Toets hoofdstuk 2 en 3

Een journalist moet naar de gevangenis, omdat hij kritiek heeft op de regering. Dit gebeurt in een
A
democratie
B
dictatuur
1 / 26
next
Slide 1: Quiz
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Een journalist moet naar de gevangenis, omdat hij kritiek heeft op de regering. Dit gebeurt in een
A
democratie
B
dictatuur

Slide 1 - Quiz

In een dictatuur is er vaak wel persvrijheid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 2 - Quiz

De politieke macht ligt bij het parlement.
A
Democratie
B
Dictatuur

Slide 3 - Quiz

Welke van de onderstaande kenmerken past bij een dictatuur?
A
Veel rechten
B
Overheid controleert de media
C
Je mag demonsteren
D
Veel vrijheden

Slide 4 - Quiz

Er neemt maar één partij deel aan de
verkiezingen.
A
Democratie
B
Dictatuur

Slide 5 - Quiz

Er zijn vrije en geheime verkiezingen
A
Democratie
B
Dictatuur

Slide 6 - Quiz

Burgers hebben de minste vrijheid in een:
A
dictatuur
B
democratie

Slide 7 - Quiz

Wat is een monarchie?
A
Een monarchie is een land zonder koning
B
Een monarchie is een land met een koning of keizer.
C
Een monarchie is een land met een grondwet.
D
Een monarchie is een land met één iemand aan de macht.

Slide 8 - Quiz

Kabinet of regering?
A
Kabinet
B
Regering

Slide 9 - Quiz

Wie zitten in het kabinet?
A
Ministers + Koning
B
Minister + Tweede Kamer
C
Eerste + Tweede Kamer
D
Ministers + staatssecretarissen

Slide 10 - Quiz

Wat betekent 'progressief'?
A
Je wilt dingen hetzelfde houden.
B
Je wilt dingen veranderen.

Slide 11 - Quiz

Politieke partijen die in hun programma uitgaan van het geloof.
A
Populisten
B
Sociaaldemocraten
C
Christendemocraten
D
Liberalen

Slide 12 - Quiz

Welke politieke stroming staat voor vrijheid?
A
Liberalisme
B
Sociaal- democraten
C
Ecologische
D
Christen-democraten

Slide 13 - Quiz

Welke politieke stroming past bij de uitleg?
Uitleg
Politieke stroming
Politieke groep die vindt dat ieder mens zoveel mogelijk vrijheid moet hebben.
Politieke stroming die het verschil tussen arm en rijk wil verkleinen door sociale wetten.
Politieke groep waarbij mensen hun ideeën over politiek, onderwijs etc. baseren op hun godsdienst
Liberalen
Sociaaldemocraten
Christen-democraten

Slide 14 - Drag question

POLITIEK LINKS
POLITIEK RECHTS

gelijkheid
Actieve overheid
Passieve overheid
Vrijheid

Slide 15 - Drag question

Linkse politieke partijen benadrukken dat:
A
mensen gelijke kansen moeten krijgen.
B
burgers meer vrijheid moeten krijgen.
C
de overheid minder macht moet krijgen.
D
naastenliefde heel belangrijk is.

Slide 16 - Quiz

Voor welke politieke stroming is 'rentmeesterschap' een belangrijke waarde?
A
sociaal democraten
B
liberalen
C
christen democraten

Slide 17 - Quiz

In welke politieke stroming zijn economische en persoonlijke vrijheid het belangrijkst?
A
De christen-democratie
B
De sociaal-democratie
C
Het liberalisme
D
Alle stromingen

Slide 18 - Quiz

Welke politieke richting vindt een actieve overheid belangrijk?
A
Rechtse partijen
B
Middenpartijen
C
Linkse partijen

Slide 19 - Quiz

Uit welke drie machten bestaat de trias politica?
A
landmacht, luchtmacht, politiemacht
B
uitvoerende macht, wetgevende macht, rechterlijke macht
C
uitvoerende macht, controlerende macht, rechterlijke macht

Slide 20 - Quiz

Bij hoeveel personen ligt de macht meestal in een dictatuur?
A
bij één persoon
B
bij alle mannen
C
bij iedereen

Slide 21 - Quiz

Het Parlement bestaat uit...
A
De Eerste en Tweede Kamer
B
Koning en Ministers
C
Ministers en staatssecretarissen

Slide 22 - Quiz

Hoeveel leden zitten er in de Tweede Kamer?
A
75
B
150
C
200
D
250

Slide 23 - Quiz

Hoeveel leden zitten er in de Eerste Kamer?
A
75
B
76
C
100
D
150

Slide 24 - Quiz

Het staatshoofd van Nederland is...
A
Minister-president
B
De koning
C
Het parlement
D
De regering

Slide 25 - Quiz

De regering bestaat uit...
A
Eerste en Tweede kamer
B
Koning en Ministers
C
Ministers en staatssecretarissen
D
Parlement en Koning

Slide 26 - Quiz