5H Basen ook

1 / 24
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Start:
  • Leg jouw spullen klaar 
  • Open de App 
  • Of ga naar de website en log in.
Leerdoelen
Lesverloop
0-5min: Start
5-15min:
15-20min: 
20-40min: 
45-50min: Afronding
Stel hier jouw vragen:

Slide 2 - Slide

Basen en basische oplossingen

Leerdoelen deel 1:
- Je leert wat een base is
- Je leert wat er gebeurt als een base met water reageert
- Je leert het verschil tussen een zwakke en een sterke base

Slide 3 - Slide

Basen en basische oplossingen

Leerdoelen deel 2: 
- je kunt de pH berekenen uit de [OH-] via de pOH
- je kunt de [OH-] berekenen uit de pH via de pOH

Slide 4 - Slide

Basen
Een base is een stof die een H+ -ion kan opnemen (microniveau)
Een basische oplossing heeft altijd een pH groter dan 7 (macroniveau)

Slide 5 - Slide

Geef de reactievergelijking van:

Het sulfide-ion (S2-) met water

Slide 6 - Open question

Geef de reactievergelijking van:

Het oxide-ion O2- met water

Slide 7 - Open question

Sterke en zwakke basen
  • Binas 49 geeft een overzicht van bekende zuren en basen.
  • Onder te verdelen in: sterk, zwak en zeer zwak, zie volgende slide.
  • Hoe sterker een base, hoe makkelijker het H+ ion kan worden opgenomen
  • Bij gelijke molariteit, heeft een sterke base een hogere pH, een hogere geleidbaarheid en zal hij sterker reageren dan een zwakke base (meer OH in oplossing).

Slide 8 - Slide

Binas 49

Slide 9 - Slide

Sterke en zwakke basen
Een sterke base reageert volledig met het water 


Een zwakke base reageert gedeeltelijk met het water. 
NH3(aq)+H2O(aq)NH4+(aq)+OH(aq)
O2(aq)+H2O(aq)2OH(aq)

Slide 10 - Slide

Is natronloog (NaOH) een sterk/zwak zuur of base?
A
sterk zuur
B
zwak zuur
C
zwakke base
D
sterke base

Slide 11 - Quiz

Deze triviale namen moet jij uit het hoofd  kennen:

Slide 12 - Slide

de pH schaal
Hoe basischer de oplossing
hoe ......................... de [OH-]
hoe ......................... de pH
Neem over in je schrift

Slide 13 - Slide

pH berekenen bij basische oplossingen
Een basische oplossing bevat 
OH- ionen, dus je kunt NIET de formule voor de pH gebruiken!

Slide 14 - Slide

       Zo reken je aan een             Zo reken je aan een
       zure oplossing                      basische oplossing
De significantie-regel van de pH geldt ook voor de pOH

Slide 15 - Slide

Bereken de pOH als [OH-] = 3,18 x 10^-5 mol/L
Geef je antwoord in de juiste significantie

Slide 16 - Open question

Bereken [OH-] bij pOH = 2,81
Geef je antwoord in de juiste significantie

Slide 17 - Open question

pH berekenen van een basische oplossing
Je kunt nu van een basische oplossing de pOH uitrekenen
Als je het verband weet tussen de pOH en de pH kun je de berekende pOH omrekenen naar een pH waarde

Wat is het verband tussen pOH en pH?

Slide 18 - Slide

pH + pOH = 14

Slide 19 - Slide

Wat is de pOH van een oplossing met pH=8?
A
2
B
6
C
8
D
10

Slide 20 - Quiz

Voorbeeld 1
Bereken de pH bij [OH-] = 0,052 mol/L

  • stap 1: pOH berekenen: pOH= -log [OH-] -> pOH = -log(0,052)= 1,28
  • stap 2: pH berekenen: pH + pOH = 14,00 -> pH = 14,00 - 1,28 = 12,72
  • stap 3: controleer: significantie (2 sign. cijfers = 2 decimalen in pH) én pH (OH-, dus basische oplossing, dus pH > 7)

Slide 21 - Slide

Voorbeeld 2
Bereken [OH-] bij pH = 9,74

Slide 22 - Slide

Voorbeeld 2
Bereken [OH-] bij pH = 9,74
pH is groter dan 7, dus de oplossing is basisch
je moet dus eerst omrekenen naar de pOH

Slide 23 - Slide

Voorbeeld 2
Bereken [OH-] bij pH = 9,74

  • stap 1: pOH berekenen: pH + pOH = 14,00 -> pOH = 14,00 - 9,74 = 4,26
  •  stap 2: [OH-] berekenen: [OH-]=10-pOH -> [OH-] = 10-4,26 = 5,5.10-5 M
  • stap 3: controleer: significantie (2 decimalen pH = 2 sign. cijfers) én eenheid (concentratie, dus mol/L of M)

Slide 24 - Slide