07. Thema 5.4 De evolutietheorie (1) 22-5

Thema 5:
Erfelijkheid en evolutie
BK Basisstof 5 / KGT Basisstof 4: 
De evolutietheorie
1 / 41
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes, text slides and 7 videos.

Items in this lesson

Thema 5:
Erfelijkheid en evolutie
BK Basisstof 5 / KGT Basisstof 4: 
De evolutietheorie

Slide 1 - Slide

Maken Thema 1:

Vandaag
Huiswerk bespreken
Instructie § 5.5
Aan de slag § 5.5

Doelen checken
 Huiswerk opgeven

Huiswerk bespreken
Flitskaarten/Test jezelf § 5.5
Instructie § 5.4
Aan de slag § 5.4
Doelen checken
 Huiswerk opgeven

BK
KGT

Slide 2 - Slide

Maken Thema 1:

Huiswerk 23 mei
Maken § 5.5
+
Nakijken
+
Leren 5.1 + 5.2 + 5.3 + 5.4


Maken § 5.5: af
+
Nakijken
+
Leren 5.1 + 5.2 + 5.3 + 5.5

BK
KGT

Slide 3 - Slide

Thema 5:
Erfelijkheid en evolutie
BK Basisstof 5: Een presentatie geven

Slide 4 - Slide

Doel: 
  • (Je kunt in tweetallen een onderzoek doen)
  • Je kunt in tweetallen een presentatie geven

Slide 5 - Slide

Opdracht 1 blz. 120
Voer een onderzoek uit en geef er een presentatie over.
Max 7 dia's.
Bedenk zelf een onderzoeksvraag, of kies er eentje die genoemd is in het boek.

Slide 6 - Slide

Hypothese
Een hypothese is een voorlopige stelling waarin je aangeeft wat je verwacht te vinden in je onderzoek. Vervolgens toets je deze hypothese met behulp van je wetenschappelijke onderzoek, zoals een experiment of correlationeel onderzoek. 

Je stelt de hypothese altijd op voordat je het onderzoek uitvoert.

Slide 7 - Slide

Maken Thema 1:

Huiswerk 30 mei




5 juni: Presentatie geven

BK
KGT
Toets thema 5

Slide 8 - Slide

Maken Thema 1:

Vandaag
Huiswerk bespreken
Instructie § 5.5
Aan de slag § 5.5

Doelen checken
 Huiswerk opgeven

Huiswerk bespreken
Flitskaarten/Test jezelf § 5.5
Instructie § 5.4
Aan de slag § 5.4
Doelen checken
 Huiswerk opgeven

BK
KGT

Slide 9 - Slide

Doel: Evolutietheorie
Je kunt de evolutietheorie beschrijven.

Slide 10 - Slide

Evolutie
- Bestaan miljoenen organismen
- Bijbel zegt: organismen geschapen
- Biologen: levensvormen zijn ontstaan en veranderd

De ontwikkeling van het leven op aarde waarbij soorten ontstaan, veranderen en/of verdwijnen, wordt evolutie genoemd.


Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Darwin 1809 - 1882

Slide 13 - Slide

Lamarck en Darwin
Bovenste rij van links naar rechts: 
Het ontstaan van de lange nek bij de giraffe volgens Lamarck. De giraffe krijgt tijdens zijn leven een langere nek door het strekken van de nek naar hogere blaadjes. 

Onderste rij van links naar rechts: 
Het ontstaan van de lange nek bij de giraffe volgens Darwin. De giraffen met de korte nek gaan dood, zodat er steeds meer giraffen komen met lange nekken.
Lamarck
een andere verklaring (theorie) dan Darwin
Wat denk jij?

Slide 14 - Slide

Evolutietheorie
Evolutietheorie: 18e eeuw, door Charles Darwin.
de uitgangspunten: 
- Een periode van miljoenen jaren
- Variatie in genotypen
- Natuurlijke selectie
- het ontstaan van nieuwe soorten

Slide 15 - Slide

Evolutietheorie:

-variatie in genotypen


-natuurlijke selectie


-ontstaan nieuwe soorten

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Hoe werkt evolutietheorie?
- Variatie van genotype: door geslachtelijke voortplanting
- Natuurlijke selectie: overlevingskans (survival of the fittest), denk aan kleur en gezondheid
- Aanpassingen aan milieu: bv giraffe / lange nek.
- Het ontstaan van nieuwe soorten:
Veel verschillende feno- en genotypen
Rassen van één soort

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Video

ontstaan nieuwe soorten (door isolatie)

Slide 20 - Slide

Nieuwe soorten

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Darwin 1809 - 1882

Slide 23 - Slide

Evolutietheorie
De miljoenen levende soorten organismen op aarde zien er allemaal verschillend uit. 

Biologen vinden dat de organismen op aarde in de loop van miljoenen jaren zijn ontstaan en zijn veranderd.                  boek blz 76 

Evolutie is de ontwikkeling van het leven op aarde.
Tijdens de evolutie ontstaan, veranderen en/of verdwijnen soorten.

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Video

        Fossielen
Fossielen zijn versteende overblijfselen 
van organismen of afdrukken van organismen in gesteente.

Door de fossielen die gevonden zijn, blijkt dat in miljoenen 
jaren (evolutie) soorten zijn ontstaan, veranderd en/of verdwenen zijn.

