht 3

Slide 14 - Slide

1. Luid joelend en schreeuwend vierden de voetbalsupporters de overwinning van het nationale elftal.
A
goed
B
fout

Slide 15 - Quiz

2. Gelukkig viel de schade aan mijn telefoon mee, na op de grond gevallen te zijn.
A
goed
B
fout

Slide 16 - Quiz

3. Na op de grond gevallen te zijn, startte mijn telefoon niet meer goed op.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

4. Staand op de Euromast was het uitzicht over Rotterdam echt prachtig.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

5. Richard, verdiept in zijn boek, hoorde ons niet.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

6. Een bekeuring van honderd euro viel op de mat, na veel te hard gereden te hebben.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quiz

Opdracht 4

  • Ruil je schrift met een klasgenoot en controleer de zinnen van opdracht 4. 
  • Bepaal welke zinnen van de ander fout zijn en verbeter ze.

Slide 21 - Slide