Stage

Kennismaken op stage
Kennismaken op stage

15 minuten
1 / 15
next
Slide 1: Slide
StageMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Kennismaken op stage
Kennismaken op stage

15 minuten

Slide 1 - Slide

 Wat is stage lopen?
Stage lopen is leren en werken.

Stage lopen is anders dan school. 






Slide 2 - Slide

Stage zaken
stagecontract
stagedagen
vakanties
ziek

Slide 3 - Slide

Stage contract
Ondertekenen van stagecontract
Via de mail
Je kunt het contract digitaal ondertekenen of printen en dan ondertekenen

Slide 4 - Slide

Met afspraken op stage
- BPV/stageovereenkomst: afspraken over stage. Dit zijn, net als bij een contract, afspraken waar jij en je stageplek zich aan houden bijvoorbeeld, hoeveel dagen, werktijden en de stage duur.
- CAO: algemeen geldende voorwaarden die gelden voor jouw beroepsgroep. Hier zijn zaken als vakantiedagen en minimumloon in vastgelegd (BBL-ers)

Slide 5 - Slide

stage-uren 
Stage-uren (400 2 dgn/ 600 3 dgn) moet je registreren in je stageboekje 
Dit doe je wekelijks 
Jouw stage opleider, jouw docent en jij moeten deze uren ondertekenen

Slide 6 - Slide

Stage opdrachten
Tijdens je stage ga je stageopdrachten maken, ze staan in je stageboek. Deze opdrachten sluiten aan op verschillende werkprocessen.
Je wordt na iedere opdracht beoordeeld.   




Slide 7 - Slide

Stage-beoordelingen

Tussentijdse beoordeling en eindbeoordeling
Als assistent in een arbeidsorganisatie kun je professioneel handelen en heb je een uitstekende beroepshouding

Slide 8 - Slide

Afronden stage
Voldoende stage-uren gemaakt
(eind) beoordeling met een voldoende afgesloten
Proeve van bekwaamheid afgelegd (mag alleen bij een voldoende eindbeoordeling)

Slide 9 - Slide

Examendocument
Je stageboek is een examendocument
Hard bewijs dat je je uren en opdrachten hebt gemaakt


Slide 10 - Slide

Hoeveel uur gaan jullie stage (2 dgn) lopen in totaal, leerjaar 1?
A
550
B
300
C
315
D
400

Slide 11 - Quiz

Hoe vaak krijg je een BPV beoordeling?
A
minimaal 4
B
minimaal 2
C
minimaal 1
D
minimaal 3

Slide 12 - Quiz

Loop je stage tijdens de vakanties
A
nee
B
ja, twee dagen
C
ja, een dag
D
alleen niet in de zomervakantie

Slide 13 - Quiz

Wat doe je wanneer je ziek bent?

Slide 14 - Open question

Weet je wanneer je stage voldoende is afgerond?

Slide 15 - Mind map