G2 - Unité 2 / Taaldorp

1 / 42
next
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Video

This item has no instructions

Bienvenue!
Le programme
  • Prévision planning | 5'
  • Parler: Doeltaal-leertaal | 5'
  • Introduction Taaldorp | 15'
  • Au travail: Au camping | 25'
  • Corrigez: Au camping | 15'
  • Révision: repetitie | 25'
  • Vocabulaire | 10'
Lesdoelen 
  • Ik kan vertellen wat de planning voor periode 2 is.
  • Ik weet hoe Taaldorp eruit ziet en welke situaties erin voorkomen.
  • Ik kan een plek op een camping reserveren.
  • Ik heb gezien wat er goed is gegaan op de repetitie en waar ik een volgende keer nog aan moet werken/op moet letten.

Madame Geluk (Bonheur)
r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
aanwezig: ma, di, wo, do



Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Planning
  • SO | Taaldorp | 5% | Jeudi le 16 janvier
    (Hulpzinnen, Camping & Marché)
  • MO | Taaldorp | 15% | Mercredi le 12 février
    (Camping, Marché, Restaurant & Gare)
  • Repetitie + lezen | 15% | Toetsweek | week 11 maart
  • > Vocabulaire handig woorden leesteksten
    > Werkwoord 'faire'
    > Kloktijden
    > Bezittelijk voornaamwoord
    > Cultuurvragen Unité 2 (Sports & Passions)
    > Leesteksten


Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Questions et réponses
Objectifs (doelen): Doeltaal-leertaal
  • Meer Frans spreken in de klas
  • Geen/minder spreekangst
  • Goed voorbereid op Taaldorp
  • Grotere woordenschat

Slide 4 - Slide

  • Naam spellen
  • Je voudrais (voorbeeld, eten & drinken)
  • Vous pouvez répéter ?
  • Je ne comprends pas
La Drôme
Ville: Montélimar
1. Au camping
2. Au marché
3. Au restaurant
4. À la gare
Bienvenue dans la Drôme!

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Taaldorp | mercredi le 12 février | 15%
Ik kan:
 
  • Een plek op een camping reserveren.
    - Au camping 
  • Groente en fruit bestellen op de markt.
    - Au marché
  • Eten en drinken bestellen in een restaurant/café.
    - Au restaurant
  • Een treinkaartje kopen en vragen om inlichtingen.
    - À la gare

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Taaldorp - Au camping
Au travail!
Exercice 1 'Chiffres & mois' (was huiswerk)
  • Livre: chiffres p.139 / mois p.141
  • 20xx = je geboortejaar (vb: 2009)
Exercice 2 : Épelez
  • Kies of je het phonetisch [..] opschrijft, of op een manier zoals het voor jezelf duidelijk is.
Exercice 3: Passeport
  • Domicile = woonplaats (van het Latijnse domus = huis)
Exercice 4: Phrases-clés
  • Zie p.11!
Exercice 5: Complétez le dialogue
  • Utilisez p.11 
  • Antwoord mag in je boekje (ernaast schrijven)
Exercice 6:  Catégorisez
Verdeel de woorden van p.11 over de categorieën
timer
20:00

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Révision: test
Stap 1: Meest gemaakte fouten bespreken via LessonUp

Stap 2: Individueel evaluatie invullen & toets bekijken


Stap 3: Inleveren 
> Evaluatie laat je thuis ondertekenen en neem je volgende les mee.
> Alle andere bladen: vooraan bij docent inleveren!

Stap 4: Au travail
> Production Orale ex.1 (p.8)
> Lees eerst het hele gesprekje: snap je waar het over gaat? 
> Gebruik Hulpzinnen (p.3)
> Gebruik vocabulaire (p.11)
> Kijk goed naar de vragen & antwoorden.
> Extra hulp? > zoek in je lesboek!

Slide 8 - Slide

This item has no instructions


AII. français > néerlandais in zin
1. J'arrive / J'ouvre la porte de la maison.

Slide 9 - Open question

This item has no instructions


B. néerlandais > français
1. Nous allons (blijven) quinze jours en France.

Slide 10 - Open question

This item has no instructions


B. néerlandais > français
7. Pour (aankomen) à 9h15, il faut partir à 8h00.

Slide 11 - Open question

This item has no instructions


B. néerlandais > français
8. J'habite à Baarn, aux Nederland

Slide 12 - Open question

This item has no instructions


C. Les temps / La météo
2.

Slide 13 - Open question

This item has no instructions


D. Passé composé
6. Mijn zussen zijn vertrokken  en vacances. (partir)

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Révision: test
Stap 2: Individueel evaluatie invullen & toets bekijken
> Vul eerst voorkant evaluatie in.
> Vul op de achterkant in: bij elk onderdeel het aantal fouten + wat voor soort fouten zijn het?
> Vul voor jezelf tips + tops in!

