H6.3 warmtetransport

6.3 Warmtetransport
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

6.3 Warmtetransport

Slide 1 - Slide

warmtetransport
Warmte gaat altijd van een warm gebied naar een koud gebied.
Dat kan op 3 manieren:
stroming
straling
geleiding

Slide 2 - Slide

Wat is geleiding?
Geleiding is wanneer warmte zich door een materiaal verplaatst.
Een voorbeeld hiervan is een radiator die nadat de binnenkant warm wordt, ook van buiten warm wordt.

Slide 3 - Slide

Wat is geleiding?
Bij geleiding geldt:

Het materiaal staat stil.

De warmte beweegt door het materiaal.

Slide 4 - Slide

Wat is een geleider?
Een geleider is een stof waar warmte (en elektriciteit) makkelijk doorheen gevoerd wordt. Een voorbeeld hiervan zijn alle metalen.

Slide 5 - Slide

Hoe ga je geleiding tegen?
Geleiding kun je, bijvoorbeeld in de muren van je huis, tegengaan door een slechte geleider tussen de binnen- en buitenmuur te stoppen. Dit noemen we isolatiemateriaal. 

Slide 6 - Slide

Een stof die warmte makkelijk vervoert noem je een ......
A
metaal
B
isolator
C
geleider
D
ijzer

Slide 7 - Quiz

Welke van deze stoffen is een geleider?
A
koper
B
papier
C
hout
D
lucht

Slide 8 - Quiz

Welke van deze stoffen is een slechte geleider?
A
aluminium
B
koper
C
ijzer
D
lucht

Slide 9 - Quiz

Waarmee zorgen we dat er minder warmte ontsnapt uit ons huis?
A
een trui aantrekken
B
dikkere muren
C
isolatiemateriaal tussen de muren
D
lucht tussen de muren

Slide 10 - Quiz

Opdrachten maken!

Slide 11 - Slide

Stroming
  • warme lucht en warm water hebben een kleinere dichtheid dan koude  
       lucht of koud water.
      (warm: de moleculen bewegen sneller en hebben meer ruimte nodig.) 

  • Warmte lucht en warm water stijgt op
  • Koude lucht of koud water zakt naar beneden.
  • Hoe groter het verschil in temperatuur hoe sneller de stroming.

Slide 12 - Slide

Stroming
Warmte stroomt met een vloeistof of gas mee.

Slide 13 - Slide

Wat is isoleren?
A
Zorgen dat geleding, stroming en straling beter gaat.
B
Zorgen dat geleiding en stroming beter gaat.
C
Zorgen dat stroming en straling wordt tegengegaan.
D
Zorgen dat stroming, geleiding en straling wordt tegengegaan.

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Straling 
Als je bij een kachel staat voel je de warmte. Als je in de zomer buiten in de zon loopt voel je haar branden. 

Dit is de infrarode straling, de warmte straling. 

je voelt alleen daar de straling waar het rechtstreeks naar toe gaat, 
bijvoorbeeld in de zon: als die in je gezicht schijnt voel je het daar, maar je rug is koud

Slide 16 - Slide

Straling
alle voorwerpen stralen warmte uit
bij hogere temperatuur voorwerp: meer warmtestraling

Straling heeft geen tussenstof nodig
de warmte-energie van de zon komt door de ruimte naar de aarde

Slide 17 - Slide

Welke manieren van warmtetransport zijn er?
A
Straling, stroming, isolatie
B
Stroming, straling, vermogen
C
Straling, stroming, geleiding
D
Isolatie, geleiding, stroming

Slide 18 - Quiz

Welke vormen van warmtetransport komen wij tegen bij een radiator?
A
Geleiding en straling
B
Geleiding en stroming
C
Stroming en straling
D
Geleiding, straling en stroming

Slide 19 - Quiz

Welke vorm van warmtetransport gebruikt de zon om de aarde te verwarmen?
A
geleiding
B
stroming
C
straling

Slide 20 - Quiz

Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming

Straling

Slide 21 - Drag question

Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming

Straling

Slide 22 - Drag question

Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming

Straling

Slide 23 - Drag question

Welk soort warmtetransport vindt er plaats?
Stroming
Straling
Geleiding

Slide 24 - Drag question

Plaats de afbeeldingen bij het juiste warmtetransport.
Geleiding
Stroming

Straling

Slide 25 - Drag question

In het glas is er warmtetransport door
A
Geleiding
B
Stroming
C
Straling
D
Geen

Slide 26 - Quiz

In het water is er warmtetransport door
A
Geleiding
B
Stroming
C
Straling
D
Geen

Slide 27 - Quiz

Welke vorm van warmtetransport zie je hier?
A
straling
B
stroming
C
geleiding
D
alle 3

Slide 28 - Quiz