De fossielen zijn een argument voor de evolutietheorie, 
ze laten zien dat de evolutietheorie waar kan zijn.
Levende fossiel
'Levende fossielen'  zijn dieren die al heel vroeger leefden en nu nog steeds (Bijv. de Naulitus, een zeedier).

Slide 26 - Slide

De evolutietheorie
De evolutietheorie is vanaf de 18e eeuw ontwikkeld door Charles Darwin. 
De theorie is niet te bewijzen. Er zijn wel veel feiten die de theorie ondersteunen. 
De feiten zijn de argumenten voor de evolutietheorie. 




De evolutietheorie gaat uit van:

- variatie in genotypen: 
   Daardoor ontstaan er nieuwe genotypen en vaak ook nieuwe fenotypen
- natuurlijke selectie: Organisme die het meest gezond zijn en bijv. een goede
      schutkleur hebben, hebben de grootste overlevingskans. Dieren die goed zijn aangepast aan het milieu
      hebben meer kans te overleven en krijgen daardoor meer nakomelingen... en die gaan zich ook weer
      voortplanten.     
-  Door de natuurlijke selectie veranderen soorten steeds.
   Er ontstaan nieuwe soorten en er verdwijnen van soorten        
  

Slide 27 - Slide

Lamarck en Darwin
Bovenste rij van links naar rechts: 
Het ontstaan van de lange nek bij de giraffe volgens Lamarck. De giraffe krijgt tijdens zijn leven een langere nek door het strekken van de nek naar hogere blaadjes. 

Onderste rij van links naar rechts: 
Het ontstaan van de lange nek bij de giraffe volgens Darwin. De giraffen met de korte nek gaan dood, zodat er steeds meer giraffen komen met lange nekken.
Lamarck
een andere verklaring (theorie) dan Darwin
Wat denk jij?

Slide 28 - Slide

Hier zie je enkele voorouders van de giraffen. 
De soortgenoten met een langere nek hadden voedsel. Daardoor hadden ze een grotere overlevingskans en daardoor krijgen zij meer nakomelingen. 
Het gunstige genotype 
(lange nek) werd doorgegeven. 

Een verklaring hoe de giraffen aan hun lange nek zouden zijn gekomen.
Evolutietheorie
Darwin

Slide 29 - Slide

Het ontstaan van nieuwe soorten
Een soort heeft meer overlevingskansen als er veel verschillende genotypen en fenotypen voorkomen. Als er bijvoorbeeld verandering van het klimaat is (de milieuomstandigheden veranderen), is de kans dan groot dat een paar organismen van die soort het overleven. Zij zijn het meest aangepast aan het nieuwe klimaat en zullen het overleven en zich voort kunnen planten. De organismen van de oorspronkelijke vorm overleven het niet en sterven uit. De soort is dan veranderd, de nieuwe organismen hebben een nieuwe afwijkende vorm.
De oude vorm en de nieuwe vorm kunnen ook naast elkaar blijven bestaan. 
Als die organismen zich onderling kunnen voortpanten en vruchtbare nakomelingen voortbrengen, behoren ze tot hetzelfde soort.
Er kunnen verschillende vormen van één soort ontstaan.  
een soort
Organismen die samen vruchtbare nakomelingen kunnen voortbrengen
1
een ras
Verschillende vormen van één soort:
Hondenras: herdershond, Deense dog, Chiwawa
2

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Video

Slide 32 - Video

Isolatie
Als verschillende vormen van een soort van elkaar gescheiden raken noem je dat isolatie. Dit kan bijvoorbeeld komen door een rivier, een zee, ijs, bergen of een woestijn. 

De vormen zullen dan steeds meer van elkaar gaan verschillen omdat ze zich gedurende lange tijd aanpassen aan de omgeving.

Zo ontstaan er twee verschillende soorten. Deze kunnen geen vruchtbare nakomelingen voortbrengen. (Zie filmpje over beren)

Slide 33 - Slide

Isolatie
A
groepen organismen van dezelfde soort leven samen
B
groepen organismen van verschillende soorten leven samen
C
groepen organismen van dezelfde soort trekken naar elkaar toe
D
groepen organismen van dezelfde soort raken van elkaar gescheiden

Slide 34 - Quiz

Soortvorming

Leg uit 

hoe er 2 soorten ontstaan
en
wat daarvan de gevolgen zijn

Slide 35 - Slide

                                              De evolutietheorie gaat uit van:

1. variatie in        .................. 

2.      ......................             selectie

3. het       .....................           van nieuwe soorten en    ..........................       van soorten
Bij evolutie speelt ook  de     ..................................   in het genotype bij een soort een rol.
                        In elk soort komen in het genotype  ................................     verschillen voor. 

Soms is zo'n verschil handig om te ................................ 

ontstaan

natuurlijke

overleven

verandering

verdwijnen

genotype

toevallige

Slide 36 - Drag question

Doel: Evolutietheorie
Je kunt de evolutietheorie beschrijven.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Maken Thema 1:

Huiswerk 23 mei
30 mei: Presentatie geven
Maken § 5.4: 1-4 
+
Nakijken
+
Leren 5.1 + 5.2 + 5.3 + 5.4 + 5.5
BK
KGT
5 juni: Toets thema 5

Slide 39 - Slide

Nabespreking
Hoe is het gegaan?
Wat ging goed?
Wat vond je moeilijk?
Welke vragen heb je nog?

Slide 40 - Slide