Lesweek 3 Basiscursus Schrijven 1.3 Controleren & verbeteren + Taalverzorging 2.2 Verleden tijd

Lesdoelen

Herhalen :

Werkwoordspelling tegenwoordige tijd (3 zinnen) + samenvatting van de theorie

Een schrijfplan

Nieuwe lesstof:

Werkwoordspelling verleden tijd: 

• Klassikaal oefenen (5 zinnen), zodat de regels duidelijk zijn.
• Zelfstandig aan de slag: Taalverzorging 2.2 Persoonsvorm in de verleden tijd

Nieuwe theorie:

Basiscursus Schrijven 1.3 Controleren en verbeteren

Herhalen - de beste manier van leren

Hij ..... ons dichterbij te komen. (beduiden, tegenwoordige tijd)

1. beduid
2. beduidt
3. beduit

Elke keer ..... zij weer haar eigen record. (verbeteren, tegenwoordige tijd)

Je ....... me daar niets nieuws mee. (vertellen, tegenwoordige tijd)

1. vertelt
2. verteld

Wat weet je nog over:

OPBOUW VAN EEN TEKST?

De vis

Kop

Romp

Staart

De indeling van het verslag.

De vis: de titel in de bovenste vin. Verdeling in kop, lijf en staart.

Samen oefenen

met het invullen van een schrijfplan

Kijk naar dit woordveld

Een woordveld helpt je aan ideeen

Wat schrijf je boven je tekst?

1. De inhoud van het verslag
2. De titel
3. Waar het verslag over gaat

Wat is het beste antwoord?

Recycling

Overhalen/activeren

Recycling, voor een beter milieu

Inwoners van Rotterdam

Kijk naar dit schrijfplan

Wat ga je vertellen in de inleiding?

Wat schrijf je in de inleiding?

1. De inhoud van het verslag
2. De titel
3. Waar het verslag over gaat

Wat is het beste antwoord?

Recycling

Overhalen/activeren

Recycling, voor een beter milieu

Inwoners van Rotterdam

Bijvoorbeeld

Bewoners activeren om hun afval te laten recyclen

Minder afval = minder gebruik van plastic, glas en andere materialen. Beter: opnieuw gebruiken

Rotterdammers             afval naar het milieupark

Wat schrijf je in de kern (middenstuk)?

1. De inhoud van je verslag
2. Een herhaling van de inleiding
3. Wat de lezer kan verwachten

Op welke vragen geven alinea's in het middenstuk antwoord?

Bekijk het woordveld

RECYLING

Deelonderwerp 1 is recyclebare stoffen. 

Welke vier woorden uit het woordveld horen bij dit deelonderwerp?

Antwoorden

glas, ijzer, papier, plastic

Een woordveld helpt je aan ideeen

Recyclebare stoffen

Recycling

Overhalen/activeren

Recycling, voor een beter milieu

Inwoners van Rotterdam

glas, ijzer, papier, plastic

Bekijk het woordveld 

RECYLING

Deelonderwerp 2 is afval. 

Welke drie woorden uit het woordveld horen bij dit deelonderwerp?

Antwoorden

glasbak, kringloop, oude apparaten

Een woordveld helpt je aan ideeen

Recyclebare 

stoffen

glas, ijzer, papier, plastic

Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten

Bekijk het woordveld

RECYLING

Deelonderwerp 3 is broeikaseffect verminderen. 

Wat zou je kunnen beschrijven in deze alinea?

Recyclebare 

stoffen

glas, ijzer, papier, plastic

Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten

broeikaseffect verminderen

...........

...........

...........

Schrijf de woorden die zijn genoemd erbij.

Wat schrijf je in het slot?

1. Nieuwe informatie geven
2. Korte samenvatting
3. Vertellen wat de lezer kan verwachten

In een slot kom je ALTIJD terug op de inleiding

In een slot kom je ALTIJD terug op de inleiding

Wat zo dan een mooi slot kunnen zijn?

Recyclebare 

stoffen

glas, ijzer, papier, plastic

Afval

glasbak, kringloop, oude apparaten

broeikaseffect verminderen

...........

...........

...........

Samenvatting + oproep

Kleine moeite.  Belangrijk! Afval scheiden. Milieupark

Ik weet nu hoe ik een lange tekst
moet schrijven

😒🙁😐🙂😃

Samenvatting van de theorie

Nieuwe lesstof

Werkwoordspelling: Verleden tijd

We oefenen klassikaal (5 zinnen), zodat de regels duidelijk worden.

Het weer ..... met de dag. (veranderen)

De leerlingen ....... de vloer in de kantine. (schrobben)

De studenten .... over een moeilijke examenopgave. (peinzen)

1. peinzden
2. peinsden
3. peinzten
4. peinsten

Mijn ouders ..... mij bijna nooit. (straffen)

1. straften
2. strafden

Op straat ..... hij mij vriendelijk goedendag. (knikken)

1. knikde
2. knikte

Nieuwe theorie

Basiscursus Schrijven 

1.3 Controleren en verbeteren

Dit staat in Teams en ligt in mijn kast.

Gebruik het!

Taalverzorging 2.2 Persoonsvorm in de verleden tijd. Verkort programma (80% score)

Basiscursus schrijven 1.3 Controleren

en verbeteren

Aan de slag!