M3 Licht Les 4

Licht
Lesplanning:
- Opening
- Doel
- Uitleg
- Opdracht portal
- Werktijd methode
- Opruimen en afsluiten
Lezing 4
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Licht
Lesplanning:
- Opening
- Doel
- Uitleg
- Opdracht portal
- Werktijd methode
- Opruimen en afsluiten
Lezing 4

Slide 1 - Slide

Voorwerpen kaatsten alleen     ……..1…………     van hun kleur terug.
Een groen blad kaatst de       …..2………….    kleur terug.’
Je ziet dat het blad      …..3……….          is
Het blad neemt alle andere      …….4……………    op.
Dat heet ..…5………………..
Vul in de onderstaande tekst de ontbrekende woorden in door de gele woorden er naar toe te slepen
groen
absorberen
kleuren
groene
licht (stralen)
rood
weerkaatsen
rode
vormen
verkeerde

Slide 2 - Drag question

Geef aan of de stelling juist of onjuist is
Juist
onjuist
Een spiegel weerkaatst het licht in één richting
licht dat rechtstreeks van een lichtbron komt is direct licht
een gekleurd voorwerp absorbeert alleen het licht met de kleur van het voorwerp
een wit voorwerp weerkaatst alle kleuren licht
de laatste lichtstraal langs een voorwerp noem je de randstraal
een lichstraal heeft zijn pijltje altijd aan het einde van de lijn

Slide 3 - Drag question

Hoe groot is de hoek van inval?

Slide 4 - Open question

Je staat met verschillend gekleurde t-shirts in zuiver Rood licht. Ga na of het gekleurde shirt het rode licht absorbeert of terugkaatst. Sleep de gekleurde t-shirts naar het juiste vak.
ABSORBEREN
TERUGKAATSEN
WIT
t-shirt
GROEN
t-shirt
ROOD
t-shirt
ZWART
t-shirt

Slide 5 - Drag question

In de rechthoekjes in de figuren hieronder zit een holle of een bolle lens. Sleep de figuren naar het juiste vak.
Holle Lens
Bolle Lens

Slide 6 - Drag question


A
De bolle lenzen zijn 1, 2 en 4
B
De bolle lenzen zijn 3, 5 en 6
C
De bolle lenzen zijn 1 en 4
D
De bolle lenzen zijn 2, 3, 5 en 6

Slide 7 - Quiz

uitspraken:

1) lens 1 heeft een divergerende werking

2) lens 2 is een positieve lens
A
beide uitspraken zijn juist
B
beide uitspraken zijn onjuist
C
alleen uitspraak 1 is juist
D
alleen uitspraak 2 is juist

Slide 8 - Quiz

Doel van de les
Aan het einde van de les weet je hoe lenzen in een oog en bril werken

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

lens
hoornvlies
pupil
iris
harde oogvlies

Slide 12 - Drag question

ls je dichtbij niet goed kunt zien ben je
A
Bijziend
B
Verziend

Slide 13 - Quiz

Als de oogbol te groot is ben je

Daarbij worden lichtstralen                                    gebogen

Met een                                   worden lichtstralen goed gebogen 
Bijziend
Verziend
Te zwak
Te sterk
Holle (-) lens
Bolle (+) lens

Slide 14 - Drag question

Wat ga je nu nog doen?
- Eerst even 5 minuten pauze: kies een leuke timer: https://www.online-stopwatch.com/race-timers/ 
Fase 1: Ga aan de slag met met paragraaf 4. Laat hem aftekenen en kijk hem goed na. 

Fase 2: Ga aan de slag met de werkopdrachten

Fase 3: Alles af én afgetekend? Dan mag je voor jezelf wat doen of anderen helpen.

Slide 15 - Slide