5.3 - A - De sociale kwestie


5.3 - De sociale
kwestie
1 / 16
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson


5.3 - De sociale
kwestie

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de leef- en werkomstandigheden van arbeiders meer aandacht kregen. 

Slide 2 - Slide

Planning
  • Werken in de fabriek
  • De sociale kwestie
  • Zelfstandig werken
  • Afsluiting

Slide 3 - Slide


Werken in de fabriek (1)
  • Protesteren tegen kinderarbeid, ziek zijn of demonstreren was riskant, je werd direct ontslagen.
  • Er gebeurden veel ongelukken, ledematen die bekneld werden en moesten worden afgezet. Fabriekseigenaren voelden zich niet verantwoordelijk Het werk was gevaarlijk. 
  • De lucht van de fabriekshallen was vervuild en het geluid was oorverdovend. 
  • Arbeiders moesten lange werkdagen maken. 

Slide 4 - Slide

Werken in de fabriek (2) 
  •  Zesjarige kinderen maakten werkdagen van 12 uur.  

  • Mannen speelden niet langer een belangrijke rol in de opvoeding. 

  • Weinig voedsel: kool, roggebrood. Vlees was een luxeproduct.

  • Arbeiders werden in allerlei opzichten volledig uitgebuit. 

Slide 5 - Slide


Aantekeningen

  • Arbeidsomstandigheden in de fabrieken waren slecht, zoals een vervuilde lucht en veel lawaai. Daarnaast was er veel kinderarbeid.
  • Bij protest of een ongeval werd je ontslagen, je had dan geen inkomen meer. Werkgevers voelden zich niet verantwoordelijk. 

Slide 6 - Slide


Wonen bij de fabriek

  • Arbeiders woonden dicht bij de fabriek (zo was hun reistijd korter). Hierdoor ontstond urbanisatie.
  • Afval werd niet opgehaald, daardoor braken er allemaal ziektes uit. 
  • Mensen waren ongelukkig in de fabrieken, drankmisbruik en huiselijk geweld. 
  • Uitwerpselen bleven rotten op straat, er was geen schoon drinkwater. 

Slide 7 - Slide

Waterput waarmee water voor een hele wijk uit het grondwater wordt gehaald.
Grondwater werd vaak gebruikt als drinkwater.
Door een kapotte riolering kunnen uitwerpselen bij het drinkwater komen.
Uitwerpselen die besmet zijn (bijvoorbeeld met cholera) komen in het grondwater terecht.
Arbeiderswijk

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Let op: De weekinkomsten van een mannelijke arbeider
was ongeveer 900 cent (9 gulden)

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat is de Sociale Kwestie? 
  • Een kwestie is een probleem.

  • De slechte woon- en werkomstandigheden van de arbeiders zijn duidelijk zichtbaar. Vooral in de steden. 

  • De overheid zou wat moeten veranderen aan de leef- en woonomstandigheden moeten van arbeiders. Je noemt dit de sociale kwestie

Slide 12 - Slide


Aantekeningen

  • Ook de woonomstandigheden waren erg slecht. Mensen leefden in kleine ruimtes met een heel gezin. Door de uitzichtloosheid van de situatie was er vaak sprake van drankmisbruik en huiselijk geweld. 
  • De overheid zou wat moeten veranderden aan de werk- en leefomstandigheden van de burgers. Je noemt dit de sociale kwestie.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Zelfstandig werken
  • We gaan gezamenlijk de tekst lezen van paragraf 5.3.  

  • Ga aan de slag met de huiswerkopdrachten: 1, 3, 4, 5, 6 en 7.

  • Ben je klaar? Ga dan verder met de herhalings- en verdiepingsopdrachten van paragraaf 5.3.

Slide 15 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe en wanneer Nederland een industriële samenleving werd. 

  • Je kunt uitleggen wat het socialisme is en waarom er twee groepen socialisten waren.  

Slide 16 - Slide