Weken, Maanden, Dagen, Jaren

Hoe zat het ook alweer?
1 jaar = 365 dagen
1 jaar = 52 weken
1 jaar = 12 maanden
1 jaar = 4 kwartalen
1 kwartaal = 13 weken
1 kwartaal = 3 maanden

1 / 17
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Hoe zat het ook alweer?
1 jaar = 365 dagen
1 jaar = 52 weken
1 jaar = 12 maanden
1 jaar = 4 kwartalen
1 kwartaal = 13 weken
1 kwartaal = 3 maanden

Slide 1 - Slide

Hoe zat het ook al weer
dagen, weken, maanden, kwartalen
omrekenen
A
365 dagen in t jaar
B
52 weken in t jaar
C
12 maanden in t jaar
D
4 kwartalen in t jaar

Slide 2 - Quiz

Een maand heeft ....
A
3,5 weken
B
géén 4 weken
C
4,5 week
D
5 weken

Slide 3 - Quiz

Hoe reken je om van week naar maand?
A
x 52 ÷ 12
B
x 12 ÷ 52
C
x 4

Slide 4 - Quiz

Wanneer je van maanden naar weken wilt rekenen moet je ....
A
eerst :12, daarna x52
B
eerst x12, daarna :52
C
eerst :52, daarna x 12
D
eerst x52, daarna :12

Slide 5 - Quiz

Peter verdient EUR 9, 50 per uur. Hij werkt 36 uur per week. Wat is zijn maandsalaris?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

 Doorlopend krediet
  • Maximaal afgesproken bedrag: kredietlimiet.
  • Je hoeft niet alles te lenen.
  • Je betaalt alleen rente over het gedeelte wat je hebt geleend.
  • betaal je een termijn die hoort bij de kredietlimiet
  • Lening afbetalen/aflossen in termijnen.

Slide 8 - Slide

Persoonlijke lening

  • leen je in één keer afgesproken bedrag
  • vaste looptijd
  • vast termijnbedrag per maand


DOORLOPEN KREDIET

  • Maximaal afgesproken bedrag: kredietlimiet.
  • Je hoeft niet alles te lenen.
  • Je betaalt alleen rente over het gedeelte wat je hebt geleend.
  • betaal je een termijn die hoort bij de kredietlimiet
  • Lening afbetalen/aflossen in termijnen.

Slide 9 - Slide

Koop op afbetaling twee afspraken
  • Eerste afspraak ( koop op afbetaling)
    - betaalt aankoop bij winkel in termijnen.
    - je wordt eigenaar van product op moment van levering.

  • Huurkoop:
    - betaalt aankoop bij winkel in termijnen
    - winkelier blijft eigenaar tot betaling van laatste termijn.

Slide 10 - Slide

Huurkoop
Een koop op afbetaling waarbij de koper pas eigenaar wordt als de lening helemaal is afgelost. 

Waarom ?
  • Een extra voorwaarde bij koop op afbetaling 
  • bedrijven houden niet van wanbetalers 
  • De verkoper kan het product terugvorderen als er niet op tijd wordt betaalt

Slide 11 - Slide

Leasing is een vorm van huur
Leasing:
Je wordt GEEN eigenaar, alleen gebruiker
Verkoper vraagt vergoeding voor gebruik

Verhuurder vraagt vergoeding omdat
* geld geïnvesteerd heeft in verhuurde product
* onkosten zoals reparatie
* waardevermindering van product

Slide 12 - Slide

Wanneer ben je eigenaar bij leasing?
A
Bij levering
B
Als alle termijnen zijn betaald
C
Nooit
D
Als het contract afloopt

Slide 13 - Quiz

Wat is een voorbeeld van kopen op krediet?
A
Een auto aanschaffen op afbetaling
B
Een hotel boeken via Ideal of Paypal
C
Een trui kopen met een waardebon

Slide 14 - Quiz

Bij wie leen je als je op afbetaling koopt?
A
Bij de winkel waar je het product gekocht hebt.
B
Bij het BKR waar geregistreerd staat dat je op krediet gekocht hebt.
C
Bij de geldverstrekker aan wie de winkel je gegevens heeft gegeven.

Slide 15 - Quiz

Stel, je koopt een tv op afbetaling. De tv kost €2000 en de rente is 16%. Je betaalt maandelijks €100. Hoe lang duurt het voordat je de flatscreen volledig hebt afbetaald?
A
24 maanden
B
28 maanden
C
29 maanden

Slide 16 - Quiz

Stel, je koopt een smarphone op krediet. De smartphone kost €700 in één keer of twaalf maandelijkse termijnen €70. Hoeveel betaal je in totaal extra aan rente als je kiest voor kopen op krediet?
A
€135
B
€130
C
€140

Slide 17 - Quiz