Luk 3_ Medisch rekenen_Les 2_ Gassen

LUK 3 
Week 3.2
2e bijeenkomst 
Medisch Rekenen
1 / 17
next
Slide 1: Slide
Medisch rekenenHBOStudiejaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

LUK 3 
Week 3.2
2e bijeenkomst 
Medisch Rekenen

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Agenda
Introductie
Aanwezigheidsregistratie (10 min)
Uitleg berekenen Gassen (20 min)
Zelf oefenen met gasberekeningen (50 min)
Peercoach is aanwezig voor extra ondersteuning
Doe de extra oefeningen in Iqualify
Afsluiting 
Proces- en productevaluatie 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Afspraken tijdens de responsiecolleges
  • De klas wordt ingericht in groepen 
  • Van " ik vind medisch rekenen erg lastig" tot " Ik doe medisch rekenen met twee vingers in mijn neus". 
  • Degene die goed zijn in medisch rekenen helpen hun collega's
  • Er heerst rust tijdens de responsiecolleges
  • Toch behoefte om veel lawaai te maken? Trek je dan terug buiten het leslokaal, wees de wijste...
  • Heb je meer ondersteuning nodig? Peercoaches kunnen uitkomst bieden!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Tips
  • Gebruik altijd een kladblaadje en bewaar deze voor de volgende les. 
  • Zonder je berekening te zien, kom je niet achter je gemaakte fouten.
  • Een rekenmachine gebruiken is altijd toegestaan. 
  • Diagnostische toets gemaakt: schrijf de vragen op die je niet goed hebt

Slide 4 - Slide

Na de sluitingsdatum kun je zelf de toets niet meer inzien, maar in de les kan de docent deze wel op het bord tonen wanneer je een vraag stelt.

Voorwaarden
Deelname  eerste medisch rekentoets 

1. Aanwezigheidsplicht van 80% van de 6 bijeenkomsten = 4,8 lessen -> 5 dus
2. Maken van een diagnostische oefentoets per week (in week 3.1 t/m week 3.6). Totaal dus 6.....

Let op! Als je die van de eerste week nog niet gemaakt hebt dan moet je die ook doen. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Thema's medisch rekenen

1. Infusie en transfusie
2. Voeding en vocht
3. Vloeibare medicatie
4. Vaste medicatie
5. Gassen

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Formules voor O2 berekening
1. Beschikbare hoeveelheid zuurstof in de zuurstofcilinder = 
druk in de fles zichtbaar op manometer ( in BAR) x  inhoudsmaat van de fles (liters)
Of
2. druk in de zuurstofcilinder (in BAR) = 
beschikbare hoeveelheid / inhoudsmaat van de zuurstof cilinder

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Slide 8 - Video

This item has no instructions

Nog meer oefenen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Gezamenlijk oefenen 1
Een zuurstofcilinder heeft een inhoud van 25 liter. Manometer van de cilinder geeft 200 Bar (atmosfeer) aan. Mevrouw de Jong krijgt 2 liter zuurstof per minuut.  

Hoeveel liter kan er na 12 uur nog uit de cilinder komen? 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Antwoord
3560 liter nog in de zuurstofcilinder

  1. 25 liter zuurstofcilinder x 200 BAR druk = 5000 liter samengeperste zuurstof in de zuurstofcilinder
  2.  Mevrouw gebruikt  2 liter O2/min
  3. Dit is per uur: 2 liter x 60 minuten =120 liter
  4. Na 12 uur heeft zij 120 liter x 12 uur verbruikt uit de zuurstofcilinder = 1440 liter
  5. We weten dat de zuurstofcilinder 12 uur geleden 5000 liter samengeperste zuurstof bevatte. 
  6. Blijft dus over 5000 - 1440 liter =3.560 liter 

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Gezamenlijk oefenen 2
Meneer de Bruin krijgt 4 liter zuurstof per minuut. Hij moet echter naar de onderzoeksafdeling. Hiervoor pak je een zuurstofcilinder van 3 liter. De manometer geeft 65 bar aan.

 

1. Hoeveel minuten kan meneer de Bruin met zijn zuurstofcilinder? 
2. Hoeveel liter zuurstof bevat de zuurstofcilinder nog na 45 minuten?

3. Hoeveel bar geeft de manometer nadat meneer de Bruin 45 minuten van de zuurstof liner gebruik heeft gemaakt?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Antwoord
1. Hoeveel minuten kan meneer de Bruin met zijn zuurstofcilinder? 
Beschikbare hoeveelheid zuurstof : 65 bar x 4 Liter zuurstofcilinder = 260 Liter samengeperste zuurstof
Meneer gebruikt 4 liter/minuut -> 260 /4 = 65 minuten of ook wel 1 uur en 5 minuten
2. Hoeveel liter zuurstof bevat de zuurstofcilinder nog na 45 minuten?
Totale zuurstoftoediening door meneer de Bruin 4 Liter per minuut, dus: 4 x 45 = 180 Liter verbruikt -> blijft over in de zuurstofcilinder Begin: 260 L, hier gaat 180 L uit; 260-180 = 80 Liter O2 over 
3. Wat geeft de manometer aan? En weer terug naar druk -> 80 Liter samengeperste zuurstof in een 4 Liter zuurstofcilinder -> 80/4 =20 bar


Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Gezamenlijk oefenen 3
Mevrouw Veldhuis krijgt 3 liter zuurstof per minuut. De zuurstofcilinder die zij heeft is 30 liter. De manometer geeft 165 bar aan. Het is nu 15:30.

Wat is de druk in de cilinder om 20:45?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Antwoord
  • 30 liter zuurstofcilinder x 165 BAR druk = 4950 liter samengeperste zuurstof in de zuurstofcilinder om 15.30 uur
  • Mevrouw gebruikt 3 liter O2/min
  • Tussen 1530 en 2045 uur (5 uur en 15 minuten = 315 minuten) 
  • Om 2045 uur heeft zij verbruikt: 3liter x 315 minuten= 945 liter 
  • In de zuurstofcilinder zit dus om 2045 uur: 4950 liter - 945 liter =4.005 liter 
  • En weer terug naar druk -> 4005 Liter samengeperste zuurstof in een 30 Liter zuurstofcilinder -> 4005/30 = 133,5 -> 134 bar

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Welk thema volgende week?
Infusie
Vloeibare medicatie
Voeding en vocht
Vaste medicatie

Slide 16 - Poll

This item has no instructions

En nu zelf oefenen: zie extra toetsen in Iqualify

Slide 17 - Slide

This item has no instructions