Vragen?
1. Bekijk éérst nogmaals de vraag + antwoord op het antwoordblad.
2. Vraag één van je groepsgenoten of zij het uit kunnen leggen.
3. Omcirkel de vraag en stel de vraag als docent bij je groepje is.

Stap 3: Inleveren
> Evaluatie laat je thuis ondertekenen en neem je volgende les mee.
> Alle andere bladen: vooraan bij docent inleveren!



timer
15:00
Klaar?

Production Orale - exercice 1 (p.8)
  • Schrijf in je schrift (tip: maak na nakijken in Word document aan)
  • Lees eerst het hele gesprekje: snap je waar het over gaat?
  • Gebruik Hulpzinnen (p.3)
  • Gebruik vocabulaire (p.11)
  • Kijk goed naar de vragen & antwoorden.
  • Extra hulp? > zoek in je lesboek!

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Quizlet Taaldorp

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan vertellen wat de planning voor periode 2 is.
  • Ik weet hoe Taaldorp eruit ziet en welke situaties erin voorkomen.
  • Ik kan een plek op een camping reserveren.
  • Ik heb gezien wat er goed is gegaan op de repetitie en waar ik een volgende keer nog aan moet werken/op moet letten.
Les devoirs

  1. Production écrite (p.8)
  2. Lr. Vocabulaire 'Au camping' (p.11)

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Slide 18 - Video

This item has no instructions

Bienvenue!
Le programme
  • Parler: Doeltaal-leertaal | 5'
  • Corrigez: ex.6 & ex. 1 | 20'
  • Au travail: Au camping | 20'
  • Parlez: Au camping | 15'
  • Vocabulaire | 10'
  • Au marché! 
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn naam spellen, mijn geboortedatum geven, zeggen hoe oud ik ben.
  • Ik kan minimaal 10 dingen benoemen die je op een camping kunt vinden/doen.
  • Ik kan een plek op een camping reserveren.
  • Ik heb een feedbackvraag gesteld.

Madame Geluk (Bonheur)
r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
aanwezig: ma, di, wo, do



Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Questions et réponses
Objectifs (doelen): Doeltaal-leertaal
  • Meer Frans spreken in de klas
  • Geen/minder spreekangst
  • Goed voorbereid op Taaldorp
  • Grotere woordenschat

Slide 20 - Slide

  • Naam spellen
  • Je voudrais (voorbeeld, eten & drinken)
  • Vous pouvez répéter ?
  • Je ne comprends pas
Qu'est-ce que tu vois? [ex.6]
(mots français > camping)

Slide 21 - Mind map

This item has no instructions

Taaldorp - Au camping
Corrigez
Exercice 6:  Catégorisez (p.7)
Verdeel de woorden van p.11 over de categorieën

Production orale: exercice 1 (p.8)
timer
20:00

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Date de naissance
Ma date de naissance est le ....  
  • Jour (1 = premier)
  • Mois
  • Année
    2000 = deux-mille
    2002 = deux-mille-deux
    2003= deux-mille-trois etc. 

Exemple: 
"Ma date de naissance est le premier septembre deux-mille-deux"
timer
2:00
Les mois de l'année
  • Janvier
  • Février
  • Mars
  • Avril
  • Mai
  • Juin
  • Juillet
  • Août
  • Septembre
  • Octobre
  • Novembre
  • Décembre
Les mois de l'année

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Taaldorp - Au camping
Au travail
Production orale: exercice 2 (p.9)
  • Gebruik o.a. de zinnen uit opdracht 1!

Fini?
  • OF: oefen vocabulaire p.11
  • OF: vertaal de zinnen van p.10 als extra oefening.

timer
20:00

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

timer
8:00
Corrigez, parlez & prononcez...
Prononciation
  • est = è.
  • et = ee
  • -é / -ez /-er = ee       répéter
  • è = è.                          près
  • -x = .                           deux, je peux

Parlez
> Oefen het gesprek met een klasgenoot.
> Changez de rôle!
> Vraag als je twijfelt over uitspraak

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Quizlet Taaldorp

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs - Au marché
Au travail
Exercice 1 (p.12)
> cijfers staan achterin je lesboek p.139
> hoeveelheden p.140
> Enkele = quelques

Exercice 2 (p.12)
> Uitleg delend lidwoord moet je lezen in je lesboek op p.130.

