Wat weet je al?

Wat zijn de functies van mollen en kruisen?
A
een mol verhoogt een noot, een kruis verlaagt een noot
B
een mol verlaagt een noot, een kruis verhoogt een noot
C
beide voortekens verlagen de gespeelde noot
D
een mol herstelt de gespeelde noot, een kruis verlaagt een noot
1 / 20
next
Slide 1: Quiz
MuziekMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Wat zijn de functies van mollen en kruisen?
A
een mol verhoogt een noot, een kruis verlaagt een noot
B
een mol verlaagt een noot, een kruis verhoogt een noot
C
beide voortekens verlagen de gespeelde noot
D
een mol herstelt de gespeelde noot, een kruis verlaagt een noot

Slide 1 - Quiz

Vul in: een kruis (#)... een noot.
A
Verhoogt
B
Herstelt
C
Verlaagt
D
verlengt

Slide 2 - Quiz

Dit G# is een:
A
G hekje
B
Gis
C
Gais
D
Ges

Slide 3 - Quiz

Dit Bb (mol) is een Bes en betekent:
A
De noot B extra hard spelen
B
De B een halve toon hoger spelen
C
De B halve toon lager spelen
D
De A twee tonen hoger spelen

Slide 4 - Quiz

Hoe noem je deze rust?En hoelang duurt hij?
A
achtste rust en duurt een 1/2 tel
B
achtste rust en duurt 1 tel
C
kwartrust en duurt een 1/2 tel
D
kwartrust en duurt 1 tel

Slide 5 - Quiz

Hoe noem je deze rust en hoe lang duurt hij?
A
Achtste rust en duurt een halve tel
B
Kwart rust en duurt 1 tel
C
Halve rust en duurt 2 tellen
D
Hele rust en duurt 4 tellen

Slide 6 - Quiz

Vul de juiste rust in..
A
B
C
D

Slide 7 - Quiz

Het tempo gaat over
A
De snelheid van een muziekstuk
B
De toonhoogte van een muziekstuk
C
Het ritme van een muziekstuk
D
Het volume van een muziekstuk

Slide 8 - Quiz

Het tempo van dit nummer is....
A
Slow
B
Medium
C
Fast

Slide 9 - Quiz

Het tempo van dit nummer is...
A
ANDANTE
B
ADAGIO
C
ALLEGRO

Slide 10 - Quiz

Is er in dit fragment sprake
van accelerando of ritenuto?
A
ritenuto
B
accelerando

Slide 11 - Quiz

Dynamiek heeft te maken met:
A
snel en langzaam
B
hoog en laag
C
korte en lange noten
D
hard en zacht

Slide 12 - Quiz

Een ander woord voor dynamiek is
A
Toonhoogte
B
Toonduur
C
Geluidsterkte
D
Sfeer

Slide 13 - Quiz

'PP' staat voor 'Pianissimo' en betekent:
A
Hard spelen/zingen
B
Zacht spelen/zingen
C
Zeer hard spelen/zingen
D
Zeer zacht spelen/zingen

Slide 14 - Quiz

'mF' staat voor Mezzo Forte en betekent:
A
Heel hard spelen/zingen
B
Gemiddeld hard spelen/zingen
C
Zeer zacht spelen/zingen
D
Gemiddeld zacht spelen/zingen

Slide 15 - Quiz

Van welke vorm van dynamiek is er sprake?
A
terrassendynamiek
B
overgangsdynamiek
C

Slide 16 - Quiz


Wat is de volgorde van dynamiek hier?
A
Piano - cerscendo-mezzoforte-forte- decrescendo - fortissimo
B
pianissimo- forte - crescendo - fortissimo - decrescendo
C
piano - crescendo - mezzoforte - fortissimo - decrescendo - forte
D
piano- decrescendo - fortissimo - crescendo - forte

Slide 17 - Quiz

Wat is (muzikale) articulatie?
A
De toonsterkte van een stuk
B
Hoe snel een stuk is
C
De manier van spelen van een stuk
D
De ritmes in een stuk

Slide 18 - Quiz

Welk begrip hoort bij articulatie?
A
decrescendo
B
staccato
C
ritenuto
D
pizzicato

Slide 19 - Quiz

Als noten 'legato' worden gespeeld, dan klinkt dat als noten die...
A
gebonden aan elkaar gespeeld zijn
B
zacht gespeeld zijn
C
hard gespeeld zijn
D
kort en lost van elkaar zijn

Slide 20 - Quiz