1.2 wisselwerking tussen de geofactoren

Hoofdstuk 1

1.2 Wisselwerking tussen de geofactoren
6 vwo
1 / 43
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Hoofdstuk 1

1.2 Wisselwerking tussen de geofactoren
6 vwo

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Deze les 
  • Terugblik vorige les
  • Theorie 1.2 - incl verwerkingsopdrachten
  • Aan de slag 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Opdracht: het landschap als dynamisch systeem

  • Wat?  Maken stencil startopdracht 
timer
7:00

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Bespreken startopdracht

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

1
Verwering
Het materiaal waar de grond uit bestaat verweert (valt uiteen) door de inwerking van water, CO2 en bacteriën. Daardoor komen voedingsstoffen vrij.
2
Mineralisatie
Wanneer organisch materiaal geheel wordt afgebroken, ontstaan CO2 en voedingsstoffen zoals stikstof, calcium en kalium. 
3
Afsterven organisch materiaal
Boven en planten laten hun bladeren vallen.
4
Fotosyntese
Nieuw organisch materiaal wordt geproduceerd met behulp van zonlicht, water en voedingsstoffen.
5
Humusvorming
Wanneer organisch materiaal maar gedeeltelijk wordt afgebroken, ontstaat humus, die de bodem een zwarte kleur geeft. Humus houdt voedingsstoffen goed vast en bindt water aan zich. 
Zwarte grond Chernozem) = vruchtbaar
6
Uitspoeling
Infiltrerend regenwater neemt voedingsstoffen en bodemmateriaal mee waarna het dieper in de grond weer inspoelt. 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

mens
klimaat
ondergrond
lucht
planten
bodem
dieren
water

Slide 6 - Drag question

This item has no instructions

Sleep  de geofactoren in volgorde van belangrijkheid
Belangrijkste boven
Bodem
Klimaat
Flora 
Water

Slide 7 - Drag question

This item has no instructions

Theorie §1.2


Wisselwerking tussen de geofactoren

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Leerdoelen 1.2
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Ontstaan landschapszones
Verschillen in klimaat leiden tot verschillen in wisselwerking tussen de geofactoren en daarmee tot verschillende landschapszones.

Verschillen binnen de landschapszones ontstaan door reliëf. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Nummer 1 - 6 onder elkaar in je schrift.
Geef van de volgende dia's :
1. De juiste naam van de landschapszone

2. Waar op aarde je deze landschapszone vindt

3. Welk klimaat past bij deze landschapszone?

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

1

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

2

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

3

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

4

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

5

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

6

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Antwoorden
1.Boreale zone - Landklimaat (Df)
2. Polaire zone - Toendraklimaat (ET)
3. Gematigde zone - Gematigd Zeeklimaat (Cf)
4. Subtropischezone - Mediterraan klimaat (Cs)
5. Aride zone - Steppeklimaat (BS)
6. Tropische zone - Tropisch Regenwoudklimaat (Af)

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 1.2
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Bossen
  • Voldoende water (nuttige neerslag)
  • Zomertemperatuur niet te laag
  • Groeiseizoen niet te kort
verschillende klimaten -> verschillende bossen -> verschillende bodems

In welke landschapszones ontbreekt bos en waarom?

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten bodems
  • Tropisch regenwoud: rode bodems -> chemische verwering, geen humusvorming
  • Loofwoud: humus 
  • Naaldwoud: organisch afval, veel uitspoeling -> witgrijze bodem 


Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten bodems
  • Aride zone: neerslagtekort -> geen humusvorming, geen uitspoeling (alleen verdamping)
  • Gematigde breedte: nuttige neerslag 0, grassteppe -> geen uitspoeling, humusvorming
  • Polaire zone: kort groeiseizoen, lage temperatuur, veen -> geen uitspoeling (permafrost), geen humusvorming.

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Aride zone                          Gematigde zone      Polaire zone

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

De mens
Doorbreekt het natuurlijke systeem

d.m.v. landbouw

1. natuurlijke kringlopen worden doorbroken
2. van biodiversiteit naar monocultuur

Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Oefenen > pak een atlas

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Pak een Grote Bosatlas. Ga op zoek naar een kaart die het meest lijkt op de achterliggende kaart.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Beantwoord de volgende vragen:
1. Bossen komen in verschillende landschapszones voor. In welke zones ontbreekt bos en wat is de oorzaak daarvan?
2. In gematigde zones met loofbossen als oorspronkelijke plantengroei zijn er plekken waar bos ontbreekt. Welke geofactor is hier verantwoordelijk voor?

  


timer
1:00

Slide 38 - Slide

1. In de polaire zone is het te koud en is het groeiseizoen te kort.
In de aride zone is valt weinig neerslag en is de verdamping hoog.

2. Reliëf

3. 

Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Factoren die vruchtbaarheid bepalen:
  1. Klimatologische omstandigheden:                                                         - temperatuur                                                                                                   - neerslag
  2. Vruchtbaarheid:                                                                                                 - chemische vruchtbaarheid: voedingstoffen                                 - fysische vruchtbaarheid: korrelgrootte bepaalt verdeling water en lucht

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Slide 41 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen 1.2
  1. Je weet welke landschapszones er zijn, hoe ze van elkaar verschillen en wat de beperkingen voor de landbouw zijn.
  2. Je weet op welke manieren de mens het landschap als dynamisch systeem beïnvloedt.
  3. Je begrijpt hoe geofactoren in elke landschapszone elkaar beïnvloeden en hoe dit te zien is aan de bodemsamenstelling/bodemsoort.
  4. Je begrijpt dat landschapszones geleidelijk in elkaar overgaan.
  5. Je kunt met behulp van kaarten een relatie leggen tussen de landschapszones en de klimaatgebieden.



Slide 42 - Slide

This item has no instructions

Aan het werk!
Maken persoonlijke leerroute.

Slide 43 - Slide

This item has no instructions