lezen- woorduitgangen /signaalwoorden

• Duits
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 5

Programm

Theorie en oefening voor aanstaande leestoets (woorduitgangen, signaalwoorden, beantwoording van open vragen)

woorduitgangen

Mit 180 kmh durch die Stadt fahren ist eine gesetzwidrige Handlung.

-widrig

1. overeenkomstig
2. in strijd met
3. passend bij
4. in staat zijn tot

Der Minister ist absolut inkompetent!

in-

1. on
2. niet
3. in strijd met
4. volgens

Nach dem Unfall fahren die Züge wieder plangemäß.

-gemäß

1. op een bepaalde manier
2. recht doen aan
3. niet
4. overeenkomstig/volgens

Der Verletzte liegt im Krankenhaus und ist vernehmungsunfähig.

-fähig

1. in staat zijn tot
2. in strijd met
3. niet
4. op een bepaalde manier

Die Arbeiter arbeiten gruppenweise.

-weise

1. volgens
2. passend bij
3. op een bepaalde manier
4. in staat zijn tot

woorduitgangen

• -fähig
• -gerecht
• -weise
• -widrig
• -gemäß
• in-*
  

Signaalwoorden

Koppel de woorden aan elkaar.

Sleep het blauwe vak naar het bijpassende rode vak.

also

außerdem

darum

denn

obwohl

trotzdem

weil

statt

wenn

nämlich

namelijk

indien/als

hoewel

desondanks

in plaats van

dus

want

bovendien

daarom

omdat

Signaalwoorden

• Helpen je de structuur beter te begrijpen.
• Komen ook vaak terug in vragen.
• Leer ze uit je hoofd --> zie uitgedeeld blad.
  

Open vragen: citeren

"Citeer het woord." --> letterlijk uit de tekst overnemen en dus niet naar het Nederlands vertalen.

Waar moet je op letten in de beantwoording van een open vraag?

Open vragen: antwoord zelf formuleren

• bepaal de plaats van het antwoord
• markeren van de plaats
• eventueel onbekende woorden opzoeken
• Zorg dat je het stukje tekst helemaal begrijpt
  
  
• Geef het antwoord in je eigen bewoording
  
• Check of jouw antwoord de vraag goed beantwoordt
• Schrijf een goedlopende Nederlandse zin
• Vermijd halve zinnen
• Gebruik gaan vage verwijswoorden zoals 'ze', 'hun' of 'het'. Schrijf in plaats daarvan om wie of wat het gaat. Bijvoorbeeld: 'de tegenstanders', 'de gewonden', 'zijn zus'
  

Maak de vraag met de zojuist besproken theorie in het achterhoofd.

Gebruik een woordenboek.

5 minuten tijd.

• Geef het antwoord in je eigen bewoording
• Check of jouw antwoord de vraag goed beantwoordt
• Schrijf een goedlopende Nederlandse zin
• Vermijd halve zinnen
• Gebruik gaan vage verwijswoorden zoals 'ze', 'hun' of 'het'. Schrijf in plaats daarvan om wie of wat het gaat. Bijvoorbeeld: 'de tegenstanders', 'de gewonden', 'zijn zus'

Tattoo auf Probe

X Een enige lasertherapie reikt uit om de minikapsules te vernietigen en de kleur volledig uit te zwemmen.

X Beter te verwijderen.

X Het is beter te verwijderen.

 
X Ze zijn beter te verwijderen.

De tatoeages  (met deze speciale inkt) kunnen makkelijker/ beter/sneller verwijderd worden (dan de oude/gebruikelijke tatoeages).

Bestudeer theorie en gemaakte opdrachten nog eens in je voorbereiding op de toets.

Luistervaardigheid

Planet Schule Frage trifft Antwort

Kijken en beantwoord volgende vragen -->
(in sommige gevallen is niet elke vraag te beantwoorden)

3 minuten tijd om minstens 2 filmpjes uit te zoeken. Kies wat jouw interesse heeft.