Leer: vocabulaire 'Au marché"  (p.18)
timer
20:00

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn naam spellen, mijn geboortedatum geven, zeggen hoe oud ik ben.
  • Ik kan minimaal 10 dingen benoemen die je op een camping kunt vinden/doen.
  • Ik kan een plek op een camping reserveren.
  • Ik heb een feedbackvraag gesteld.
Les devoirs

  1. Au marché ex. 1 + 2 (p.12)
  2. Lr. vocabulaire Au marché (p.18)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Bienvenue!
Le programme
  • Parler: Doeltaal-leertaal | 5'
  • Explication: delend lidwoord + aanwijz.vnw | 10'
  • Corrigez: ex.1+2 | 10'
  • Au travail: Au marché| 40'
  • Parlez: Au marché | 15'
  • Vocabulaire | 10'
  • Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn naam spellen, mijn geboortedatum geven, zeggen hoe oud ik ben
  • Ik kan uitleggen wat het delend lidwoord/aanwijz.vnw is en hoe ik deze gebruik.
  • Ik kan minimaal 5 fruit/groentesoorten in het Frans benoemen.
  • Ik kan een product op de markt bestellen.

Madame Geluk (Bonheur)
r.geluk@hetbaarnschlyceum.nl
aanwezig: ma, di, wo, do



Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Questions et réponses
Objectifs (doelen): Doeltaal-leertaal
  • Fruit
  • Groente
  • Delend lidwoord

Slide 31 - Slide

  • Naam spellen
  • Je voudrais (voorbeeld, eten & drinken)
  • Vous pouvez répéter ?
  • Je ne comprends pas
Grammaire: Delend lidwoord
  • Mnl: Je bois du lait = ik drink _ melk.
  • Vrl: Je mange de la salade = ik eet _ salade.
  • Klinker:  Je bois de l'orangina = ik drink _ orangine
  • Mv: Je prends des carrottes = ik neem _ wortels.
Hoeveelheid (de / d')
  • Je voudrais trois pommes.= ik wil graag drie appels.
  • Je voudrais un kilo de pommes = Ik wil graag een kilo appels.
  • Je voudrais un litre d'huile d'olives = Ik wil graag een liter olijfolie.
Uitleg: delend lidwoord
Grammaire: Delend lidwoord
Je voudrais
pommes, s'il vous plaît.
Je voudrais
500 grammes
oranges, s'il vous plaît.
Je voudrais
un kilo
pommes sucrées.
Je prends
légumes.
Je voudrais
encore
fromage.
J'aimerais
viande.

de
d'
du
de la
de l'
des
des

Slide 33 - Drag question

This item has no instructions

Aanwijzend voornaamwoord 
Aanwijzend voornaamwoord
Ces oeufs
Ces baguettes
Ce fromage
cette viande

Slide 34 - Drag question

This item has no instructions

Welke aanwijzend voornaamwoord moet je gebruiken voor een zelfstandig naamwoord ... 
Aanwijzend voornaamwoord
  • Ici = hier
  • Là-bas = daar
  • Ce truc = dit ding
mannelijk enkelvoud
vrouwelijk enkelvoud
Meervoud 
Ce
Cette 
Ces
Cet

Slide 35 - Drag question

This item has no instructions

Au marché
Corrigez
Corrigez: Exercice 1  & exercice 2 (p.12)

Au travail
  • Exercice 3 (p.13)
    > Delend lidwoord (zie p.130)
  • Exercice 4 (p.13)
    > Aanwijzend voornaamwoord (zie aantekening)
  • Exercice 5 (p.13)
    > Gebruik vocabulaire p.18)

Fini?
  • Exercice 1 (p.15)
    > Gebruik vocabulaire p.3 & p.18

Leer: vocabulaire 'Au marché"  (p.18)
timer
30:00

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

timer
8:00
Corrigez, parlez & prononcez...
Prononciation
  • est = è.
  • et = ee
  • -é / -ez /-er = ee       répéter
  • è = è.                          près
  • -x = .                           deux, je peux

Parlez
> Oefen het gesprek met een klasgenoot.
> Changez de rôle!
> Vraag als je twijfelt over uitspraak

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Quizlet Taaldorp

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs - Au marché +
Au travail
  • Fais (maak) Au marché: Exercice 6 + 7 (p.13-14)
> Gebruik vocabulaire van p.18

  • Traduis (vertaal): Exercice 1 + 2 (p.15+16)
> Exercice 1 als het goed is al nagekeken voor de vakantie. Gebruik deze om exercice 2 te maken!

  • Leer: vocabulaire 'Au marché" (p.18)
timer
20:00

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Les devoirs
Lesdoelen 
  • Ik kan mijn naam spellen, mijn geboortedatum geven, zeggen hoe oud ik ben
  • Ik kan uitleggen wat het delend lidwoord/aanwijz.vnw is en hoe ik deze gebruik.
  • Ik kan minimaal 5 fruit/groentesoorten in het Frans benoemen.
  • Ik kan een product op de markt bestellen.
Les devoirs

  1. Au marché ex 6 + 7 (p.13+14)
  2. Au marché vertalen ex. 1 + 2 (p.15+16)
  3. Lr. vocabulaire Au marché (p.18)

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Video

This item has no instructions

G2 - Unité 2 / Taaldorp

Slide 42 - Slide

This item has no instructions