Di 27-09-22 K1 L3

1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

BR2G
Dienstag, 27. September 2022

Slide 2 - Slide

die Planung
  • Weektaak controle
  • Donderdag SO
  • Aufgabe 3 zusammen
  • Aufgaben (opdrachten)

Slide 3 - Slide

Weektaak controle
ff
Kapitel 1 Lektion 2: Aufgabe 1, 7, 10, 11, 14

Niet af --> boek?

Slide 4 - Slide

SO

Lernbox: Seite 48 - 49
  • Lektion 1 t/m 3 leren zoals het er staat
  • Redemittel (zinnen) (nl-du/du-nl) 
Grammatik
  • Seite 11 Grammatik A 
  • Seite 12 Grammatik B
  • werkwoordenlijst periode 1

donderdag

Slide 5 - Slide

1.3 Aufgabe 3
Seite 25 im Buch

Slide 6 - Slide

 Aufgaben machen
opdrachten maken
  • Was (wat)? 
Kapitel 1 Lektion 3: Aufgabe 1 t/m 6 + 8

  • Wie (hoe)? Online of boek
  • Hilfe (hulp)? Buren, docent
  • Zeit (tijd)? 9:50
  • Fertig (klaar)? leren voor so





An die Arbeit!

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord
ik
jij
hij/zij/het

wij
jullie
zij/u
ich
du
er/sie/es

wir
ihr
sie/Sie
ev: enkelvoud
ik, jij, hij/zij/het
mv: meervoud
wij, jullie, zij/u
Persoonlijk voornaamwoord

Slide 9 - Slide

Persoonlijk voornaamwoord
Persoonlijk voornaamwoord
der Mann reist viel. --> de man reist veel.

man reist viel --> men reist veel.

Slide 10 - Slide

ich
du
er/sie/es

wir
ihr
sie/Sie
ik
jij
hij/zij/het

wij
jullie
zij/u
wohne
wohnst
wohnt

wohnen
wohnt
wohnen
reise
reist
reist

reisen
reist
reisen
heiße
heißt
heißt

heißen
heißt
heißen
wohnen   reisen     heißen
1. stam? werkwoord -en
2. plaats uitgang die hoort bij het pers vnw
BV.: wohnen - wohn - du wohnst
ezelsbruggetje:
(fe)esttenten

Slide 11 - Slide