herhaling H6 en H7

herhaling H6 en H7
1 / 45
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

herhaling H6 en H7

Slide 1 - Slide

Wat is de naam van dit alkaan?
A
3-methylbutaan
B
2-ethylpropaan
C
2-methylbutaan

Slide 2 - Quiz

ijzersulfide is een ...
A
Zout
B
Moleculaire stof

Slide 3 - Quiz

Welke binding is het minst sterk?
A
atoombinding
B
metaalbinding
C
waterstofbruggen
D
vanderwaalsbindingen

Slide 4 - Quiz

Een ionbinding
A
is minder sterk dan een VdW binding
B
komt alleen voor bij zouten
C
bestaat ook als het zout is opgelost in water

Slide 5 - Quiz

Metaalbinding?
A
B
C
D

Slide 6 - Quiz

aluminiumoxide behoort tot:
A
Metalen
B
Moleculaire stoffen
C
Zouten

Slide 7 - Quiz

Wat is de naam van dit alkeen?

Slide 8 - Open question

is een isomeer van
A
waar
B
niet waar

Slide 9 - Quiz

Wat voor soort stof is
CuAl?
A
zout
B
metaal
C
moleculaire stof

Slide 10 - Quiz

Is dit alkaan vertakt of onvertakt?
A
Vertakt
B
Onvertakt

Slide 11 - Quiz

Wat is géén eigenschap van een metaalrooster?
A
bevat positieve atoomresten
B
bevat vaste elektronen
C
wordt bijeengehouden door de metaalbinding
D
bevat negatieve deeltjes

Slide 12 - Quiz

Wat is de lading van de atoomrest (het metaalion) in een metaalrooster?
A
Positief
B
Negatief
C
Neutraal
D
Kan zowel positief als negatief zijn

Slide 13 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met een homologe reeks?
A
Een groep stoffen die dezelfde molecuulformule heeft
B
Een groep stoffen die dezelfde algemene formule heeft
C
Een groep stoffen met dezelfde hoeveelheid koolstofatomen
D
Een groep stoffen met dezelfde hoeveelheid waterstofatomen

Slide 14 - Quiz

Hoe noem je een vertakking van 1 koolstof?
A
methyl
B
methyn
C
ethyl
D
ethyn

Slide 15 - Quiz

Op welke plek zit deze vertakking?
A
1ste plek
B
2e plek
C
3e plek
D
4e plek

Slide 16 - Quiz

Wat is de naam van dit alkaan?
A
5-methylpentaan
B
1-methylpentaan
C
hexaan
D
heptaan

Slide 17 - Quiz

Is dit een moleculaire stof?
CaSO4
A
Ja
B
Nee

Slide 18 - Quiz

Wat is de naam van dit
alkaan?
A
3,4-dimethylbutaan
B
3-methylpentaan
C
2-ethyl-butaan
D
3-ethyl-butaan

Slide 19 - Quiz

Kies de moleculaire stof!
A
Na
B
CaBr2
C
SO2
D
Br2

Slide 20 - Quiz

Welke bindingen worden verbroken indien we suiker smelten?
A
atoombindingen
B
ionbindingen
C
vanderWaals bindingen
D
metaalbindingen

Slide 21 - Quiz

Welke bindingen worden verbroken bij elektrolyse van water?
A
atoombindingen
B
atoombindingen en vanderwaals-bindingen
C
metaalbindingen
D
vanderwaals-bindingen

Slide 22 - Quiz

MnO2 is een
A
metaal
B
zout
C
moleculaire stof

Slide 23 - Quiz

welke formule hoort bij alkeen
A
B
C
D

Slide 24 - Quiz

Een alkaan is verzadigd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Is dit een moleculaire stof?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Wat is een zout?
A
Een verbinding van een metaal en een niet-metaal
B
een verbinding van twee metalen
C
een verbinding van twee niet-metalen

Slide 27 - Quiz

Wat wordt er bedoeld met hydrofiel en hydrofoob?

Slide 28 - Open question


Wat zijn isomeren?
A
Zelfde molecuulformule, maar andere structuurformule
B
Zelfde molecuulformule en structuurformule
C
Gelijke structuurformule, maar andere molecuulformule
D
Andere molecuulformule en structuurformule

Slide 29 - Quiz

is een isomeer van
A
waar
B
niet waar

Slide 30 - Quiz

Is C5 H12 een alkaan? leg uit

Slide 31 - Open question

"Zuurstof heeft een covalentie van 2."
Leg uit wat dit betekent

Slide 32 - Open question

Geef de molecuulformule van een alkeen met 32 koolstofatomen:

Slide 33 - Open question

Wat is de oplosvergelijking van calciumchloride? (CaCl2)

Slide 34 - Open question

Wat is de oplosvergelijking van Kaliumjodide (KI)?

Slide 35 - Open question

Wat is de naam van deze koolwaterstof?

Slide 36 - Open question

Wat is de naam van deze koolwaterstof?

Slide 37 - Open question

Wat is de covalentie van waterstof?

Slide 38 - Open question

Wat is de covalentie van zuurstof?

Slide 39 - Open question

Is dit een alkaan of een alkeen?
A
alkaan
B
alkeen

Slide 40 - Quiz

Wat is hier de alkeen?
A
C8H18
B
C7H15
C
C33H66
D
C25H52

Slide 41 - Quiz

Alkenen hebben ... bindingen.
A
Enkele
B
Dubbele

Slide 42 - Quiz

Geef met behulp van het periodiek systeem aan of de volgende stof een metaal, een zout of een moleculaire stof is.
HCN
A
Een metaal
B
Een zout
C
Een moleculaire stof

Slide 43 - Quiz

Welke structuurformule is vertakt?
A
B
C
D

Slide 44 - Quiz

Is dit een alkaan of alkeen?
A
Alkaan
B
Alkeen

Slide 45 - Quiz