H3 Basis 3 Geloven of niet geloven?

§3.3 Geloven of niet geloven?
1 / 14
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

§3.3 Geloven of niet geloven?

Slide 1 - Slide

Een horige is een
A
Boer die geen eigen grond had
B
Een boer die vrij was

Slide 2 - Quiz

Wat moesten de horigen NIET doen voor de heer?
A
Een deel van hun oogst geven
B
Hout kappen
C
Vee verzorgen
D
het land beschermen

Slide 3 - Quiz

Welke omschrijving past het beste bij de adel?
A
Boeren die in kleine boerderijen wonen
B
Soldaten die in een kasteel wonen
C
Machtige heren die de baas zijn over een groot stuk land
D
Horigen die een deel van de oogst moeten afstaan

Slide 4 - Quiz

Een geloof voor iedereen
  • Na de val van Rome waren mensen wanhopig
  • Monniken vertelden over de bijbel
  • Dit gaf moed en hoop

Slide 5 - Slide

In het klooster
  • Monniken leefden voor God
  • Zij woonden in een klooster
  • Ze schreven boeken, gaven les, verbouwden hun eigen eten
  • Ook zorgden zij voor armen, zieken en reizigers

Slide 6 - Slide

Wat betekent het begrip:
"monnik"
A
Een geestelijke vrouw die in een klooster woont en werkt.
B
Iemand die naar de kerk gaat
C
Een geestelijke die het hoofd van een klooster is.
D
Een geestelijke man die in een klooster woont en werkt.

Slide 7 - Quiz

Geen christen maar heiden
  • Veel mensen waren geen christen
  • Natuurgodsdienst
  • Dit noemden de christenen heidenen
  • Christenen vonden dat deze mensen christelijk moesten worden

Slide 8 - Slide

Zij leefden volgens de regels uit de bijbel
A
Christenen
B
Heidenen

Slide 9 - Quiz

Heidenen zijn...
A
Mensen die in God geloven
B
Mensen die Jezus volgde
C
Mensen die geloven in natuurgoden
D
tegenstanders van de moslims

Slide 10 - Quiz

Christendom
Germaans geloof
Heidenen
Kerken
Monnik
Thor
Heilige bomen
Geloof met één god

Slide 11 - Drag question

Het geloof was in de middeleeuwen zo belangrijk dat men...
A
...ging tuinieren
B
...vrouwen zelfs het klooster ingingen
C
...boeken ging schrijven
D
...hun kinderen aan het klooster gaf

Slide 12 - Quiz

Koppel het juiste begrip aan de juiste groep mensen
Monniken
Heidenen

Slide 13 - Drag question

Huiswerk
Blz. 62 t/m 66
Opdr. 1 t/m 21

Slide 14 - Slide