This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
centralisatie en staatsvorming
handboek voor den modernen vorst
tegen het ouden Feodale stelsel
tijd van steden en staten
Slide 1 - Slide
Waarom een handboek?
omdat het feodalisme of het leenstelsel hopeloos ouderwets is; het heeft het land verknipt tot een kluwen persoonlijke relaties van leenmannen en heren
Nu is de tijd rijp om met het geld van de handel de macht te reorganiseren.
Slide 2 - Slide
maatregelen
Hoofdstad
hoofdstad: je gaat niet meer rondreizen. Laat de adel maar naar je toe komen in je paleis. Je kunt dit doen omdat er sinds ongeveer 1000 een landbouwoverschot is, waarmee je hofhouding kan worden voorzien.
Eenheid
Streef naar EENHEID in het koninkrijk, of zelfs een nationale identiteit.
Wanneer je onderdanen het gevoel hebben tot jouw koninkrijk te behoren, zullen ze eerder loyaal blijven.
Leger
staand leger: Je organiseert een groot leger dat altijd paraat is. Daarvoor heb je veel geld nodig. Met dat leger kun je ontrouwe vazallen (leenmannen) of dwarse steden tot de orde roepen.
Belasting
Belasting: je gaat centrale belastingen heffen: Alle steden en edele leenmannen moeten dit betalen. overal dezelfde belastingen.
Slide 3 - Slide
de Hertog Willem van Normandië verovert Engeland en laat het landbezit in zijn nieuwe land opschrijven in het Domesday Book.
Willem van Normandië beleent zijn dappere krijgers uit de slag bij Hastings met Engels land.
Feodalisme
Centralisatie
Slide 4 - Drag question
pak de adel aan!
Parlement of staten generaal
Laat je vazallen bijeenkomen in een adviesraad of parlement. Zo bind je ze aan je hof en zijn ze meer onder je controle
Ambtenaren
vervang edellieden voor geschoolde ambtenaren (bij voorkeur uit de steden, de burgerij of de kerk)
investituur
Beleen bisschoppen met land, of beter, benoem nieuwe bisschoppen en beleen ze met je land
huwelijkspolitiek
trouw de juiste partner uit een adelijk huis met veel bezit en hoop dat d'r vader snel overlijdt of huwelijk je kind uit aan een enigst kind van een hoge edelman of vrouw.
Slide 5 - Slide
tegenslagen :(
samenwerking van de standen
samenwerking van adel en steden kan leiden tot een terugval. Dan wordt de vorst soms onderworpen aan nieuwe privileges die hij per oorkonde moet zegelen. een voorbeeld is de Magna Carta van 1215 waarin Jan zonder Land vrijheden van zijn onderdanen moet ondertekenen.
sterke leenmannen
soms is een leenman zelf een centrale macht aan het opbouwen. Een voorbeeld is de Hertog van Bourgondië, die Franse en Duitse gebieden aaneen smeed tot een grote staat.
machtsstrijd
soms kom je in strijd met andere grote machthebbers zoals de paus
Parlement of staten generaal
soms is het onbedoeld gevolg van een parlement of de staten generaal dat ze samengekomen, juist meer macht krijgen ipv minder.
Slide 6 - Slide
De hertog van Bourgondië roept voor het eerst de staten generaal van zijn landen bijeen in Brussel
De hertogin Maria van Bourgondië ondertekent het Groot Privilege waarin de rechten van de steden en adel in haar landen staan beschreven.
Feodalisme
Centralisatie
Slide 7 - Drag question
de stad Gent komt in opstand tegen de Bourgondische Hertog. Het leger van de Hertog verslaat de opstandelingen en zij moeten zich in hun hemd onderwerpen. een stadspoort wordt dichtgemetseld als straf.
het boerenmeisje Jeanne d'Arc leidt het Franse leger tegen de Engelsen bij Orléans en ondersteunt de Franse koning bij de zalving in Reims. (dit is de enige eigentijdse afbeelding van haar)
Feodalisme
Centralisatie
Slide 8 - Drag question
Stadsrecht van Dordrecht uit 1220. Verkregen van de Graaf van Holland
De Engelse koning richtte in 1348 een nieuwe ridderorde op: de orde van de kousenband. Die bestaat nog steeds...
Feodalisme
Centralisatie
Slide 9 - Drag question
de Hertog Willem van Normandië verovert Engeland en laat het tappijt van Bayeux (Frankrijk) maken als herinnering aan deze gebeurtenis
Duitse Keizer Hendrik IV benoemt en beleent Duitse bisschoppen
Feodalisme
Centralisatie
Slide 10 - Drag question
Engelse koning Jan zonder land bezegelt de 'Magna Carta' ; de grote oorkonde.