Cursus 7, P. 5 (verkleinwoorden) - 2MAVO

Verkleinwoorden
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Verkleinwoorden

Slide 1 - Slide

Planning
Lesdoel: goed spellen van verkleinwoorden
> theorie zelfstandig doornemen
> quiz in LessonUp

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Je leert verkleinwoorden goed spellen.

Slide 3 - Slide

Theorie!
Ga naar cursus 7, paragraaf 5 (Verkleinwoorden). Lees in 3 min de THEORIE!!
Er staan 5 spellingsregels die we zo gaan toepassen in de quiz!

Slide 4 - Slide

Welk woord is juist geschreven?
A
tv-tje
B
menutje
C
appelpje
D
skietje

Slide 5 - Quiz

Welk woord is juist geschreven?
A
babytje
B
baby'tje
C
babietje
D
babie'tje

Slide 6 - Quiz

Schrijf de verkleinwoorden op:
hummel, museum, bikini, droom

Slide 7 - Open question

Hoe schrijf je het verkleinwoord van lampion?
A
lampionnetje
B
lampiontje
C
lampionetje
D
lampionnentje

Slide 8 - Quiz

Wat is het goede verkleinwoord voor café?
A
cafétje
B
cafeetje
C
caféetje
D
cafeettje

Slide 9 - Quiz

Wat is het verkleinwoord van
(raadpleeg de regels)
de slager
A
de slagertje
B
het slagerje
C
het slaagertje
D
het slagertje

Slide 10 - Quiz

Wat is het verkleinwoord van
het spel
A
het speltje
B
het spelletje
C
het spelje
D
de speltje

Slide 11 - Quiz

maarten riep wat kun je hard rennen kees
verbeter

Slide 12 - Open question

Theorie!
Herhaal cursus 7,  paragraaf 4 de theorie in 2 min!

Slide 13 - Slide

Wat is het meervoud van baby?
timer
0:30
A
babys
B
baby's
C
babies

Slide 14 - Quiz

Wat is het meervoud van moskee?


timer
0:30
A
moskees
B
moskeën
C
moskeeën

Slide 15 - Quiz

Wat is het meervoud van fantasie?


timer
0:30
A
fantasieën
B
fantasiën
C
fantasies

Slide 16 - Quiz

Wat is het meervoud van bacterie?
timer
0:30
A
bacteries
B
bacteriën
C
bacterieën

Slide 17 - Quiz

Aan de slag!
Spelling Cursus 7
Verkleinwoorden
Opdracht 1 t/m 6 

Slide 18 - Slide