This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 135 min
Items in this lesson
Anatomie, Fysiologie en Pathologie
week 2
Periode 2.1
Slide 1 - Slide
This item has no instructions
Lesdoelen
Aan het eind van de les kun je de verschillende structuren van het oog en hun werking benoemen
Kun je uitleggen wat er bedoeld wordt met het accommoderen van het oog
Kun je uitleggen wat het verschil is tussen bijziend en verziend
Slide 2 - Slide
This item has no instructions
Functie van het oog
Zintuig: vangt lichtprikkels op en stuurt deze via oogzenuw (nervus opticus) naar hersenen
Sensibele visuele schors (achterhoofd)
Kwetsbaar:
- Oogkassen, oogleden en wimper
Slide 3 - Slide
Het oog bevindt zich in de oogkas en is circa 2.3 cm in doorsnee. Doordat het oog uit relatief zachte materialen bestaat, is het kwetsbaar voor beschadigingen. De oogkas heeft dan ook vooral een beschermende functie. In de oogkas zitten gaten en spleten om alle zenuwen en bloedvaten door te laten.
Ook de oogleden en de wimpers beschermen het oog.
- oogleden: tegen stof en licht, afsluiting tijdens slaap
- Wimpers: beschermen tegen kleine stofjes, tastgevoelig, sluiten in reflex bij aanraking, talg om uitdroging te voorkomen
Het hoornvlies is doorzichtig en zorgt ervoor dat het licht doorgelaten wordt en dat de lichtstralen van richting veranderen doordat zij op het hoornvlies breken
- veel pijnzintuigen
Drie lagen van het oog
2. Druifvlies (uvea)
- Vaatvlies
- Regenboogvlies (iris)
- Pupil
- Straallichaam
Slide 10 - Slide
Vaatvlies zorgt voor bloedtoevoer
Regenboogvlies (iris): gekleurde deel van het oog, verkleint en vergroot pupil
- veel pigmentcellen: donkere ogen
- veel licht: kleine pupil
straallichaam is de plek waar de spieren van de lens verbonden zijn aan de buitenkant van het oog
- maakt kamervocht aan
Drie lagen van het oog
3. Netvlies (retina)
Slide 11 - Slide
Receptoren om het licht op te vangen
- prikkel wordt een elektrische impuls die via de oogzenuw naar de hersenen gaat
Staafjes en kegeltjes
Slide 12 - Slide
Staafjes: beweging en zwart-wit -> minder scherpe waarneming (denk maar aan kijken in het donker)
Kegeltjes: kleuren en details -> zeer scherpe waarneming
Drie lagen van het oog
3. Netvlies (retina)
Gele vlek (macula)
Blinde vlek (papil)
Slide 13 - Slide
Gele vlek: veel kegels -> kun je het scherpst mee zien (ligt recht achter de pupil)
Blinde vlek: netvlies gaat over in de oogzenuw -> geen staafjes/kegeltjes en kan dus niks zien
Overige anatomie
Lens
Glasachtig lichaam
Voorste oogkamer
Achterste oogkamer
Slide 14 - Slide
Lens: zorgt voor breking van het licht en is noodzakelijk om beelden scherp op het netvlies te krijgen
- werking van lens heet accommoderen
Glasachtig lichaam: gelei -> geeft het oog vorm en zorgt ervoor het het netvlies tegen het vaatvlies aan blijft zitten